en troonopvolgster Wilhelmina (geb. 1880)
talrijke bezoeken aan provincies en ste
den. Begin juli 1894 kreeg de commissaris
der koningin in Zeeland, jonkheer De
Brauw, bericht dat Emma en Wilhelmina
van 21 tot en met 25 augustus Zeeland
wilden bezoeken. Dat bezoek zou zich
beperken tot Walcheren, met een stop van
vijf minuten in Goes.
Voorbereidingen
Voor de Middelburgse en Vlissingse ge
meentebesturen betekende die aankondi
ging het begin van de alarmfase. In Mid
delburg vergaderde de raad er op 11 juli
over en B&W stelden voor de "gemeente
op passende wijze in een kleed te steken,
die ontvangst waardig". De gemeente wilde
erepoorten oprichten (onder andere één bij
de Kanaalbrug, die door versieringen ver
bonden zou worden met een baldakijn bij
de Koningsbrug), het stadhuis versieren en
verlichten en her en der gasilluminatie
aanbrengen. Het aanbrengen van versie
ringen door burgers moest worden aange
moedigd. Bovendien zou Hare Majesteiten
op het stadhuis een maaltijd worden aan
geboden, waarbij de voorzitter en ieder
raadslid zijn eigen couvert zou betalen.
Later bleek dat particulier initiatief erepoor
ten op de Markt en de Dam overbodig
maakte, maar er zou wel als herinnering
op de Balans een fontein worden aange
legd. Dat ondanks het feit dat de koningin
regentes had gesteld de gemeenten niet
op kosten te willen jagen.
Ook de Vlissingse gemeenteraad besloot
B&W een krediet te verlenen, en wel van
5.500,-, een bedrag dat werd gedekt
door verkoop van bouwgrond. Het college
kreeg ook opdracht voor de nodige versie
ringen te zorgen. Naar goed vaderlands
gebruik werd een feestcommissie inge
steld, die weer onderverdeeld werd in sub
commissies voor versieringen, optocht,
vuurwerk en muziek.
Erewachten
Op initiatief van de burgemeester besloot
een aantal Middelburgse notabelen een
erewacht op te richten om de gasten te
begeleiden. Tevoren werd nog gevraagd of
Hare Majesteit de diensten der erewacht
wilde aanvaarden, waarop bevestigend
werd geantwoord.
Commandant was jhr. M.W. de Jonge van
Ellemeet, ondercommandanten waren
W.H. de Bruyn van Melis- en Mariekerke
en mr. F.J. Sprenger. In totaal bestond de
erewacht uit 23 personen, die oefenden op
het Molenwater. Enkele vooraanstaande
Middelburgse dames namen het initiatief
om de erewacht een vaandel aan te bie
den. Dat gebeurde op de dag voor het
grote bezoek, tijdens een plechtigheid op
het Molenwater. Na een défilé langs het
vaandel werd het overgebracht naar de
woning van de commandant. Na het be
zoek zou het vaandel als herinnering aan
Wilhelmina worden aangeboden. Die avond
was er voor de initiatiefneemsters en leden
van de erewacht een bal in Sint Joris.
Ook in andere Walcherse gemeenten wer
den erewachten gevormd, naast de ere
wachten van de schutterij en een ere-
escorte van het tweede regiment huzaren.
De marine
Ongeveer een week voor het bezoek ver
trokken Hr. Ms. Atjeh, Guinea, De Ruijter
en Stier van Nieuwediep naar Vlissingen,
waar op de rede werd geoefend. Op de
dekken werden kanonnen opgesteld voor
het lossen van saluutschoten, er werd