27
Nieuwe cronyk van Zeeland uit. Met dit lijvi
ge boekwerk moet men oppassen, omdat
hierin de grenzen tussen betrouwbare ge
schiedenis en pure fantasie niet altijd even
duidelijk zijn.
Van Grijpskerke
Zo vermeldt Smallegange dat de regering
van Grijpskerke van oudsher werd uitgeoe
fend door de heren van Grijpskerke, die
voortgesproten zouden zijn uit "een van de
opperhoofden van de Noormannen". Als
eerste van dit geslacht vermeldt hij Wouter
van Grijpskerke, die omstreeks 1250 ge
leefd zou hebben. Smallegange heeft naar
zijn zeggen nog twee jonkers uit dit ge
slacht gekend. Hij beschrijft het wapen van
Grijpskerke als volgt: een veld van sabel
met 9 zilveren lelies, met boven de helm
een halve vogel Grijp of griffioen van goud.
Dat komt aardig overeen met het wapen
dat de gemeente Grijpskerke heeft gevoerd
tot aan de gemeentelijke herindeling in
1966. De gemeente Grijpskerke ging toen
op in de gemeente Mariekerke. In 1997
ging deze gemeente op in de gemeente
Veere.
Huijssen
Smallegange vermeldt in zijn boek de bei
de heerlijkheden Grijpskerke en Poppen-
damme nog afzonderlijk. De heerlijkheid
Grijpskerke had volgens Smallegange een
omvang van 1.656 gemeten en 225 roeden
en was in 1670 in het bezit van Johan
Huijssen en voor een gedeelte in 1674 in
bezit van Elisabeth van Arkel. De heerlijk
heid Poppendamme had volgens Smalle-
gange een omvang van 490 gemeten en
224 roeden en was in het bezit van Johan
Hieronymus Huijssen, heer van Oud- en
Nieuw-Vossemeer en oud-burgemeester
van Middelburg. Aan te nemen valt dat
hiermee dezelfde persoon bedoeld wordt.
Een gedeelte van Poppendamme zou toe
komen aan Petronella Maria van Cromstrij-
en.
Johan Hieronymus Huijssen (1660-1720)
was een zoon uit het huwelijk van Johan
nes Huijssen (1630-1667) en Cornelia van
der Nisse. Hij was schepen, raad en burge-
Het hof van Poppendamme, D. de Blieck 1663.
(Zeeuws Archief, KZGW, Zelandia Illustrata,
deel II, nr. 138)