Identiteit en droge voeten Identiteit en de intrede van cultuur ZEEUWS MEISJE Eerste steden in het Midden Oosten en Griekenland (lllusfaties: Stedelijke structuren 1978). Oorspronkelijke nederzet tingen, gestuurd door kli maat en plaatselijk ver krijgbaar bouwmateriaal. (Illustraties: Onder dak, 5000 jaar wonen in de Lage Landen, 1988) gehuisvest waren. Was er toen wel sprake van regionale identiteit? En van waaruit werd deze gestuurd en beïnvloed? Laten we eens een blik achter ons werpen... In Nederland, een deltagebied dat duizenden jaren regelmatig onder water is gelopen, zijn de oudste nederzettingen te vinden op die delen die gedurende langere tijd droog bleven. Al dan niet met behulp van kunstmatig opgeworpen heuvels vonden de toen malige bewoners hier een schuilplaats voor het water. De plaats en verschijningsvorm van de nederzettingen in deze periode, ruim 6000 jaar voor Christus, werden waar ook ter wereld vrijwel geheel bepaald door de lokale geografische en klimatologische omstandigheden en de beschikbaarheid van door de natuur te leveren plaatselijk bouwmateriaal. Dit bepaalde de plaats, de vorm en de materialisatie van de toen malige nederzettingen. De oudste steden die hun invloed op de latere Westeuropese steden hebben gedrukt liggen in het Midden-Oosten. Mesopotamië -het land tussen de Eufraat en de Tigris (het huidige Irak)-, de Nijlvallei, Babyion en het Griekse Knossos (Kreta) kenden al enkele duizenden jaren voor Christus hoogwaardige stedelijke samenlevingen. Naast de eerder genoemde factoren als geografie en klimaat drukten bij deze steden ook opvattingen over religie en de economie (handelsplaatsen) hun stempel op de steden bouwkundige plattegrond en de architectonische verschijningsvorm van de stad.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeelandboek / Zeeuws jaarboek | 2004 | | pagina 130