Zeeuws Tijdschrift
Herinneringen aan jan Toorop en zijn werk
NUMMER 5 12e JAARGANG 1962
Mr. J. C. van Schagen
ONLANGS mocht ik de kleine Toorop-tentoonstelling hier
openen, waarmee het Zeeuws Museum de goede tijd van
50 jaar terug wilde herdenken, toen ons dorp eventjes heeft
meegedaan aan de Nederlandse schilderkunst. Het was half genoeglijk,
half pijnlijk, deze terugkeer. We zijn wel veranderd. Er is nogal wat
naïefs verloren gegaan, of moeten we liever zeggen: opgeruimd?
Jammer, of blij-toe? Allebei een beetje waarschijnlijk. Onze wereld
van toen verkeerde nu ook niet bepaald in maagdelijke staat en toch
had zij, van heden uit gezien, iets van een onschuld, die we sindsdien
ergens moeten zijn kwijt geraakt. Zal 2012, op 1962 terugziende, dat
misschien net zo voelen? In elk geval, het deed even wat zielig aan.
De bekende apostelkoppen, die de hoofdschotel vormden, ze waren
wel wat afgedaald in de verlopen halve eeuw. Deels zat dat
misschien in de verbruining van het papier, in de verbruining ook
van onze eigen ontvankelijkheid, méér dan doordat ze het zelf niet
meer haalden. Integendeel, de meesten haalden het nog wèl. Alleen:
ze hadden niet meer dat heldere, sterke, openbarende van dien eersten
keer, toen ze in volkomen nieuwheid aan ons vertoond werden. Het
verrassende was verdwenen. Ook nieuw is een qualiteit en ze duurt
maar kort.
EVEN goed zijn het ook nu nog formi
dabele tekeningen en houdt in de meeste
gevallen ook de inhoud het nog. Zelfs
ondanks de onbetwijfelbare handicap, dat we
op Domburg hier deze mensen hebben gekend
en aldus licht zouden kunnen worden gehin
derd door het verschil in staat tussen de Dom
burgers en Westkappelaars, die voor deze por
tretten hebben gestaan, en de apostelen, die ze
moesten voorstellen. Een kleine hulp was hier
natuurlijk wel het feit, dat deze mensen in
dien tijd nog zo feodaal, zo bijbels eenvoudig
leefden, dat de kloof tussen realiteit en fan
tasie hier toevallig wel extra beperkt blijven
kon. De sprong van boer tot apostel was hier
uitvoerbaar. De sprong van meneer tot apostel
niet. Daarom zijn er zeker twee mislukt m.i.:
Paulus, een onbekende, en Judas, Toorop zelf
overigens weer wel lief, dat hij zichzelf
daarvoor uitverkoren heeft. Van den aanvang-
af mislukt, als apostel. Als portret van een
paar heren van het „sophisticated" soortje
125