Zeeuws prentenboek
L. W. de Bree
M. P. de Bruin
KOR EN BOT
Hoe Piet van Beveren destijds uit de boomkwekerij
in het archief en het museum van Zierikzee is ge
stapt, kan ik niet vertellen; zeker is dat historie-
lievend Zeeland zich na vele jaren nog over deze
stap mag verheugen. Wie voor het verleden van
Schouwen belangstelling heeft, komt onvermijdelijk
bij Van Beveren terecht. Officiéél is de man nooit
archivaris geweest, daarvoor ontbraken hem, auto
didact, de papieren. Van Beveren heette ambte
naar belast met het archief van de gemeente Zie
rikzee. Bovendien was het beheer van het museum
hem toevertrouwd.
Soms haalden vissers van Zierikzee oud aardewerk
in hun netten op, of een bot, een kies van een
diersoort die in voorhistorische tijd in Zeeland
huisde; daarmee gingen zij naar Van Beveren, die
wel weten zou wat hun vondst te betekenen had.
En Van Beveren, die las en wist te luisteren naar
geschoolde wetenschapsbeoefenaars, die boven
dien over intuïtie beschikte, werd geleidelijk de
kenner van alles wat zich op Schouwen en in de
wateren rond het eiland had afgespeeld. Hij slaag
de er in paleontologen en archeologen te interes
seren voor een jaarlijkse vistocht op botten in de
Op weg naar de visgronden
Piet van Beveren, oud-archivaris
Ooster- en Westerschelde. En hij vond zijn vrien
den de gebroeders Schot bereid jaar op jaar een
dag uit te varen met een bont gezelschap van
geleerden, amateurs en pretentieloze belangstel
lenden. Zo ontstond Kor en bot, een organisatie
zonder statuten, zonder bestuur of contributie.
Aan een van de eerste tochten heb ik mogen deel
nemen. Het was in 1952. De Pas van Terneuzen was
het jachtterrein. Er zijn toen een paar respectabele
mammoetbeenderen opgevist. Wanneer de lier be
gon te trekken, de stalen lijn ging trillen, deelde de
spanning zich mee aan allen, die op het dek bijeen
waren.
O, dat moment waarop het schrobnet binnen boord
82