te denken en vroeg meteen ontslag onder mede deling dat hij was benoemd tot redacteur van genoemd blad. Zijn superieuren zullen wel wat vreemd hebben opgekeken, maar het ontslag werd hem eervol verleend en tegen het einde van 1891 stapte hij in de trein, op weg naar zijn nieuwe werkkring in Den Haag. Hij liet een zekere ambte narenbaan in de steek om een zeer onzekere als redacteur en propagandist tegemoet te treden. Zou het Cornelissen veel moeite hebben gekost zijn betrekking in Middelburg te verlaten? In zijn Herinneringen wijdt hij geen woord aan zijn school, zijn vak, zijn leerlingen of zijn collega's. Hoewel zijn leermeester Trosée hem destijds leerde dat het lesgeven een genot is, heeft hij waar schijnlijk niet zo'n grote liefde voor het onderwijs gehad. Tegenover deze veronderstelling echter staat de mededeling van de heer P. Wijdenes te Amsterdam, die als leerling van de Middelburgse kweekschool bij de onderwijzer Cornelissen in de klas heeft gezeten en die mij onlangs Cornelissen als een uitstekend en toegewijd onderwijzer be schreef. Het zou destijds aan de kwekelingen bekend zijn geweest dat deze leerschoolonder wijzer Marxist was, aldus de heer Wijdenes. DEN HAAG Het is hier niet de plaats de verdere levensloop van Cornelissen te volgen. Laat mij volstaan met te vermelden dat hij voorlopig geheel opging in de strijd voor de socialistische beginselen, zoals die leefden in de S.D.B., wel „de oude beweging" genoemd. Hij reisde voor de S.D.B. door geheel Nederland, vervulde talrijke spreekbeurten en schreef veel in „Recht voor Allen". Hij nam actief deel aan het theoretiseren en ook aan de vele twisten die deze bond teisterden en ten onder gang brachten. Domela neigt in deze jaren lang zamerhand in anarchistische, Cornelissen in syndi calistische richting. Hij is de man geweest die in Nederland de syndicalistische ideeën predikte, die via de leden van het N.A.S., het Nationaal Arbeids secretariaat, een overkoepelend orgaan van een groot aantal vakverenigingen, vrij veel invloed hebben gekregen. Zijn betekenis voor de spoor wegstakingen van 1903, waarbij syndicalistische theorieën een grote rol speelden, is daardoor be langrijk geweest. In 1894 splitst zich de bond, de S.D.A.P. wordt opgericht en hierdoor gaat de S.D.B. hard achter uit. In 1897 kondigde Domela op het kerstcongres aan uit de bond te zullen treden en dit betekende voor Cornelissen dat ook hij thans niet meer verder kon en wilde met zijn werk. Hij vertrok naar Frankrijk, waar hij zich door journalistieke arbeid in leven hield en waar hij zijn verdere leven wijdde aan de studie. Zo nu en dan probeerde hij nog wat orde te scheppen in de linkse, individualis tische, anarchistisch-socialistische beweging door het organiseren van congressen. Of beter, door te trachten die te organiseren, want het lukte meestal niet erg. Hij studeerde op sociaal-economisch ter rein en publiceerde de vruchten van zijn studie in dikke, moeilijke boeken en schreef in 1936 zijn mémoires. In 1943 is hij in Frankrijk gestorven. Christiaan Cornelissen In de „Dageraad der Volksbevrijding", deel II heeft Vliegen bij zijn hoofdstuk over Cornelissen een portret van hem opgenomen, dat hierbij wordt gereproduceerd. Het is een portret van een nog jonge man. De jaren van strijd, van teleurstelling en desillusie die door zijn mémoires worden op geroepen hebben zijn gezicht nog niet getekend. Men krijgt de indruk dat dit portret niet past bij de zeer negatieve beschrijving die Vliegen van Cornelissen en zijn activiteiten heeft gegeven. Het is een open, eerlijk jongmens, met heldere, enthou siaste ogen en een zachte mond en hij maakt een verstandige en levendige indruk. Er zit ongetwijfeld in het leven van Cornelissen een grote tragiek. Een intelligente, integere man, een intellectueel, die niet in staat bleek zich vast bij één der partijen aan te sluiten. Radicaal en principieel, inderdaad, maar toch wenste hij steeds weer bij de strijdende partijen een verzoenend tussenstandpunt in te ne men. Maar juist daardoor werd hij door die beide partijen steeds weer verketterd. Een individualist, een vrijheidslievend mens, die voor zichzelf geen eisen stelde. Een man met zeer zeker oorspronke lijke ideeën, die uiteindelijk niet realiseerbaar blij ken te zijn geweest. Een man die wilde bouwen, maar wiens vele tegenstanders zeggen dat hij slechts afgebroken heeft. Op 34-jarige leeftijd ver laat hij zijn medestrijders en zijn land en achter hem zinkt het schip, waarop hij geen kapitein, maar wel één der stuurlieden was. Hij, die in 1890 een eerste Nederlandse bewerking van het Com munistisch Manifest deed verschijnen zal in Frank rijk een nieuwe theorie gaan ontwerpen die het Marxisme kan vervangen. 100

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 1968 | | pagina 28