Boekbesprekingen
Van 1966 tot 1968 was hij
parochiegeestelijke in Rijsbergen en
Rijen in Brabant. Langzaam aan was
het hem steeds duidelijker geworden
dat zijn ideeën niet strookten met de
officiële leer, hij brak zijn kerkelijke
loopbaan dan ook af en vertrok voor
drie maanden naar Afrika. Terug in
Nederland trouwde hij, in 1970, met de
onderwijzeres Toke Mertens.
Met haar en hun twee kinderen woont
Wim Hofman vanaf 1971 weer in
Vlissingen; in dat jaar begon zijn werk
als adjunct-directeur van de Zeeuwse
Culturele Raad in Middelburg.
ontstaan uit de fantastische verhalen
die Wim Hofman zijn eigen kinderen
vertelde. Ze werden op hun beurt
gevolgd door aan de (sombere)
werkelijkheid parallelle vertellingen;
Lotje en andere verhalen verscheen in
1983 en Straf en andere verhalen in
1985. "Onze beschaving of wat er voor
door moet gaan", aldus Wim Hofman
in het al eerder aangehaalde
dankwoord, "heeft er blijkbaar baat bij
om kinderen zo lang mogelijk buiten
het ware leven (wat dat dan ook zijn
moge) te houden In ieder geval
wordt het gros der jeugd gedoemd tot
afwachten. Veel uren worden in
opperste verveling doorgebracht.
Je wordt pas in de wereld van de
volwassenen toegelaten als ze plezier
van je kunnen hebben. Voor die tijd
verkeert de jeugd in een isolement dat
zo niet met boze opzet, dan toch
kunstmatig in stand wordt gehouden.
Jammer genoeg doet een hele zwik
kinderboeken daar drastisch aan
mee." Zo niet de boeken van
Wim Hofman.
In 1989 kreeg hij de Gouden Griffel
voor Het vlot, het verhaal over zijn
Bron: De Kleine Hofman, pag. 32.
Tafeltje met koffiepot en brief.
Werk
Sinds zijn debuut Welwel, de zeer
grote tovenaar (1969) zijn er zeventien
boeken, vele verhalen en illustraties
van de hand van Wim Hofman
verschenen.
Men kan er een lijn in zien. De eerste
verhalen, buiten het al genoemde
Welwel bijvoorbeeld Het eiland Lapje
Loem (1972) en Koning Wikkepokluk
de merkwaardige zoekt een rijk (1973)
ademen een fantasie- en
symbolenrijke, surrealistische sfeer die
van de maker zelf lijkt uit te stralen. Zij
werden gevolgd door enkele
'realistische' boeken, zoals Wim (1976)
en Tweede boek over Wim (1978), die
niet overal even enthousiast werden
ontvangen. Was een kinderboek een
boek over kinderen, voor kinderen of
misschien alleen maar: ook te lezen
door kinderen? Hoe het ook zij, de
daarna gepubliceerde boeken waren
duidelijk geschreven voor kinderen.
Boeken als Ansje Vis en Matje Klop
(1979) en De Stoorworm (1980) zijn
73
Bron: De Kleine Hofman, pag. 128. Susje Olipietz.