De geschiedenis van 750 jaar Vier Ambachten in vogelvlucht
elkaar te komen. Vanaf 1830 gingen de
noordelijke twee en de zuidelijke twee
hun eigen weg tot op de dag van
vandaag, tot in 1992, wanneer zij
elkander weer ontmoeten.
Wat is er in die 750 jaar allemaal
gebeurd? Waarom die scheiding?
Hoe het toch geheel eigen karakter
van de twee noordelijke en de twee
zuidelijke ambachtsgebieden te
verklaren? In grote lijnen zulen we
daarop een antwoord proberen te
geven.
De periode van 1242 tot eind
zestiende eeuw is een tijd, waarin er
zich in de Vier Ambachten een
bruisende activiteit ontplooide, die bij
tijd en wijle gruwelijk werd gestoord
door een aantal oorlogen. Eén van die
oorlogen speelde zich medio veer
tiende eeuw af, een andere een eeuw
later. Daarbij ging het in beide gevallen
om een strijd tussen Gent en de
Vlaamse graaf, waarbij de Vier
Ambachten deel uitmaakten van het
strijdtoneel. Eind vijftiende eeuw
werden de Vier Ambachten voor de
zoveelste maal in het strijdgewoel
meegesleept, een strijd waarbij een
groot deel van het gebied in het westen
voor heel lange tijd verloren ging.
Pas met de Vrede van Cadzand (1492)
kwam er een eind aan deze af
schuwelijke tijd en kon met de weder
opbouw worden begonnen.
De invloed van Gent op de Vier
Ambachten was sterk afgenomen en
werd met het neerslaan van de Gentse
opstand in 1540 volledig gebroken.
De zestiende eeuw daarentegen had
zijn eigen problemen. De toenemende
invloed van het vorstelijk gezag stelde
zich teweer tegen de toenemende
invloed van de andersdenkenden op
godsdienstig gebied. De toenemende
invloed van de vorst trachtte ook een
eind te maken aan de laatste stuip
trekkingen van overgebleven feodale
krachten in de samenleving. Een nieuwe
burgerklasse en met name een
geletterde burgerklasse sloeg de
handen ineen met de restanten van de
feodale maatschappij en de aan
hangers van de nieuwe denkbeelden
om zo de macht van de vorst te
kunnen trotseren. Niet alleen in de
Nederlanden, maar overal elders in
Europa liepen deze aspiraties uit op
bloedige botsingen. In Frankrijk de
beruchte godsdienstoorlogen tijdens
Catherina de Medici; in Engeland
medio zestiende eeuw onder Mary
Tudor en in de Lage Landen de strijd
tegen de Spaanse overheersing.
De Nederlandse Opstand met al
zijn verschillende fasen, waarin de
strijd in verschillende gebieden weer
oplaaide betekende voor de Vier
Ambachten de definitieve scheiding.
Na de herovering van Gent (1584) en
Antwerpen (1585) werden de Vier
Ambachten een zogenaamd front
gebied. Ten zuiden van de verde
digingslijn lag het gebied, dat opnieuw
roomskatholiek was geworden en was
teruggekeerd in Spaanse, later
Oostenrijkse handen. Ten noorden van
de verdedigingslijn lag het gebied van
de Vier Ambachten, dat goeddeels in
zee was verdwenen. Dit gebied werd
langzaam, maar zeker geprotestanti-
seerd, met name het gebied rondom
Axel en Terneuzen. Dit protestanti-
seringsproces werd duidelijk versterkt,
doordat bij elke herdijking een bepaald
gedeelte van de nieuwkomers vanuit
het noordelijk (protestant) gebied
kwam. Hulst, dat pas in 1645 de
Nederlandse zijde 'koos' bleef praktisch
geheel rooms-katholiek. Door de
voortschrijdende inpoldering tussen
Axel en Hulst bleef er toch een duidelijk
onderscheid tussen het Hulsterse- en
Axelse gebied bestaan. Dit onderscheid
komt tot uiting op godsdienstig gebied,
maar ook in het gesproken dialect.
Het gebied rondom Hulst vertoont dan
ook meer raakvlakken met Asseneder
en Boekhouterambacht dan het gebied
rondom Axel en Terneuzen. Ook Sas
van Gent werd pas laat (1644) aan het
Noorden toegevoegd, waarvoor in
grote trekken hetzelfde geldt als voor
Hulst.
Het gaat dus niet op zomaar een
onderscheid te maken tussen
Asseneder- en Boekhouterambacht als
zuidelijk en rooms-katholiek gebleven
ambachten enerzijds en Hulst met Axel
als noordelijke en protestant geworden
ambachten anderzijds.
Eind zestiende eeuw zijn de wegen
van de vier weliswaar gescheiden,
maar steeds werden zij bedreigd door
een gemeenschappelijk gevaar. In 1672
was dit het Franse gevaar en in 1702
67