Ik was uit op het ritme van het samenspel van de stuk ken. Toen ben ik begonnen met vlakglas. Hoe dikker het glas, hoe langer het moet koelen. Ik heb zelf de techniek ontwikkeld voor de manier waarop ik nu met glas werk. Niemand die het zo doet.' Daardoor is het werk van Bert Frijns ook in een oogopslag herkenbaar. Desondanks is elk stuk uniek. Bert Frijns heeft een perfect gevoel voor de nuance, voor maat en verhou ding. Het werk is lucide, ongrijpbaar bijna, als een zeepbel. Soms lijkt het te bestaan bij gratie van de omgeving. Het glas vervormt, het water spiegelt en vangt de omgeving. Doorzichtig en tegelijkertijd staat het er, ferm en fier. Antireiziger achter de dijk 'Het is een lekker abstracte ruimte hier', is de verkla ring van Bert waarom hij in Burgsluis is gaan wonen. 'Het is een mooie plek, het wisselen van de seizoenen gaat hier niet ongemerkt voorbij. De lucht is heel helder door de Oosterschelde hier voor de deur. In Amsterdam is het nu grauw.' Het huis was niet zo groot en boven dien een waterhuis - 'alle ankers waren verroest' - maar er zijn twee ateliers bij: een voor Bert en een voor zijn vrouw. Nu, ruim tien jaar later, ruikt het in huis nog naar verf. Er wordt de laatste hand aan gelegd. Het is prachtig geworden, licht, rustig, ruim. Het werk van Hélène hangt aan de wanden, keurig uitgelicht. Door het werk snap je waarom deze twee mensen samen zijn. Hélène maakt ingetogen tweedi mensionaal werk met diepte. Plastisch gezegd zijn het streepjes in veelal primaire kleuren op textiel. Ervoor het glas in de lijst. Maar dat glas is bewerkt. Met minus cule ruitjes in een geometrisch patroon gezandstraald. Hierdoor krijgt het werk diepte en fascineert door de haast hallucinerende werking; beweging in rust. Zij wonen hier in alle kalmte, niet op zoek naar 'clubjes'. 'Ik ben altijd met mijn werk bezig'. Werk waar Bert Frijns nooit mee hoefde te leuren, omdat hij al tijdens zijn Rietveldperiode 'ontdekt' werd door Wim Crouwel van Boymans-Van Beuningen die werk van Bert kocht en hem een solo-expositie aanbood. 'Sindsdien wordt de kring steeds groter van mensen die je werk kennen'. De drie kartonnen dozen waarmee hij in het begin de galeries afliep ('daar zat alles in, daar kon ik een hele ruimte mee vullen, want het is monumentaal werk') zijn inmiddels wel vervangen door professionele verpakkingsmaterialen. Bert Frijns heeft in Europa, Amerika, Japan en Australië geëxposeerd. 'Als kunste naar wordt steeds meer van je verwacht dat je alles bent: een manager, een modepop, een acteur. Je moet vijf talen spreken, een imago opbouwen. Daar heb ik geen zin in. Ik ben een antireiziger. Het is bovendien milieuverontreinigend, al dat vliegen. Laat mij maar op mijn eigen plekje achter de dijk.' Plus Min: voor creatieve energie Aan de andere kant van het eiland, achter de Noordzee dijk, ligt het architectonische sculptuur: Plus Min. In 1995 heeft Jan Munster deze twee gebouwen op eigen terrein gerealiseerd. De gebouwen moesten het sluit stuk worden van zijn jarenlange inspiratie door de energietekens en -. Hij heeft ze in vele formaten, variaties en materialen gestalte gegeven. Tegelijkertijd met de bouw werd de Stichting Plus Min opgericht, waar Jan van Munster overigens geen deel van uitmaakt. Het bestuur van de stichting huurt de gebouwen van Jan van Munster van de vroege lente tot de late zomer. De stichting benoemd ieder jaar een gastconservator. Deze vraagt een kunstenaar tijdelijk zijn intrek te nemen in de Min. Ter plekke werkt de kunstenaar aan een expositie in de Plus. Zo vormen de Plus en de Min 32 Zeeuws Tijdschrift 2002/1-2

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2002 | | pagina 34