THOLEiN EN' OMSTREKEN «BSOHtBOKtlKMttli BESCIIKUVIKW trof hij bijvoorbeeld sporen aan op verschillende loca ties; ook deed hij waarnemingen bij het verdronken Thoolse dorp Moggershil. 'Tegenwerking' De stijging van het maatschappelijk aanzien leidde bij geen van beide Hollestelles tot een lichtvoetiger gang door het leven. Vader Adriaan bespeurde al snel 'tegenwerking'zijn achterdocht gold vooral academi ci die zijn publicaties bekritiseerdenterwijl de zeer introverte Cornelis zich uit religieuze overtuiging mis prijzend opstelde jegens allerhande modernisering. Beiden waren echte calvinisten: trots op het bereikte, maar beangst voor de schijn van zondige hovaardij. 'Schoon ik door mijne betrekking van de werklieden meer en meer vervreemdde, toch liet ik mij niet mee slepen in den ambtelijken stroom van conventie en on bekendheid met hen,' schreef Adriaan naar aanleiding van zijn benoeming tot opzichter bij Rijkswaterstaat in zijn 'Levensboek'. Het tekent 's mans fiere erkenning van de eigen, geringe afkomst: een trek, nobeler dan het snobisme waaraan anderen die in de Zeeuwse kas- tenmaatschappij omhoogvielen ten prooi waren. Zijn in bittere omstandigheden doorgebrachte jeugd hadden Adriaan een scherp inzicht opgele verd aangaande de maatschappelijke verhoudingen, waarvan zijn formulering soms uit de pen van een socialist gevloeid leek te zijn: 'De arbeiders moeten niet te zeer rekenen op hulp der grooten, die hen, en helaas, niet altoos ten onrechte, beschouwen als eene massa onmondigen. Nooit heeft een lid van het Arm- of Kerkbestuur, onze woning bezocht, en nooit is iemand hunner opgetreden om ons in de achterstallige huishuur tegemoet te komen of om de zitplaats in de kerk van haar kruis [aangebracht wegens achterstallige huurpenningen, jk] te ontdoen.' Klacht en kracht Adriaans Levensboek is in 1962 door M.P. de Bruin zelf óók een monumentaal Zeeuws publicistvan een inleiding voorzien en gepubliceerd in het Archief van het Zeeuws Genootschap. Deze publicatie, door De Bruin verlost van 'moralistische beschouwingen, die vaak op hetzelfde neerkomen', geeft een goed beeld van Adriaans loopbaan en toont ook het fletse licht dat zijn eigen stroeve natuur daarop wierp. Hollestelle's ontboezemingen vallen dan ook vooral op, aldus De Bruin, door 'de grijze, bijna zouden we zeggen grau we, toets'. Adriaan, door en door vertrouwd met het onophoudelijk labeur tegen de erfvijand het water, zag het leven eerst en vooral als een moeizame en onop houdelijke strijd. Die 'grauwe toets' is een belangrijk aspect van zijn persoonlijkheid. Als zich een 'lichtstraal' voordeed, zoals zijn benoeming tot ridder in de Orde van Oranje Nassau (1910), was Adriaan er als de kippen bij om de vreugde te dempen met de vermelding van een droe vig feit: 'Dan, ter nauwernood een jaar later, trof mij op 1 Augustus 1911 daarentegen wederom een zwaren slag door het overlijden mijner vrouw.' De vergan kelijkheid werd door deze melancholicus überhaupt expliciet beleden. Ergens in zijn Tholenboek verzucht te Hollestelle: 'Helaas! Het verledene is, hoe vurig ook bemind, als het terugdenken aan de jeugd voor een grijsaard, als de herinnering aan een droom; het is vervlogen en kan niet teruggeroepen worden. Het tegenwoordige is onzeker; weldra zal ook dat weder voorbij zijn.' Maar het frequente zelfbeklag omtrent zijn 'veelal donkeren levensweg' werd nooit fnuikend. Adriaan Hollestelle bezat een combinatie van karaktertrekken, die wel typisch Zeeuws zijn genoemd: een zekere zwartgalligheid en berusting in de orde der dingen, maar tegelijk taaie en eigenzinnige vasthoudendheid en werkkracht tot het einde. Adriaans tweede zoon F.C. Hollestelle kwam om bij een treinongeluk in Amerika, van zijn derde zoon bleef elk bericht uit. Dat alles 'bezwaarde' zijn leven in sterke mate, schreef Hollestelle in het Levensboek. Hij blééf echter schrij ven en sloot zijn autobiografie af met de datering 'Tholen, 1918'. Adriaan Hollestelle was toen in zijn zevenentachtigste levensjaar. Nog een dag voor zijn dood, toen hij bijna negentig was, noteerde Adriaan enkele weerkundige observaties. A Omslag van Hollestelles Tholen-monografie. Foto: H.M.D. Dekker. 44 Zeeuws Tijdschrift 2016 4 'lTGECrtVES VANWEGE tl Et 1 iNUn VERBRÜOHIi 45 Zeeuws Tijdschrift 2016 4

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Tijdschrift | 2016 | | pagina 23