t i SN VOOR DE JEUGD .Mi Nil haar eigen mooie land bij A* waren zij het echter en dat was, dat zij in treden met prins Edward wegen en Engeland maar betrekkelijk smal is. In onzen tijd, nu er snel varende stoombooten zijn, die ons kunnen overvoe ren, duurt de overtocht dan ook niet lang en gaat alles erg gemakkelijk. Maar in die dagen waren de schepen erg lomp, hadden zij alleen zeilen, waar- X* 1 i'jy Maagd van worden en ze vonden dat een Robert Bruce geheeten, de kroon ten dragen. Maar de koning van dacht er anders Edward, een I ningin Margaretha, die nu koning van En geland was, had bij zichzelf besloten, dat zijn nichtje, Margaretha van Noor wegen, over Schotland moest regeeren. Hij wilde namelijk graag, dat Schotland en Engeland dezelfde egeering^ zouden heb- door zij' werden voortgêdïêven en boTên zij slechts weinig gemakken. Daarom duur de de overtocht in die dagen veel langer i nu en was hij ook veel onaangenamer. Het kleine koninginnetje, dat een groot heimwee naar haar huis en haar land had, leed erg veel. Ze voelde zich treurig en alleen en ze was bovendien nog bang ook. Om de zaak nog erger te maken, werd zij En inderdaad begonnen eenigen der ben gedacht, dat Schotsche edelen dan ook reeds moeilijk heden te maken. Zij wilden niet, dat de Noorwegen hun koningin ze vonden dat haar vader en de andere menschen, die veel van haar hielden. Ze begreep heelemaal niet, wat het be- teekende koningin te zijn. Toen haar vader haar ten slotte na eenigen tijd naar Schot land liet gaan, moet zij wel bitter hebben geschreid toen zij hem en alle andere men schen, waar zij zoo veel van hield, moest verlaten. Ook moet zij zich dikwijls zeer bedroefd J hebben gevoeld, omdat zij koningin was. 1 Want koningin-zijn beteekende voor haar immers weg te moeten gaan naar een ver verwijderd, onbekend land, waar alle men schen vreemd voor haar waren, terwijl de meesten van hen nog wreed en ruw boven dien waren en haar niet als koningin wenschten. Daarom zal zij zeker niet heb- t een kroon een mooi iets was om te dragen. Maar hoe dan ook, eindelijk zeilde zij zou weg Op een groot schip met een heeleboel edelman, menschen, die voor haar moesten zorgen, zou moe- Indien jullie een kaart voor je wilt ne- Engeland men, zul je zien, dat de zee tusschen Noor- 1 over- wegen en Engeland maar broer van de overleden ko- koning ben. En hij dacht, dat de beste manier om zijn plan te verwezenlijken was, indien hij zijn eigen zoon liet trouwen met de Maagd jan van Noorwegen. Haar vader dacht evenwel, dat zij nog te jong was om geheel alleen naar een ander land te worden gezonden, waar ze mis schien in moeilijkheden zou kunnen ko- men. Daarom bleef de kleine Margaretha bovendien nog ziek*. nog een tijdje in haar eigen mooie land bij In Schotland maakten de menschen zich gereed om haar hartelijk te ontvangen. De koning van Engeland en de edelen van Schotland twistten om het hardst, wie haar zou mogen ontvangen en wie haar zou beschermen. En ook twistten zij over de vraag, waar zij moest wonen en wie bij haar zou wonen. Over één ding reeds eens geworden het huwelijk zou van Wales. Intusschen werd de kleine Maagd van Noorwegen, die nog steeds op de ruwe Noordzee op het groote schip ronddobber de, al zieker en zieker. Het werd zóó erg, dat de kapitein ten slotte genoodzaakt was haar op de Orkney-eilanden aan land te zetten, die, zooals jullie op de kaart zullen zien, ten Noorden van Schotland liggen. Er waren geen menschen om haar te be groeten toen zij aan land kwam, er hin gen geen vlaggen uit en er was geen mu ziek. Met slechts een paar bedienden bij haar om haar te verzorgen, werd de klei ne, ongekroonde koningin op een eenvou dig bed op een woest eiland gelegd. Daar overleed zij heel kalm en rustig. Haar vader in Noorwegen was nu kin derloos en Schotland had geen koningin meer. DE MAAGD VAN NOORWEGEN. laren geleden had Schotland nog zijn I eigen koningen en een van de dapper- ste en beste van hen was Alexander lil. Hij regeerde zijn land goed en omdat hij zoo n nobel karakter had, hield het volk ook veel van hem. Toen hij nog heel jong was, trouwde hij met prinses Margaretha, dochter van Hen drik III, koning van Engeland. Na eenigen tijd kregen zij een dochtertje, dat zij ook Margaretha lieten doopen. Behalve Margaretha hadden zij nog twee andere kinderen en wel Alexander, die de erfgenaam van den troon was en David, die reeds stierf, toen hij nog een kind was. Toen Margaretha en Alexander nog maar heel jong waren, stierf hun moeder, ko ningin Margaretha. De koning leed erg onder het verlies van zijn gemalin, maar er stonden hem nog meer en veel zwaardere smarten te wach ten. Kort nadat hij zijn vrouw had verlo ren, verloor hij ook prinses Margaretha, want zij trad in het huwelijk met prins Eric van Noorwegen en zij ging dus voor goed naar dat land. Toen verliet ook zijn zoon het huis om te trouwen en tot groot verdriet van den koning stierf deze heel kort daarop. Prinses Margaretha was heel gelukkig in haar nieuwe vaderland en vooral toen zij een dochtertje kreeg, waar ze ontzet tend veel van hield, kende haar geluk bijna geen grenzen meer. Dat dochtertje werd eveneens Margaretha gedoopt, maar iedereen noemde haar de .Maagd van Noorwegen". Spoedig na de geboorte van haar doch tertje overleed de koningin echter, zoodat de kleine moederloos achterbleef. De arme koning van Schotland was daardoor heel treurig; hij was nu geheel kinderloos. Hij voelde zich zoo eenzaam, dat hij op nieuw in het huwelük trad, maar spoedig na de huwelijksvoltrekking werd het land door een groote ramp getroffen, omdat de koning zelf toen werd gedood. Op zekeren donkeren avond reed hij langs een gevaarlijk gedeelte van de kust. Daar hij niet kon zien, waar hij reed, stuurde hij zijn paard recht op een afgrond aan. Zijn paard voelde het gevaar en sprong terug, maar het deed dit zoo plot seling, dat de koning uit het zadel tegen de rots werd geworpen, waar hij dood bleef liggen. De plaats, waar het ongeluk gebeurde, wordt nu nog de Konings Rots genoemd. Het volk van Schotland was zeer be droefd, toen het de treurige tijding ver nam. Alexander was werkelijk een goed en verstandig koning geweest en zijn land had hij rechtvaardig bestuurd. Bovendien was de moeilijkheid nog, dat de koning geen zoon had nagelaten, die hem kon op volgen. De eenige, die hiervoor in aanmerking kwam, was zijn kleindochter, de Maagd van Noorwegen. Zij was echter pas drie jaar oud en het was heel waarschijnlijk, dat de een of andere vijand niet zou dul den, dat zij koningin werd. 1 T(, h m®,' v/ I Margaretha neemt afscheid van haar vader. Margaretha wordt op de Orkneyseilanden aan land gebracht.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1929 | | pagina 14