R s IJ Kb Het te^ „Wat is een oester?" „Een visch, die opgegroeid is als een ok kernoot!" AARDIGE SPELLETJES VOOR DE KERSTDAGEN. Hieronder laat ik een aantal aardige spelletjes volgen, die jullie met de Kerst dagen zeker wel zult willen doen, eerste heet: als men de kat steelsgewijs de muis ziet naderen, zonder dat deze er maar in het minst erg in heeft. Als de muis gevangen is, speelt een ander paar voor kat en muis. Een ander heel aardig spel is De ring aan het touw. Dit wordt als volgt gespeeld: men trekt een stevig touw door een ring en bindt de einden aan elkaar. De kinderen gaan in 'n kring staan en houden met beide handen het touw vast, dat zij naar links of rechts bewegen. Nu schuiven zij voorzichtig den ring in den kring rond, onder het zingen van een liedje. Een staat midden in den kring en moet den ring zoeken; zoodra hij meent hem ergens te hebben gezien, klapt hij twee» keer in zijn handen, waarop het gezang zwijgt en alle handen zich stil hou den. Op verzoek van den zoeker moet het kind, bij wien hij den ring vermoedt de handen openen. Is de ring werkelijk bij hem, dan moet hij den zoeker in het mid den aflossen, waarop het spel opnieuw be gint. Het volgende spelletje heet: Kat en Muis. Kat en muis wordt gespeeld rondom een groote tafel. Een van de kinderen wordt tot kat gekozen en de ander tot muis. Bei den worden geblinddoekt en tegenover elkaar aan tafel geplaatst. De andere kin deren kijken toe. Het doel van het spel is natuurlijk, dat de kat de muis vangt. De spelers mogen de tafel niet verlaten; wel mogen zij en overheen klimmen of er onderdoor kruipen. De aardigheid is juist, achter haar liep de neger in een dienaar, en ieder van hen Moeder Antje van verwondering hoo- vader Krelis liet van verbazing zijn en oom Jochem zei niets an- Wel sapperloot! Wel sapper - ren, maar livrei en nog droeg een zware koffer, deed een uitroep ren, pijp vallen ders dan loot!” want hij had in Lena de dame uit de herberg herkend! Lena vloog haar vader en moeder om den hals en toen haar broertjes en zusjes en oom Jochem, terwijl de neger glim lachend de koffers uitpakte, die vol ge schenken zaten. Toen de bedienden ver trokken waren, kwam er aan het vragen en vertellen geen einde.En wat bleek nou? Dat Lena voor haar verjaardag van haar mevrouw een lot had gekregen en dat daarop de hoogste prijs was gevallen. Zij was nu rijk en kon haar ouders en familie een rustigen ouden dag bezorgen. Dat het de prettigste kerstavond was. die er in dat gezin ooit gevierd was, zul len jullie wel begrijpen! Zn de vliegmachine. Degene, die wenscht te vliegen, wordt geblinddoekt en moet op een vierkant plankje gaan staan. Twee flinke meisjes of jongens gaan op de knieën liggen, aan weerszijden van het plankje, en de lucht reiziger moet zijn handen op hun hoofden leggen. De beide meisjes of jongens lich- tennuhet plankje ongeveer een centimeter of vijf omhoog, terwijl zij daarbij het ge luid van een vliegmachine nabootsen en tegelijkertijd hun hoofd een weinig naar beneden buigen. Hierdoor moet de vlieger zich een weinig vooroverbuigen, wil hij zijn handen op hun hoofd kunnen houden. Terwijl hij dit doet, krijgt hij de gewaar wording, alsof hij de hoogte in gaat. Even later wordt hem verteld, dat hij naar be neden moet springen en dat een ander hem zal opvangen. Denkende, dat hij zich in de hoogte bevindt, doet hij na eenige aarze ling een sprong en bemerkt dan dat hij op den grond stond. Tot slot nog een amusant spel: Een veer blazen. Hiertoe moeten de spelers vlak naast elkaar in een kring gaan zitten. Een neemt een veertje en blaast het in de hoogte. De- t gene, bij wie het neerkomt, blaast het weer weg vóór het hem heeft aangeraakt. Wie'door blazen het veertje niet van zich kan afhouden, verbeurt een pand. Ziezoo, jongens en meisjes, ik hoop dat jullie met deze spelletjes veel plezier zult hebben! Prettige Kerstdagen, hoor! HET DEFTIGE BEZOEK IN HET DORP. Een Kerstverhaaltje. IIet was drie dagen voor Kerstmis. 1 J Voor het dorpslogement hield een prachtig rijtuig, bespannen met vier schimmels, stil. Er sprong een neger van den bok, deed het portier open en hielp een dame uitstijgen, die aan den inmid dels toegesnelden waard vroeg, of zij eenige dagen bij hem logeeren kon. „Zeker, zeker, dame!” zei de waard, ter wijl hij niets anders deed dan buigen. De dame ging naar binnen, terwijl de neger en een lakei haar volgden en de zware kof fers naar binnen brachten. Toevallig was oom Jochem in de gelag kamer, toen de dame er door liep. Oom Jochem keek haar met groote oogen na, maar hij zag niet, dat de dame, toen zij hem opmerkte, snel haar zakdoek voor haar mond hield, opdat zij anders stellig zou zijn gaan lachen. Oom Jochem stond echter toch snel op en haastte zich naar zijn broer Krelis, aan wien hij vertelde, dat in het logement van het dorp een def tige dame was afgestapt, die als twee druppels water op Krelis’ dochter Lena leek. „Daar geloof ik niets van," zei broer Krelis. „Hoe kan dat nou? Lena heeft niet eens geld om met Kerstmis naar huis te komen." En moeder Antje, de vrouw van Krelis. vond het jammer, dat haar dochter niet thuis kon komen. In het dorp was het nieuwtje intusschen van mond tot mond gegaan, dat er een rijke dame in het logement was aangeko men. Iedereen wilde’ haar zien en dus was de gelagkamer vol menschen. De dame kwam echter niet tevoorschijn. Op Kerstmisavond echter, toen alle huisgenooten bij Krelis om den Kerstboom zaten, kwam opeens Lena binnen. Zij was gekleed in haar eenvoudige boerenklee- I II o ZOEKPLAATJE. In dit plaatje zult ge na goed zoeken den deugniet verborgen zien, die de kool van boer Os heeft opgegeten. ZOEKPLAATJE. En op dit plaatje moet ge den hengelaar zien op te speuren, wiens mandje visch Jan en Keetje Poes zoo gulzig leegsnoepen. I

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1929 | | pagina 18