SASCIHA*! IL 11 IE IF ID IE
r
«1
4
riep haar
IN HET GEBIED VAN DE EEUWIGE SNEEUW BIJ GRINDELWALD (Zw.).
VRIJ NAAR HET AMERIKAANSCH DOOR FIOR DA LISA
He
„N
i
w
van een vriendin van 5ascha’s moeder,
overleden. De drie menschen waren uit
hadden na een langen zwerftocht door
Europa twee kamertjes gehuurd te Parijs.
als broer en zus opgegroeid en langen
waren het inderdaad,
zorgde met de zeventienjarige Vera,
het onderhoud van hun drieën, want
om iets te verdienen.
haar werk thuiskwam, vond zij
was
6)
Nieuu/e lezers beginnen hier:
Het was niet voordat zijn moeder in een smerige kazerne
woning te Parijs was overleden, dat Sascha met een zonderlinge
gewaarwording, die zijn ziel op een ongekende wijze beroerde,
begreep, dat hij Vera beminde met een méér dan broederlijke
liefde
Vera was de dochter van een vriendin
die aan typhus was
Rusland gevlucht en
bijna alle landen van
Sascha en Vera waren
tijd hadden zij niet beter geweien of zij
Sascha. die nu achttien was,
die midinetle was. voor
Sascha's moeder was te zwak
Op een avond, toen Vera van uaui >aiuianna.», -
Sascha huilend voor zijn moeders bed liggen. Zij was gestorven dekking
en Sascha was ontroostbaar.
Vera zei hem echter, dat „hun moedertje” wilde, dat zij flink
zouden zijn, en in waarheid was zij voor hem de troosteres in deze
kamer, waarin de dood was binnengelreden. Na de begrafenis,
waarbij zij alleen achter den lijkwagen hadden geloopen in een
stroomenden regen, die hun kleeren had doorweekt, kwamen
zij weer terug op hun kamertjes en omdat zij jong waren en
hel leven nu eenmaal zoo is, waren zij weldra over hun ergste
verdriet heen. Vera lachte weer en Sascha verborg zijn liefde
voor haar opnieuw onder zijn bitsheid Op een keer, dat
zij samen op een Zondag naar het Bois de Boulogne gingen,
raakte Vera bijna onder een auto. Net bijtijds kon Sascha haar
nog wegtrekken en op dat oogenblik, nu de dood ook Vera bij
hem vandaan zou hebben gerukt, voelde hij hoe hij zonder haar
nooit zou kunnen leven. Zij brachten samen een heerlijken dag
door in hel Bois. Pas tegen het vallen van de schemering stelde
Vera hem voor naar huis terug te gaan, omdat zij zoo'n dorst had.
Als twee gelukkige kinderen wandelen zij naar de Rue Danton
Onder de bewoners van hun huis was ook een zekere Adolphe
Meunier, een jongeman, die overdag sliep en des avonds en
nachts zijn werk verrichtte. Op zekeren dag maakt hij een
praatje met Vera op de trap, en vraagt haar of zij en Sascha
met hem gaan soupeeren. Vera bedankt echter en zij toont zich
daarbij iets uit de hoogte, ofschoon zij den jongeman niet on
aardig vindt. Wanneer zij het voorval aan Sascha vertelt, wordt
deze boos en dreigt Meunier de trap af te smijten indien hij het
nog één keer waagt „haar lastig te vallen'’.
Sascha droomt van de kans, in een orkest benoemd Ie wor
den als violist en het lot wil, dat hel Meunier is, die hem zijn
kans bezorgt- Op-een avond kwam hij hun twee kaartjes brengen
voor een circus. Hij was blijkbaar in het geheel niet beleedigd,
omdat Vera had geweigerd met hem te soupeeren.
Na afloop van de voorstelling die Sascha slechts op aan
dringen van Vera wilde bijwonen noodigde Vera Adolphe
Meunier uit een kopje koffie in hun appartementen te drinken.
Hij voldoet aan haar verzoek en hoort dan dat Sascha droomt
van een plaats in een orkest. Hij zegt er een voor hem te welen
in een cabaret, waar veel vreemdelingen komen- Inderdaad krijgt
Sascha de betrekking, hoewel hij geen waarde aan Meuniers
belofte had gehecht Aan hun kalme avondjes thuis was nu
echter een einde gekomenSascha moest tot diep in den nacht
in hef cabaret spelen en i"
slechts van eikaars gezelschap.
Vooral Vera voelde zich des avonds, wanneer ze alleen thuis
was, erg eenzaam en in haar verlangen Sascha te zien, vraagt
zij Adolphe Meunier op een avond haar naar het cabaret te'
brengen, waar hij speelt. Er ontstaat een hevige scène, wanneer
Sascha hen ziet. Hij dwingt haar weg te gaan door te weigeren
verder te spelen, zoolang zij blijft. Onderweg naar het cabaret
had Adolphe Vera een schitterend parelencollier aangeboden,
maar het meisje, dat begreep waartoe haar dit ten opzichte van
hem verplichtte, had zijn geschenk niet aanvaard.
non voor patiënten in de Rue Danton! en
er waren nog andere uitgaven van verschillen
den aardMaar wat beteekende dit alles in
vergelijking met haar angst over Sascha zelf?
Wat beteekende dit alles, in vergelijking met zijn
gezondheid en zijn leven?
Ongelukkig genoeg hingen juist zijn gezond
heid en zijn leven van geld af. Dat was het
vreeselijke feit, dat zij onder de oogen had te
zien, terwijl zij hem verpleegde gedurende die
dagen en nachten van onbeschrijfelijken angst,
tot hij, eindelijk, door de crisis heen was en
niet langer in zóó’n groot gevaar verkeerde.
Maar hij was vanzelfsprekend nog erg zwak,
en had allerlei versterkende middelen noodig,
die zóó duur kostten, dat zij, naar ze meende,
wel alle schatten der aarde mocht hebben be
zeten, om ze te kunnen koopen! Maar haat
beurs was leeg! Er waren zelfs niet eens meer
vijf francs in, toen Sascha vier weken ziek
had gelegen. En niet eens meer twee sous, toen
zij een flesch wijn had gekocht en wat bouillon
extract, en de medicijnen, welke Sascha be
slist noodig had. Wat moest ze beginnen? Mor
gen, overmorgen... en in de weken, <^ie komen
zouden?
Soms vroeg Sascha haar hoe ze aan al het
geld kwam. Hij kon niet veel spreken, en lag
daar mager en bleek, terwijl hij haar met zijn
blikken volgde als zij door de kamer ging
of haar hand kuste, wanneer zij naast hem aan
zijn bed kwam zitten. En soms keek hij haar
aan, met een glimlach in zijn oogen, waarin een
groote vereering te lezen stond
„Hoe kom je toch aan het geld?” vroeg hij
op een avond weer. „Hoe kun je toch zooveel
uitgeven, terwijl we geen van beiden wat ver
dienen?”
„Iedereen is zoo goed voor ons,” antwoord
de ze hem. „En je weet, hoe zuinig ik ben, lieve.
Maak je geen ‘zorgen over geld. Je zult nu
spoedig weer beter zijn."
„Ik bewonder je,” zei hij, vereerend tegen
haar glimlachend. „Ik ben je mijn leven ver
schuldigd.”
Ze lachte.
„Domme ouwe beer,” zei ze vroolijk. „Ik
heb niets anders gedaan dan wachten tot je
beter was.”
Ze deed alsof ze geen zorgen had en lachte
vroolijk om hem gelukkig te maken. Maar even
later sloop zij naar haar eigen kamertje en
schreide daar haar leed en haar zorgen uit,
terwijl ze haar hoofd in de kussens van haar
bed verborg. „Iedereen is zoo goed voor ons,"
had ze tegen hem gezegd. Maar des mofgens
was de concierge naar boven gekomen. Het
„Ik schaam me heel erg,” vertelde ze hem
even later. „Sascha heeft zich werkelijk be
lachelijk aangesteld! Ik moet u vragen hem te
willen verontschuldigen, monsieur!"
„Het lijkt wel een jaloersche minnaar," zei
Adolphe Meunier.
Sascha verloor bijna zijn baantje ten gevolge
van die scène in het cabaret. Maar het was
om een andere reden, dat hij zijn ontslag moest
nemen, juist op het oogenblik, dat hem een
nieuwe kans geboden werd. Die kans kwam
van den netten heer, die had gezegd, dat
Sascha een veel te goed artist was om in die
sale bcite, zooals hij het cabaret noemde, te
spelen. Hij had Sascha op zekerenavond aan
gesproken en aangeboden, hem in kennis te
brengen met den directeur van een restaurant,
dat spoedig zou worden geopend in de Champs
Elyssées. Die wilde een waar artist hebben
en. 't zou een mooie promotie zijn voor Sascha.
Hij zou er door onder de aandacht komen van
de élite van Parijs. Zelfs Sascha was er ver
rukt over en hij dacht, dat het te mooi was
om waar te kunnen zijn.
Toen kwam hij op een avond thuis uit het
cabaret en klaagde over hoofdpijn en pijn in zijn
beenen.
„Het is misschien een aanval van griep,” zei
hij luchtig, daar hij Vera niet ongerust wilde
maken. Maar ze was wèl ongerust, vooral sinds
hij een anderen keer duizelig naar huis was ge
komen en in zijn slaap hard had liggen praten.
Hij praatte op 'n zonderlinge, bijna woeste ma
nier over zijn liefde voor haar. Hij scheen te
denken, dat zij hem verlaten had en
voortdurend terug
„Vera!Vera!Waarom ben je weg
gegaan?Ik kan zonder jou niet leven!".
„Ik ben hier, lieve,” zei Vera. „Ik zit aan
je bed. Ik houd je hand vast!”
Inderdaad zat ze aan zijn bed, terwijl zij
over haar nachtkleeren een sjaal had omge
slagen. Zij had haar eigen dekens als extra be-
over hem heengelegd omdat hij lag te
rillen van de kou wanneer hij het tenminste
niet zóó heet had, dat hij van benauwdheid met
zijn hoofd tegen het ledikant sloeg.
Misschien was het een kou, die hij had gevat
als hij van het cabaret in zijn dunne kleeren
des nachts naar huis kwam en hij uit een over
verhit lokaal op de nachtkoude straat kwam
terwijl de regen hem vaak tot op zijn huid
doorweekte.
„Longontsteking,” zei een dokter, dien zij
den volgenden dag had laten halen. „U zult
hem heel goed moeten oppassen. Allebei zijn
longen zijn aangetast, en ik geloof heel erg.
Zijn toestand is gevaarlijk.”
Dat woord „gevaarlijk" maakte Vera ont
zettend bang. Het zou verschrikkelijk zijn, in
dien zij Sascha moest verliezen. Ze zou er zelf
aan sterven! Ze zou Bever doodgaan dan
zonder hem verder te leven
„Sascha!” huilde zij. „O, mijn lieve Sascha!
Mijn vriend! Mijn beminde! Mijn liefste!"
Hij hoorde haar stem niet, maar lag in een
soort delirium, worstelend en hijgend om adem
te kunnen halen.
Natuurlijk ging zij niet naar heur betrekking.
Dat was onmogelijk. Sascha had haar noodig.
„..H Ze kon hem niet alleen laten, zelfs geen uur.
«Heen des Zondags genoten zij dus nog Ze bleef eenvoudig weg; ze zouden wel een
ander in haar plaats kunnen vinden. Het was
natuurlijk vreeselijk jammer, omdat ze nu niets
verdiende, en dat was vooral nu heel erg, nu
Sascha ziek was en hij natuurlijk evenmin iets
verdiende. Het was angstig, omdat als Sascha
niet binnen een paar weken beter was, het gas
zou worden afgesneden en de concierge huur
zou moeten hebben. Bovendien moest de dokter
iederen keer worden betaald, wanneer hij een
visite maakte dat was een conditio sine qua
/ondjes
I
De