ZONDERLINGE BEZOEKERS 8 q d 1 DE HEMELRUIMTE UIT El O den Deze geweldige meteoorsteen, die wrijving die men meer dan vijftien ton weegt, viel in Oregon (V.St.). Door de van den dampkring vloog het gevaarte in brand, waardoor de diepe gaten ontstonden, op deze foto duidelijk ziet. Ter vaststelling van de grootte werd een stoel meegefotografeerd. van Pallas’’ hield de geleerde wereld geruimen tijd bezig, maar het gelukte niemand, een aan nemelijke theorie op te bouwen. Dat de massa werkelijk uit de lucht gevallen was, scheen te belachelijk om als 'n ernstig feit te worden aangenomen, niettegenstaande de bij Ensisheim gevonden meteoor reeds meer dan tweehonderd jaar bekend was. Alle berichten, die onder het volk de ronde deden over het bestaan en het herhaalde vallen van meteoor steenen werden gedurig weer door de geleerden naar het rijk der fabelen verwezen, totdat de steenen-regen van l’Aigle in Normandie, die op den 26sten April van het jaar 1803 plaats vond, alle raadselachtigheid oploste. Het was nu in derdaad niet meer te loochenen, dat er af en toe steenen uit de lucht op onze aarde vielen! De meeste dezer uit de hemelruimte vallende massa’s bestaan uit steen. Slechts zelden zijn zij van ijzer. Tot de grootste ijzermeteoren uit onbekenden valtijd behoort het in 1784 ge vonden ijzer van Bemgode in Brazilië, welks gewicht op 8700 K.G. geschat wordt! Aan een studie over meteoorsteenen van natuuronderzoeker Dr. I. Wiese ontleenen wij nog de volgende interessante bijzonderheden. In het jaar 1907 stortten in de nabijheid van Long Island twee kolossale meteoorsteenen in zee. De een veroorzaakte bij zijn val een ster ke vloedgolf, die het nabijgelegen strand over stroomde en eenige badkoetsjes omwierp. Over den ander vertelt een bericht uit Boston van 26 Augustus dat hij door het stoomschip „M. Cambtian” gezien werd. Als door een wonder was het schip aan een verwoesting door den meteoor ontkomen. De derde officier van 't schip, die juist wacht had, verhaalt over den val als volgt: Plotseling vlamde noord oost van ons schip een lichtend voorwerp op, dat veel op een vuurpijl geleek. Met een on gehoorde snelheid kwam de vurige massa nader en nader, en vervulde de lucht met heete, bij tende gassen. Het gevaarte was ongeveer zoo groot als een flink huis en stortte op nauwelijks van het schip met een Bij zijn val veroorzaakte ^^eeds in de vroegste tijden hebben de J meteoren, dat zijn steen- of staalachtige massa s van verschillende sterren afkom stig. de belangstelling der natuurvorschers op gewekt. Het valt dus heelemaal niet te ver wonderen, dat wij reeds in de oudste geschrif ten der Chineezen en andere antieke cultuur volkeren een aantal plaatsen vinden, waar over meteoren wordt gesproken. Er hebben zich, zooals zoo vaak met onderwerpen uit de natuur wetenschap gebeurde, rond de meteoorsteenen reeksen legenden gevormd. Vaak zag men er een bovennatuurlijke aanwijzing in. Zoo is het bijvoorbeeld ook waarschijnlijk, dat de in de Kaaba te Mekka vereerde steen een meteoor is. Zoodra de pelgrims aan den vierhoekigen steen van Mohammed komen, werpen zij zich op hun knieën. Volgens het geloof der Mohammedanen zal deze steen op den dag der opstanding oogen en ooren krijgen, om voor de geloovigen te getuigen, dat zij hun pelgrimsplicht volbracht hebben. De eerste, door een oorkonde gestaafde val van een meteoor, waarvan de steen nog voor handen is, is die van Ensisheim in den Elzas. Hij viel op 7 November van het jaar 1492, en nog heden ten dage bewaart de gemeente den niet geheel gaven steen. In het jaar 1749 vond een kozak aan den oever van de rivier Jenisseï in Siberië een ge weldigen, massieven klomp ijzer, met een zwart bruine, met gaten overdekte oppervlakte, welks gewicht meer dan veertien centenaar bedroeg! In heel den omtrek was zulk ijzer niet te vinden, en de herkomst van het blok scheen dan ook zeer raadselachtig. De natuurvorscher Pallas, die het later bezichtigde, kon van den oorsprong evenmin een verklaring geven, en hij bleef even wijs als hij was, toen de Tartaren hem ver telden, dat het gevaarte uit den hemel was komen vallen. Het gelukte intusschen kleine stukken van het ijzer af te slaan, en tenslotte werd de rest in het Mineralogisch Museum der Academie te Petersburg opgeborgen, waar het ook nog heden veertig meter afstand te bezichtigen is. De oorsprong van den steen vreeselijk gesis in zee. het een kolossale golf, die het schip sterk naar één kant deed hellen.” De officier zeide woor delijk: „Toen deze gloeiende, sissende massa dwars over mij heen suisde, voelde ik, hoe mijn hart stilstond. Als de meteoor ons schip ook maar even had aangeraakt, was het stellig met man en muis naar den kelder gegaan!” Als zulke massa's op de aardoppervlakte neervallen, moeten zij natuurlijk wel zeer diepe gaten slaan. Zoo'n gat, een kilometer in doorsnee metende en 190 meter diep, vond men in 1891 in Arizona (Canon Diablo). Een groot aantal ijzermeteoren lagen in den omtrek ver spreid. De grootste er van woog slechts 425 kilogram, waaruit bleek, dat de hoofdmassa was verdwenen. Het is niet onmogelijk, dat deze, nadat hij het reusachtige gat in den grond geslagen had, van hieruit, door de hitte van door den stoot ontstane gassen, weer terug in de hemelruimte geslingerd werd. Het ontstaan van zulk een maankrater-achtig gat kan ten minste op geen andere wijze worden verklaard, en wij hebben hier dus een spoor van een wereldlichaam van minstens een kilometer door snee, dat met de aardoppervlakte in aanraking is geweest en nu, wie weet waar, wederom in het heelal zweeft. Van alle voor ooggetuigen van den hemel ge vallen steenen is die, welke op 12 Maart 1899, bij Borgo in Finland neerkwam, de grootste. Hij weegt 325 K.G. Hij werd onder zeer merk waardige omstandigheden gevonden, die be wijzen, hoevele van zulke steenen verloren gaan. Een boer, die door den hellen lichtschijn en de „kanonnadeuit zijn slaap gewekt was, maar toen niets bijzonders meer zag, meldde het feit toch aan de Sterrewacht te Helsingfors, die de zaak onderzoeken liet. Men vond toen in het ijs van het toegevroren meer nabij den oever een ongeveer drie meter groot gat. De meteoor had zich behalve door het driekwart meter dikke ijs, ook nog zes meter diep in den kleibodem van het meer geboord! Bij de plot selinge afkoeling, die de waarschijnlijk gloeiende steen op het ijs onderging, waren talrijke stuk ken van hem afgeslagen en ver in 't rond ge slingerd! Pe materieele waarde der meteoren is tame lijk beduidend, daar reeds vóór den oorlog on geveer twaalf gulden per gram betaald werd, dus tienmaal meer dan voor goud. Zelfs de goedkoopste kostten vóór den oorlog altijd nog vijfenzeventig gulden per kilogram! Natuurlijk zijn de veel zeldzamere ijzermeteoren het duurst. De beroemdste van alle meteoren is de z.g. „Ijzeren BergVan zijn bestaan heeft de Noordpoolvaarder Rost in 1818 voor het eerst door Eskimo's gehoord, toen hij naar de her komst van de ijzeren punten op hun wapens vroeg. Zij zeiden, dat zij die van den „Ijzeren Berg” hadden, die op het ijs van de Melville- baai lag. Deze reuzen-meteoor, die ongeveer 4000 K.G. woog, is met ongehoorde kosten in 1903 naar New-York verscheept. „Ma, ik wou, dat u die kiespijn hadt in plaats ik!" „Maar kind, dat is niet erg mooi van je, om dat te wenschen!” „Maar u kunt uw tanden en kiezen toch uit uv. mond nemen. Ma?”

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1930 | | pagina 13