1
3
fl
VOOR DE JEUGD
yjmnwli
Ie
Lr
deze
0
n(
sb
TOEN JANTJE DE PIANO
AFSTOFTE.
Een verhaaltje, dat de kleintjes zélf
kunnen lezen.
„Hier, Jantje," zei moeder, haar zoontje
een stofdoek in de hand drukkend, „help
me eens een handje!"
Jantje begon heel ernstig stof af te ne
men in de kamer. Hij veegde met zijn stof
doek langs de stoelen en was vooral erg
voorzichtig voor de vazen en andere mooie
dingen, die op den schoorsteenmantel ston
den. Toen hii eindelijk aan de piano gena
derd was, schitterden zijn oogen van ple
zier. Jantje vond het heerijk, de piano af
te stoffen!
„Luister eens, Wimpie," zei hij tegen
zijn kleinere broertje en hij liet den stof
doek vlug over de toetsen gaan. De noten
kwamen uit de piano als een zonderling,
vroolijk liedje. De laatste toon stierf weg
in de lucht.
Wimpie kraaide van pret. „Wéér doen!"
riep hij. „Wéér doen!" Dat waren twee
van de weinige woorden, die hij kon spre-
den de vurigste en meest woeste dieren ken
gekozen en de jeugdige temmer moet
maar zien, dat hij op den rug van het
dier komt.en (hoe hij er op blijft.
Hetgeen vaak nóg moeilijker is, daar de
yak bekend is met alle trucs, die het zijn
berijder onmogelijk maken, te blijven
zitten. Bovendien is hij buitengewoon
vlug in het gebruik van zijn horens, zoo-
dat het voor den afgeworpen berijder nog
oppassen is ook, dat hij geen stoot met
dat vreeselijke wapen krijgt!
Het spreekt vanzelf, dat beide sporten
echte winterspelen zijn, evenals ons voet
bal, maar het eerste spel zou mij tóch
niet erg bevallen! Het lijkt mij te ruw!
Doch de negers houden er erg van!
WAT KLEINE ONBESCHAAFDE
JONGENS SPELEN.
II isschien hebben jullie wel eens tegen
jVl elkaar gezegd, als jullie niet wist,
wat je spelen zoudt: „Hoe zouden
die kleine onbeschaafde jongens in verre
landen zich nu wel vermaken? Die gaan
niet naar school en hebben dus een heelen
dag den tijd, om allerlei spelletjes te
doen!"
Nu, als je eens zien kon, hoe die zich
amuseeren, zou je je denkelijk wel ver
bazen! Zij doen namelijk bijna uitsluitend
spelen, waarbij heel wat kracht.en zoo
goed als steeds veel vernuft en behendig
heid te pas komen. Dat had ge misschien
niet gedacht van die kleine wilden, hè?
Ik ken natuurlijk niet alle spelen welke
zij doen, maar toch weet ik er wel een
paar en die zal ik jullie hier nu eens
vertellen.
Het eerste spel heet het Uganda Schop-
spel en wordt in Afrika gespeeld.
Een neger, die goed hard kan schoppen,
is juist de knaap ervoor! Inplaats ech
ter van tegen een bal te trappen, trappen
ze tegen hun tegenstander, tot ze
eindelijk omver getrapt hebben.
Als het spel gaat beginnen, loten de
beide jongens wie van hen den eersten
keer mag trappen. De winnaar mag een
aantal schoppen geven en als hij er niet
in slaagt, zijn tegenstander in het zand
de
en hij klapte in zijn mollige handjes
van de pret.
Maar Jantje bleef luisterend stilstaan,
zijn stofdoek in de hoogte houdend.
„Hoor je dat?" vroeg hij fluisterend.
In de piano klonk heel zwak het rennen
van kleine voetjes. Het leek wel, alsof heel
kleine feeën, die in de piano hadden lig
gen slapen, door de muziek wakker ge
worden waren.
Erg verbaasd lichtte Jantje het boven
blad van de piano op en keek naar bin
nen. En wat denken jullie wel, dat hij
zag?
Een klein, zacht nestje met drie dikke
kleine muisjes erin en, rennend door de
piano, de moeder-muis.
Den heelen langen zomer door had nie
mand de piano aangeraakt en moedennuis
had het een heerlijk plaatsje gevonden om
er haar kleine familie groot te brengen.
Het leek een wreede daad haar te ver
ontrusten, maar ten slotte zou vandaag of
morgen iemand natuurlijk weer eens piano
willen spelen. Dus werden moeder-muis
en haar kinderen „op straat gezet
Na dit voorval stofte Jantje nooit de
piano af of hij luisterde altijd heel goed
als de laatste noot was weggestorven of
hij geen kleine voetjes hoorde loopen....
Maar hij heeft het nooit meer gehoord
Een dergelijk avontuur komt dan ook
maar heel zelden voor, nietwaar?
Hebben jullie het al eens meegemaakt?
GRAPJE.
Iemand liet een Amerikaan de omgeving
zien, waarin hij woonde.
„Deze heuvels zijn hoog, niet?" vroeg
hij aan zijn gast.
„Alleen de toppen maar," antwoordde
de Amerikaan droog.
te doen bijten, is deze laatste aan
beurt gekomen. Bereikt ook deze in het
overeengekomen aantal schoppen zijn
doel niet, dan mag de eerste weer. Zóó
gaat het steeds door, tot eindelijk een
van de twee op den grond ligt. De win
naar heeft nu een aantal koperen ringen
en schelpen in ontvangst te nemen, die
in zijn land de plaats van munten innemen,
zoodat de belooning toch uit een geldprijs
bestaat.
Natuurlijk trappen de deelnemers slechts
met hun bloote voeten. Maar ge moet
daarom niet denken, dat ze hierom
zachtjes schoppen. De meeste inboorlin
gen van Afrika hebben harde voeten. In
sommige deelen van Uganda heeft men
bijvoorbeeld het voetbalspel geïntrodu
ceerd en ook dat wordt er zonder schoe
nen gespeeld!
Een ander spel heet Yak-temmen.
In het heuvelachtige land om Lhasa,
de hoofdstad van Thibet, kan men deze
sport, die de gevaarlijkste van alle spor
ten is, nogal eens zien beoefenen.
Yaks lijken uiterlijk veel op Ameri-
kaansche bisons. Ze worden gebruikt als
rij- en lastdieren. Maar als ze gevangen
worden, zijn ze erg woest en alvorens ze
geschikt zijn om den menschen diensten
te bewijzen, moeten ze getemd worden.
Evenals men in Mexico en in het Wilde
Westen de stieren- en paarden-temmers
heeft, heeft Thibet zijn yak-temmers. Dit
zijn de mannen, die het brevet behaald
hebben, dat zij zelfs op den wildsten yak
uitstekend kunnen rijden.
Al heel jong begint de aanstaande yak-
temmer zich te oefenen. Hiervoor wor-
X/7#
o
■o-
De
de
Hierboven zien jullie twee zoekplaatjes afgebeeld. Op het plaatje links moet je den deugniet^iente^vinden,die^demW'
Piet Ooievaar en Jan Nijlpaard heeft leeggesnoepL Als jullie na veel zoeken ze niet vinden kunt, willen vader
moeder je misschien wel helpen. Maar je moet het niet te gauw opgeven hoor, want zóó erg verborgen zijn
7 <T P.CnÏc
1ugg