i 1 fa M 3 L j kJ TJ\CT. HET BAKKEN VAN AARDAPPELEN. om 4 deze eigenschappen die dat niet zou Dui zan kilc tot zoo Eui Ter keti een fen, hoe hut stei E vaa huh ven opli pen er vall sen waa Dor in i voo 0 snei in bevi lang Er beki weit de der ste, Noc hooi den E, vert zij 1 laat; Trer here echt den en i reed mee R< sen gebi Barl binn ze&e sche krac terw pene wen gidsi men V. om te di gelei in d over mun gewi °P nard nard gere ande St.-E eindi redd werk twee nikei de r de 1 reed brigi la lichtgroen mousseline, met crème zijde gegarneerd aan hals, mouwtjes en zakjes, waaruit twee toegevouwen plooien springen. 2. Overgooiertje voor meisjes van 5 tot 10 jaar van rood en beige geruit vyella, waaronder een blousje van witte toile de soie wordt gedragen. 3. Een allerliefst partij-jurkje voor de heele kleine meis jes. Het is vervaardigd van wit gemoesd mousseline, met kleine pofmouwtjes en aan zoom, hals en mouwen afge werkt met een 'lein strookje. 4. Een jurkje van gele tafzij met klokrokje en kort lijfje, dat in het midden met een puntje naar boven is geknipt, waaronder de ruimte is gesmokt. Mouwtjes en halsje afgewerkt met een ruim strookje. 5. Luchtige zomerjapon van bedrukte crêpe de Chine. Het model is zeer eenvoudig, met kleine plooitjes onder het schouderstuk en korte mouwen. 6. Manteljapon van donkere zijde met lichte stipjes. Het lijfje sluit schuinsover met een knoop of gesp. 10 rechte woord op het juiste oogfenblik te zeggen. Denzulken wordt veel vergeven, omdat ze dik wijls toch zeer goedig en hulpvaardig zijn. De anderèn echter» die beter weten en beter kunnen en die toch voortgaan zich opzettelijk onpopulair te maken, berooven zichzelf op den duur van anderer vriendschap en maken den omgang met hen vaak onmogelijk. Zij doen de machine, die leven heet, niet vlugger loopen, noch nemen zij de wrijvingsplekken weg, maar ze leggen haar integendeel allerlei hinderpalen in den weg, waardoor maar al te vaak stagnatie ontstaat. Dat zijn de opzettelijk tactloozen en zij maken hét leven veel moeilijken dan het is. Tact, in de volle beteekenis van het woord, kan niet worden geleerd, maar iedereen kan, met eenigen gefeden wil, voorkomen voor tact loos te worden gehouden! En wie dit weet te bereiken, heeft er het zijne toe bijgedragen de ingewikkelde machinerie van het leven, wat ge makkelijker en althans zonder haperen te doen loopen. of daad hinderlijk te zijn, en wanneer we ons eens een keer het zwijgen opleggen wanneer ons iets wordt toegevoegd wat niet prettig in onze ooren klinkt, dan hebben we eigenlijk nog maar weinig noodig om de machine, die leven heet, „gesmeerd” te doen loopen. Tot op zekere hoogte zou men de boven bedoelde handelingen het negatieve deel van den tact kunnen noemen. Het positieve zou dan hierin bestaan, dat we niet alleen de wrijving van de levens-machine wegnamen, maar boven dien een handje hielpen om ze vlugger te doen loopen. Daartoe is positieve tact vereischt, en deze zou dan voor het grootste deel bestaan in het zeggen en doen van het juiste ding op het juiste oogenblik. Iedereen voelt, dat dit vrij wat moeilijker is, maar.... het zal niemand zoo erg opvallen wanneer wij deze gave missen. Men verwacht immers geen tactvol woord of een tactvolle daad, terwijl men wèl verwacht, dat we niemand opzettelijk hinderen. Zooals er twee soorten tact zijn, zijn er ook twee soorten tactlooze menschen. De eersten zijn tactloos geboren en dezen slagen er met den besten wil van de wereld niet in, het Indien de aardappelen zijn gekookt, voordat ze worden gebakken, moet men er vooral voor zorgen, dat ze droog zijn voordat men ze in de boter'of in het vet doet. Het is niet goed te veel aardappelen tegelijk in het kokende vet te doen, daar hierdoor de temperatuur van het vet daalt, waardoor de aardappelen niet geheel doorbakken kunnen worden. Wanneer aardappelen gesneden worden vóór het bakken, verdient het aanbeveling alle stuk jes en reepjes even groot te maken. Hierdoor zullen ze ook allemaal even doorbakken worden. Let er op, dat het vet „blaasjes maakt”, voor dat de aardappelen er in gedaan worden, anders worden ze te vettig. Nadat de aardappelen gebakken zijn, laat men ze uitlekken op papier, waarna men ze met een weinigje zout besprenkelt. Een deugd zoowel als een noodzakelijkheid Er zijn twee manieren om iets te doen en sommige menschen kiezen altijd de verkeerde. Bij handenarbeid noemt men dit „onhandig”, in andere gevallen spreekt men van „gebrek aan tact”. We „dwalen” allemaal wel eens en zeggen dan iets, dat tactloos is, juist zooals we allemaal wel eens een kopje breken, maar er zijn menschen, die net zijn als het dienstmeisje, dat iederen keer als ze afwascht een kopje laat vallen en af en toe ook nog eens het blad met het heele ser vies er op. Wat is tact eigenlijk? De een omschrijft het als een „gevoel voor hetgeen passend” is, an deren als „een eigenschap om zaken goed te behandelen”. Beide omschrijvingen, hoewel op zichzelf juist, wekken het idee, dat tact iets is, wat aangeboren moet zijn. Een schrale troost flus voor hen, die deze gave niet in hun wieg vonden liggen! Een verstandige vrouw gaf als een definitie van „tact": „Zwijgen, wanneer spreken kwetsend zou zijn.” Dat lijkt niet kwaad, maar er kun nen zich omstandigheden voordoen, waarbij zwijgen veel kwetsenden is dan spreken, en er hoort al weer tact toe, om te weten, wanneer men het een moet doen en het andere laten. Een andere omschrijving, die wij dezer dagen hoorden, lijkt ons daarom veel beter en meer geschikt om „tactlpoze menschen” een riem on eer het hart te steken. Ze luidt: „De olie voor de machine, die leven heet”. Zooals de olie een machine doet loopen zon der noenienswaardige wrijving, zoo maakt tact ook het verkeer tusschen de menschen onder ling mogelijk, zonder dat er „haken en oogen” ontstaan. Om dit te bereiken, is slechts wat in schikkelijkheid en meegaandheid noodig; wat „geven en nemen”, zooals men dit noemt. Wie aankweekt en wie is er, kunnen? is reeds een eind op weg om „tactvol” te worden. Wanneer “we te beginnen zorgen, niemand door woord 1. Aardig jurkje voor meisjes van 5 tot 10 jaar, van hals, mouwtjes

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1931 | | pagina 10