1 o<an den Atlantischen Oceaao UD&II& woinidliQir^ini :l k 1 -1 1650 Eerste oorlogsschip. 60 dagen. 1833 „Royal William’’. Eerste werkelijke stoomschip. Overtocht 231I2 dag. 1819 ..Savannah". Eerste schip met stoom machines als hulpkracht. Overtocht 28 dagen. 1815 Eers(ezeil-„Packd”, „Pacific’’. Overtocht 40 dagen 1909 „Lusitania**. Door turbine gedreven mailschip. Vijf dagen. I 1844 „Great Britain’’. Eerste schroef stoomboot. Overtocht 16 dagen. lederen dag heerscht men het net van 1” naar den anderen vliej pen met zich voert, oefent op de temperatuur van zelfs zeer verafgelegen landen grooten in vloed uit, bijvoorbeeld op Scandinavië, waar het zonder dien Golfstroom zóó koud zou zijn, dat er geen menschen konden wonen. De La- brador-Golfstroom daarentegen is een koude ijsber- Zij. die de record-overtochten van den Atlantischen Oceaan op hun naam wisten te zetten. De vliegmachine links onderaan stak het breede water zonder tusschenlanding over in zestien uur. Het watervliegtuig er naast had er 373/4 vlieguren voor noodig. er op den Atlantischen Oceaan enorme drukte. Men zal dit nauwelijks betwijfelen, indien lijnen beziet, dat de onderzeesche kabels, waarlangs de mededeelingen van den eenen oever vliegen, en de routen der stoom- en zeilschepen voorstelt. De pijltjes geven de richting der stroomingen aan. De „Noordamerikaansche diepte” is de diepste plaats van den Atlantischen Oceaan. wonen. 1 is een stroom, die uit de Poolstreken komt en gen met zich voert, die vaak een bedreiging vormen voor dé scheepvaart op den Atlanti schen Oceaan. Er bestaan geen algemeen aangenomen gren zen voor den Atlantischen Oceaan, maar in dien wij den Noord- en Zuidpoolcirkel als de noordelijke en zuidelijke grenzen beschouwen, dan bedraagt zijn lengte ongeveer dertiendui zend vijfhonderd kilometer. Volgens deze be rekening zou de totale oppervlakte 34.000.000 vierkante mijl zijn, of meer dan tweemaal de oppervlakte van Noord- en Zuid-Amerika te zamen. Op de grootste breedte, tusschen de Golf van Mexico en de kust van Afrika, heeft hij een uitgestrektheid van zesduizend zeven- honderdvijftig kilometer, terwijl hij, op het minst breede gedeelte, tusschen Cape St. Ro que in Brazilië en Kaap Palmas in Afrika, on geveer drieduizend kilometer meet. De naam Atlantische Oceaan is volgens som migen afgeleid van het Atlas-gebergte in N.W.- Afrika; waarschijnlijker is het echter, dat hij zijn naam dankt aan „Atlantis", een kolossaal eiland, dat volgens sommige oude schrijvers, ten Westen van de Straat van Gibraltar heeft gelegen en lang vóór het begin onzer jaartelling met al zijn bewoners door den Oceaan zou zijn verzwolgen. rijke soorten zee-zoogdieren leven, waarvan de walvisch en de rob de meest bekende vertegen woordigers zijn. De Atlantische Oceaan heeft verscheidene stroomingen, zoowel koude als warme, die hoofdzakelijk veroorzaakt worden door de pas saatwinden. Langs den equator, van Afrika naar Zuid-Amerika, beweegt de strooming zich in Westelijke richting. In de buurt van Brazilië splitst zij zich, waarna één stroom de Golf van Mexico binnendringt en vandaar noordwaarts gaat, den Noordelijken Golfstroom vormend, terwijl de andere naar het Zuiden afbuigt en vervolgens in een cirkelvormige beweging terug loopt naar de kust van Afrika. De beroemde Golfstroom, die de warme wateren van de tro- 1492 „Santa Maria". Columbus' vlaggescliip. Eerste overtocht 70 dagen. T Foor onze voorouders, die eenige eeuwen geleden leefden, beteekende de Atlantische yOceaan nog een grenzenlooze watermassa, die even angst-aanjagend als breed was. Hoe zeer de wereld oók in dit opzicht veranderd is, blijkt wel duidelijk uit het feit, dat hij voor ons een drukke verkeersweg is geworden, die goed- kooper en veiliger is dan welke spoorweg ook. In alle richtingen wordt hij bevaren door de groote vracht- en passagiersschepen, die als het ware een brug vormen tusschen de Oude en de Nieuwe Wereld, terwijl de ondergrondsche telefoon- en telegraafkabels een directe en on middellijke gemeenschap tusschen zijn beide oevers mogelijk maken. En zelfs vliegmachines hebben dezen geweldigen slagboom tusschen de beide werelddeelen weten te overwinnenl Indien men op een of andere wijze al het water uit de bedding van den Atlantischen Oce aan kon pompen, zouden wij een breede, gol vende vlakte te zien krijgen, die hier en daar onderbroken werd door toppen van vulkanen, bergketens en plateaux. Over het geheel ge nomen zou de bodem van den Oceaan echter een „gladderen” indruk maken dan het vaste land van Amerika. Gemiddeld is de Oceaan tus schen de drie en vier en een halven kilometer diep, maar bij Porto Rico heeft men een diepte van zeven en een half duizend meter gepeild! Een typisch kenmerk van den bodem van den Atlantischen Oceaan is een S-vormige keten, die zich van het Noorden naar het Zuiden over bijna de geheele lengte uitstrekt. De diepte boven deze keten variëert van twee en een half tot drieduizend meter, maar aan iederen kant daalt de bodem in een vallei van vier en een half tot vijfduizend meter beneden de opper vlakte. De hoogste toppen van dit onderzeesche gebergte steken boven het water uit en vormen behalve de Azoren, ook de eilanden St. Paul, Ascension en Tristan da Cunha. In de geschiedenis der onderzeesche telefoon zal het „Telegraaf Plateau”, dat tusschen New Foundland en Ierland ligt, steeds n belangrijke plaats innemen, want indien deze ondiepe zand bank er niet was geweest, zou het leggen der eerste oceaan-kabels bijna stellig tot de onmo gelijkheden hebben behoord. Thans kruisen on geveer vijftien kabels den Atlantischen Oceaan. Op de ondiepe plaatsen d.w.z. waar de bodem niet meer dan honderdvijftig tot vijf honderd meter onder de oppervlakte ligt be staat de grond uit slijmerigen modder, hoofd zakelijk gevormd door de overblijfselen van millioenen schaaldieren, die eeuwen en eeuwen lang in deze wateren hebben geleefd en er in zijn gestorven. Op grootere diepten bestaat de bodem uit een soort roode klei, waarin men sporen van meteoor-ijzer aantreft. Op iedere diepte van den Oceaan treft men visschen aan, terwijl nabij de oppervlakte tal- voorouders, die eenige eeuwen ROUTE STOOMSCHEPEN BOUTE ZEILSCHEPEN KABSLS

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1932 | | pagina 15