LZ iia«aaiiawoia»aiawaa hen 3dP- een door t »at een verschrikkelijk ding kan een woord \a/ zijn! Waarom spreken zooveel menschen W toch vóórdat zij denken? Een woord kan net zoo gevaarlijk zijn als een sluipmoordenaar; het kan net zoo snel een leven vernietigen als een kogel. Toch gaan de menschen maar steeds door met praten, spelend als kinderen met doodelijke wapens, hun woorden rondstrooiend zonder op te letten, waar zij vallen Ik heb een hekel aan menschen, die altijd maar praten. Maar voordat ik in hun zonde verval, het ééne woord te veel loslaat, kan ik beter vertellen, waarom ik zoo’n hekel aan heb. Het leek allemaal onschuldig genoeg. De menschen, die te veel praten, hebben trouwens nooit de bedoeling kwaad te stichten. Het begon tijdens een diner, dat de ouders van Lucy gaven, omdat zij zich zou gaan ver loven met Dick Holloway. Op den dag, voor dat hun engagement bekend gemaakt zou wor den, waren alle goede vrienden uitgenoodigd op een intiem dinertje. Ik had een plaats aan tafel gekregen, omdat ik een oude vriend van Dick ben en omdat ik Lucy al had gekend, toen zij’ nog met haar poppen speelde. Dick was iets ouder dan zij, maar zij hielden heel veel van elkaar en ieder een, die het goed met hen meende, was blij, dat zij elkaar gevonden hadden. Hij was het type van een man, waar je met vol vertrouwen heen kon gaan als je in moeilijkheden zat, en Lucy was één en al hartelijkheid en goede trouw. Dearden was niet uitgenoodigd voor ’t diner, maar omdat hij toevallig in de buurt was, was hij komen aanloopen en men had hem toen als het ware gedwongen om te blijven. Iedere stad heeft haar beroemden zoon. Dearden is de onze. Hij had reeds naam gemaakt, voordat hij een der bekendste strafpleiters van het land werd. Nog maar een week geleden hadden de cou ranten vol gestaan van zijn laatste overwinning. In een sensationeel geval, had hij zijn cliënt op schitterende wijze gered misschien wel van de galg! Verscheidene dagen achtereen had het Openbaar Ministerie een keten van bezwarende getuigenissen rond den beklaagde gesmeed; tel kens was er een nieuwe schakel aan den ketting toegevoégd, tot déze eindelijk als een ijzeren ring om hem heen sloot, waaruit geen ontkomen mogelijk scheen. Tijdens 't verhoor, dat hij een der voornaam ste getuigen had afgenomen, had Dearden den man op ’n leugen betrapt; hij had toen net zoo lang op hem gehamerd met zijn woorden met zijn woorden die hij zorgvuldig had gekozen en die als mokers op den ander waren neer gekomen, tot de meiheedige het ten slotte op gaf en bekende, dat zijn getuigenis valsch was geweestHiermee was de heele aanklacht als een kaartenhuis in elkaar gestort. We wenschten Dearden geluk met zijn succes en natuurlijk wilden we precies weten, hoe hij er in geslaagd was, den getuige tot een beken tenis te dwingen. „Het was eenvoudig genoeg,” zei hij. „Ik liet hem net zoo lang praten, tot hij zich één woord te veel liet ontvallen. Ik had geen enkel bewijs, dat hij loog, maar ik voelde, dat hij onwaarheid sprak. Er is niets zoo moeilijk te verbergen als een leugen. Daarom leidde ik den getuige door schijnbaar allerlei onschuldige vragen op zij paden, waar hij het spoor bijster raakte en het eene woord losliet, waarop ik had gewacht. Toen kon ik het bewijs van zijn meineed leve ren Deardens woorden brachten het gesprek menschen, die te veel praten. Als een goed au vocaat, wenschte hij zijn bewering i bewijs te staven. „De menschen begrijpen niet, welk een on- heilswapen een woord kan zijn,” vervolgde hij. „Een woord, dat in het geheel geen beteekenis kan hebben voor den een, of alleen maar een aangename beteekenis, kan in het oor van zijn om hem een pak slaag te geven. Maar hij be- heerschte zich en wachtte tot de vreemde weg ging. Toen liep hij hem achterop. In een stille zijstraat hield hij hem staande, eischte dat de ander zijn woorden zou intrekken, terug zou nemen, wat hij van het meisje had gezegd Maar de vreemde, die immers te veel ge dronken had, begon te lachen. Hij lachte mijn vriend in zijn gezicht uit. „Je lijkt wel ’n baby,” lalde hij, „om je zoo druk te maken over een vrouw! Ze zijn allemaal hetzelfde.... trouw aan dengeen, die haar het meeste kan geven....” Mijn vriend had een lieve, goede moeder ge' had; de meisjes en vrouwen, die hij kende, ver eerde hijEn nu beleedigde die dronkaard hen allemaalzijn moeder, het meisje waar hij van hield en dat hij respecteerde.... Als een dolleman vloog hij den ander naar de keel. De worsteling, die ontstond, was even kort als hevig, en toen mijn vriend eindelijk tot bezin ning kwam, lag de onbekende levenloos aan zijn voetenHi j was een moordenaar ge worden Met de kracht om weer te denken, kwam ook het besef van het verschrikkelijke, dat hij had gedaan. In een vlaag van krank zinnige woede had hij drie menschenlevens ge ruïneerd: de vreemde was dood; hij moest waarschijnlijk hangenhet meisje zou ver geefs op hem wachten Den geheelen nacht doolde hij door de ver laten straten, niet wetend wat te beginnen. Zou hij zichzelf aangeven, of niets zeggen? Niemand was getuige geweest van zijn daadDes morgens, uitgeput, wanhopig, verscheen hij op mijn kantoor Het was een moeilijk probleem voor ’n jong advocaat een vriend te helpen, die onvrij willig een moordenaar was geworden. Ik dacht na misschien waren mijn conclusies ver keerd maar ik redeneerde: indien hij zich aangaf, zou de vermoorde daardoor niet zijn leven terugkrijgen. Hij zelf zou waarschijnlijk zijn leven moeten geven Het meisje zou een schok krijgen, waarvan ze misschien nooit meer hersteldeIk nam een besluit en ad viseerde hem, niets te zeggen of te doen. In dien de feiten bij toeval later bekend mochten worden, zou hij er niets slechter aan toe zijn. De gedachte met het meisje te trouwen moest hij echter opgeven: hij mocht in de gegeven omstandigheden, die voorloopig nog zeer on zeker zouden zijn, haar leven niet aan t zijne binden Hij volgde mijn raad opHij leefde zijn leven gewoon verder, maar meed haar, die hem het dierbaarst op aarde was.... Het meisje begreep zijn houding niet; ze voelde zich ge krenkt en trouwde later met een anderZe werd echter niet gelukkig; ze kon mijn vriend niet vergeten en stierf kort na haar huwelijk." Dearden zweeg even. „Dat is eigenlijk de geheele geschiedenis,” zei hij toen. „Maar ik geloof, dat het genoeg rampen zijn door één woord. Hij was nauwelijks uitverteld, toen de ver loofde van Lucy binnenkwam. Zoodra hij Dearden zag, trad hij met uitge stoken handen op hem toe. „Kerel,” zei hij, „wat ben ik blij, dat ik je zie! Dat is ook in geen jaren gebeurd! Hoe lang zou het wel ge leden zijn „Dus je kent mr. Dearden?” vroeg Lucy, blij verrast. „Of ik hem kèn?” riep Dick lachend. „Dat zou ik gelooven.... We hebben samen school gegaan.” En toen, heel ernstig, terwijl hij nog steeds de hand van Dearden vasthield: „Kerel, ik zal nooit vergeten, dat ik je eerste cliënt was. ....Weer dat ééne woord te veel, dat los gelaten was in een onbewaakt oogenblik, als een roofvogel, die zich op zijn prooi gaat stor ten. En al de jammerklachten, die door de komende jaren zouden klinken, en al de tranen, die er geschreid zouden worden, konden het roofdier niet meer opsluiten in zijn kooi.... Dearden had zijn stelling bewezen BLOEIENDE HAVER. (Foto (jevaert) buurman klinken als een doodvonnis. De men schen lachen om ons advocaten, omdat we zoo angstwekkend nauwkeurig zijn bij het kiezen van onze woorden, omdat wij er zelfs onzen stijl geweld voor aandoen, maar wij weten bij er varing, hoe gevaarlijk een verkeerd woord kan zijn. Ik zal nooit de tragische gebeurtenis ver geten uit mijn eigen praktijk, die dit bewijst. Het gebeurde in deze stad, maar het was ver scheidene jaren geleden en ik zal geen namen noemen. Ik had mij pas als advocaat gevestigd ja, het gebeurde zelfs op den dag, dat ik mijn kantoor voor het eerst geopend had, en ik wachtte vol spanning op mijn eersten cliënt. Ik hoefde niet lang te wachten. Mijn eerste cliënt, die binnenkwam, was mijn beste vriend. Uitgeput viel hij in een stoel. Nooit zal ik de uitdrukking van wanhopige hulpeloosheid ver geten, die ik in zijn oogen las! Hij mompelde, alsof het hem moeite kostte, 'n woord te uiten. Eindelijk slaagde ik er in, uit hem te krijgen wat er gebeurd was. Den avond te voren was hij op zijn club ge weest. Naast hem had een groepje oudere heeren gezeten, die druk praatten en allerlei moppen tapten. Het is mij altijd een raadsel geweest, hoe overigens serieuze lieden hun tijd kunnen zoekbrengen door als een troep school jongens de meest onbenullige grappen te ver tellen. Mijn vriend hoorde niet bij het groepje, maar hij kon toch niet helpen, dat hij vaak een ge deelte van hun gesprek opving. Er bevond zich een vreemde bij hen, blijkbaar een introducé, die het hoogste woord voerde. De man scheen nogal flink gedronken te hebben en vertelde van zijn veroveringen, die hij op de vrouwen had gemaakt. Om te bewijzen, dat hetgeen hij zei, waar was, vertelde hij de geschiedenis van zijn laatste „overwinning”. Plotseling hoorde mijn vriend den naam noemen van een meisje, dat hij heel goed kende: een meisje, waar hij veel van hield, en waarmee hij zoo goed als verloofd was. En nu hoorde hij hier, in dien kring van moppen-tappende heeren, haar naam noemenHij luisterde en toen zei de vreem de met betrekking tot dat meisje een woord, dat mijn vriend het bloed van verontwaardiging naar het hoofd dreef. Hij balde zijn vuisten en zou het liefst op den ander zijn afgesprongen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1934 | | pagina 8