ff Si WL I f l o 1 ^4 tt. 81 avinfl 4/i WhiTBu Dame (opgewonden): „Ik heb daar heel veilig mevrouw, Dame (opgewonden): „Ik heb daar een dubbeltje laten vallen!'' Agent (geruststellend): „Nou, daar ligt't dan want er wordt een nieuwe bank gebouwd.'' Vrouw (tot verstrooiden dokter): „Heb je soms tegen een vrouw gezegd, dat zij dadelijk haar medicijnen moest innemen en vandaag in bed blijven?” „Eh-ja, dat kan uitkomen.” „Dan moet je zelf maar je eten koken. Het was de keukenmeid.” I Commensaal„U kunt me feliciteeren, juffrouw Jansen, ik ben verloofd. Hospita: „O, mijnheer, wat vind ik dat nou fijn! Vooral met het oog op uw biefstuk; die is heelemaal verbrand, ziet u!” Chef: „Kom, juffrouw Smit, schiet u eens een beetje op. U ver spilt veel te veel aandacht aan uw uiterlijk. Typiste'. „Verspillen? Hoe komt u er bij? Ik ben hier pas een week en ik ben al ten huwelijk gevraagd door den eersten boekhouder en den kassier!”

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland. Geïllustreerd Weekblad | 1934 | | pagina 18