MEER BEKENDHEID VOOR PIETER BUSTIJN EN ZIJN ZEEUWSE VAKBROEDERS 24 Alben Clement In het cultureel verleden van Zeeland heeft mu ziek. geen marginale rol gespeeld. Niet alleen werden hij allerlei gelegenheden bestaande vo cale en instrumentale werken uitgevoerd, er werd ook. muziek gecomponeerd. Ofschoon Zeeuwse composities soms tot ver in het buiten land bekend waren, zoals de clavecimbel-suites van de Middelburgse stadsorganist Pieter Bus- tijnis men tegenwoordig veelal hooguit van het bestaan van deze muziek op de hoogte. Het Zeeuws Genootschap wil hierin verandering brengen De in 1729 overleden Middelburgse musicus Pieter Bustijn is - afgezien van enkele korte ver meldingen, met name in encyclopedische wer ken - gedurende ongeveer twee eeuwen in de vergetelheid geweest. De laatste, mij bekende 18de-eeuwse vermelding van zijn naam in ons land is te vinden in een catalogus uit Den Haag van 1759' In 1964 werd een uitgave van drie van zijn clavecimbel-suites door Alan Curtis ver zorgd2; in 1980 werd door de Werkgroep Mu ziek van het Zeeuws Genootschap in de Bur gerzaal van het Middelburgse stadhuis een concert ter gelegenheid van de herdenking van Bustijn georganiseerd3. Acht jaar later verscheen voor het eerst een (Engelstalig) wetenschappe lijk artikel over Bustijn. Hiervan werd in 1989 een Nederlandse versie in het Zeeuws Tijd schrift gepubliceerd'. In de periode tussen 1760 en 1980 wordt Bus tijn slechts in enkele muziekwetenschappelijke geschriften genoemd, zoals in het Historisch- Biographisches Lexicon der Tonkünstler, Erster Teil (Leipzig 1790) van Ernst Ludwig Gerber en in de Dictionnaire historique des musiciens, Tome premier (Paris 1810) van Al. Choron en F. Fayolle. Een grappig voorbeeld van anachro nisme zien we in een vijftien jaar later in Enge land verschenen werk, de Dictionary of Musi cians, Vol. 1 (London 1825), p. 125: 'BUSTYN or BYSTYN, (Pierre), organist and composer of piano-forte music in Zealand about the year 1720'. In de twee belangrijkste hedendaagse muziekwetenschappelijke naslagwerken, Die Musik in Gescbichte und Gegenwart - kortweg bekend als MGG - en Tloe New Grove Dictio nary of Music and Musicians, zoekt men echter tevergeefs naar zijn naam. Op dit moment wor den evenwel voorbereidingen getroffen voor een nieuwe editie van de MGG. Hieraan zal door schrijver dezes een kort artikel over Bus tijn worden geleverd, zodat zijn naam in bre dere kringen bekendheid zal krijgen. Waarom is deze bekendheid nastrevenswaardig? Behalve als organist van de Nieuwe Kerk en klokkenist van de 'Lange Jan' te Middelburg was Bustijn onder meer actief als componist. Zijn enig bewaard gebleven werk werd ca 1712 te Amsterdam uitgegeven door de bekende mu ziekdrukker en -uitgever Estienne Roger. Het gaat om negen suites voor clavecimbel (één opusnummer). Deze werken zijn niet slechts van 'historisch' belang, doordat ze een impres sie van het muziekleven in de Nederlanden ge durende de Barok geven, maar de composities zijn vooral ook vanwege hun muzikale waarde belangwekkend: we hebben hier te maken met werken van formaat, die ten tijde van Bustijn ook buiten de grenzen bekend waren. Zo is van suite VIII een kopie bekend in het hand schrift van de organist/componist Johann To bias Krebs (1690-1762), een leerling van Joh. Seb. Bach (1685-1750) en van diens verre neef Johann Gottfried Walther (1684-1748). De laat ste schreef een Musicalisches Lexicon (Leipzig 1732), dat voor de huidige muziekwetenschap nog steeds een bron van kennis vormt en waarin ook Bustijn werd opgenomen. Dat er ook in onze tijd bekende musici zijn die de kwaliteit van Bustijns clavecimbel-suites her kennen, moge o.a. blijken uit verschillende plaatopnamen. Op de door het Zeeuws Ge nootschap uitgegeven plaat Historische Orgels in Zeeland I speelt Bram Beekman suite II op het orgel van de Hervormde Gemeente te Me- liskerke, oorspronkelijk een groot huisorgel uit de 18de eeuw. Deze opname bewijst tevens dat Bustijns muziek ook op orgel uitstekend tot haar recht kan komen. (Het is aannemelijk dat suites van deze componist ook in de 18de eeuw op huisorgels hebben geklonken: ver scheidene Zeeuwse patriciërs waren in het bezit van zo'n instrument.) Voorts werden op namen gemaakt door clavecinisten als Ton Koopman en Gerard Dekker, terwijl onlangs werk van Bustijn door Bob van Asperen op CD werd gezet. Een probleem met betrekking tot de toegankelijkheid van Bustijns suites - en

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1991 | | pagina 26