4 DE SCHELDE Vereniging tot Verbetering van de Volkshuisves ting. Werknemer zijn bij de Schelde kon voor deeltjes opleveren, zoals het gebruik van een werkmanstram, waardoor de werknemers op tijd thuis konden komen voor het middagmaal, het gebruik van volkstuintjes, het verkrijgen van vrij stellingen van huurbetalingen gedurende een aantal weken per jaar en de verrekening in de huurprijs van diverse lokale en rijksbelastingen. Er werd bewust een relatie gekweekt tussen fa briek en werknemersgezin, doordat vader en zoon(s) werkzaam waren in de fabriek. In deze context dient ook de houding van de directie je gens de vakorganisaties te worden gezien: 'wij' hebben deze vakorganisaties niet nodig, want 'wij', werklieden en directie, komen er zelf wel uit. Ten aanzien van vakorganisaties werd ook ontslag als ontmoedigingsmiddel gebruikt. Het ondernemingsbeleid van De Schelde was in de pioniersfase ronduit anti-socialistisch en ontslag van werklieden met al te radicale sociale ideeën werd als een effectief afschrikmiddel beschouwd. Altena beschrijft in zijn boek Een broeinest der anarchie het lotgeval van bankwerker A.J. Lan sen, oprichter van de eerste socialistenvereniging 'Voor ons en voor U'; hij werd in oktober 1880 ontslagen vanwege zijn sociale denkbeelden. De socialistenvereniging had ernstige kritie op het eerder genoemde Zieken- en ondersteunings fonds. De fondsen zouden voor andere doelen worden gebruikt dan waarvoor zij bedoeld wa ren. De administrateur Louman zou loon uit dit potje ontvangen en de directie zou plannen heb ben om uit dit fonds de financiële middelen voor woningbouw te putten. De woningen zouden vervolgens door de werklieden gehuurd moeten worden. Verantwoording van de besteding werd nooit afgelegd en er zou geen controle op het beheer van de middelen hebben bestaan. Of sociale outillage uit bedrijfseconomische over wegingen Het beleid inzake huisvesting was, zoals eerder opgemerkt, bedoeld als wervings- en behoud- middel in relatie tot de gevoerde loonpolitiek. De lonen waren landelijk gezien ten opzichte van andere scheepswerven aan de lage kant, maar behoorden regionaal tot cle betere. De huisves ting vormde geen aanvullende bron van inkom sten voor het bedrijf maar een instrument ter ver hoging van de welvaart der werknemers, omdat de woningen meer luxe kenden dan andere wo ningen in Vlissingen. Met andere woorden: huis vesting werd gebruikt als attractiemiddel (drie weken gratis huur bij indiensttreding!). De sociale voorzieningen die in de beginfase van het bedrijf werden gecreëerd, dienden zon der enige uitzondering het bedrijfsbelang. Actief optreden inzake huisvesting van werknemers was van belang, omdat het bedrijf arbeidskrachten nodig had. Gezien de grote woningnood in Vlis singen - het directie-archief spreekt van een te kort van ten minste vierhonderd woningen - was actieve bemoeienis onontkoombaar. De medische voorzieningen die werden getrof fen, dienden duidelijk het financiële belang van het bedrijf, namelijk het omlaag brengen van het eigen risico. Nadat naast J. van Raalte mr. J. Smit tot mededirecteur was benoemd, installeerde laatstgenoemde op 1 december 1908 een genees kundige dienst - de eerste in Nederland. De ver plichtingen die uit de Ongevallenwet voortvloei den, werden vanaf dat moment in eigen risico genomen. De preventieve veiligheidsmaatregelen en de doeltreffende medische verzorging resul teerden in aanzienlijk lagere kosten ten gevolge van ongevallen dan bij betaling van de premie aan de Rijksverzekeringsbank. Een van de eerste preventieve acties was bij voorbeeld gericht op het voorkomen van oogletsel, dat hierdoor tot de helft werd beperkt. Ter bestrijding van de nade lige gevolgen van bedrijfsongevallen werden in november 1908 een fabriekschirurg en een ver- bandmeester aangesteld. In 1909 werd bovendien een speciale verbandkamer in gebruik genomen. Het eerste jaar bleek het dragen van het eigen risico financieel nadelig te zijn, maar daarna wer den enorme besparingen bereikt. Dit blijkt onder meer uit de relatieve ongevallenfrequentie van 1908 en 1911; in 1908 0,824 ongevallen per 1000 loon en in 1911 0,279 ongevallen per 1000 loon. De premie aan de Rijksverzekerings bank zou over cle jaren 1909, 1910 en 1911 181.248 hebben gekost. De werkelijke kosten over deze periode bedroegen voor de Schelde f 82.843,89. Het in 1905 in het leven geroepen 'Reserve fonds tot aanmoediging van sparen' kan worden beschouwd als een middel om de werknemers aan het bedrijf te binden, en dit is maar een van de voorbeelden. Er kan een verband worden aangetoond tussen bedrijfsresultaat en de uitga ven voor sociale voorzieningen. Het bedrijf kende een moeilijke start en had derhalve weinig ruimte om leuke dingen voor zijn werknemers te doen. Pas vanaf ongeveer 1891 verbeterde de li quiditeitspositie en werd uit de winstdeling meer bijgedragen aan het Zieken- en ongevallenfonds. In vergelijking met de uitkeringen voor dividend en tantièmes waren deze uitkeringen echter be scheiden. Ook werd uit de winstdeling een deel voor afschrijvingen op de woningen gereser veerd. De afschrijvingen op de woningen vonden eveneens in de periode 1878-1882 plaats. In die jaren vonden eveneens dividenduitkeringen en betaling van tantièmes plaats, maar er worden geen extra stortingen uit de winst in het het Zie ken- en ondersteuningsfonds gedaan.

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1997 | | pagina 6