80 signalementen De publicatie is een gedenkboek ter gelegen heid van de opheffing van het waterschap Wal cheren, en is in opdracht van dat waterschap ge produceerd door het Genootschap, dat met zijn kwaliteit het karwei binnen korte tijd wist te kla ren. Het boek was niet op tijd klaar, maar op goede zaken kan men best wat langer wachten; dat stimuleert alleen maar het verlangen kennis te nemen van het uiteindelijke resultaat. De prettige bladspiegel met twee tekstkolommen en een af zonderlijke kolom voor de noten en met vrijwel op elke bladzijde een of meerdere illustraties, waarvan vele nog in kleur ook, maken het lezen van het boek tot een waar genot. Bovendien is de tekst vlot leesbaar. Duizend jaar Walcheren valt uiteen in drie pe rioden, maar ook in een dertigtal min of meer zelfstandige bijdragen. Wie niet eerst de moeite neemt om de inleiding te lezen, zoekt tevergeefs in de inhoudsopgave naar de grove driedeling en ziet pas later de twee onopvallende witregels. Ook verder in het boek is die driedeling niet met aparte tussenbladen aangegeven. De inleiding geeft overigens al een vrij aardig overzicht van duizend jaar Walcheren. De opbouw van de eerste periode is vrij lo gisch. Eerst de opbouw van het landschap en zijn bewoning, dan de strijd, tegen het buiten- en bin nenwater en tot slot het waterschapsbestuur van het eiland. Deel i geeft een helder beeld van de geschiedenis van het waterschap op Walcheren tot in de zestiende eeuw. De opbouw en indeling van de tweede pe riode (eind zestiende eeuw tot eind achttiende eeuw) is echter niet overal even logisch. De in druk ontstaat dat er veel zaken in die periode zijn gepropt die niet allemaal direct met de waterstaat te maken hebben. Bovendien hadden verschil lende min of meer losse themata beter door één auteur kunnen worden behandeld. Waarom niet eerst de strijd tegen het buitenwater, dan het bin nenwater, vervolgens bestuur en ten slotte alles wat nog zinvol kan zijn en met waterstaat enige affiniteit heeft? Deel in lijdt min of meer aan hetzelfde euvel als deel n, al is hierin meer structuur te bespeu ren. Ondanks de kritische opmerkingen over de in deling van het boek, is het van belang te bena drukken dat er met Duizend jaar Walcheren een belangrijk stuk van de Zeeuwse strijd tegen het water in hoofdlijnen is vastgelegd. Inhoudelijk valt er dan ook weinig aan te merken op de circa dertig bijdragen. Dat is ook nauwelijks mogelijk, gelet op het brede lezerspubliek waarvoor zij zijn geschreven. Wellicht dat een bijdrage over ar cheologie niet had misstaan. Enerzijds is men geneigd bij zulke 'gedenkboe ken' op te merken dat er veel geld in iets moois is gestopt, maar dat het de vraag is of het weten schappelijk onderzoek naar het onderwerp hier aanmerkelijk mee gediend is. Op korte termijn valt zeker niet te verwachten dat de waterschaps- geschiedenis van het eiland nog eens uitputtend behandeld, zal worden. Anderzijds prijzen we ons in Zeeland gelukkig met zulke initiatieven, want in korte tijd is een omvangrijke en ingewikkelde materie toeganke lijk gemaakt voor een breed publiek. Dit wekt al leen maar - naar men mag hopen - nog meer belangstelling voor de geschiedvorsing in onze provincie. Bovendien zet het andere bestuursor ganen en organisaties wellicht aan tot het ont plooien van soortgelijke initiatieven. We kijken dan ook reikhalzend uit naar wat op dit vlak nog zal volgen. A.M.J. de Kraker Tiny Polderman en Peter Blom, Veere van vissers- buurt tot vestingstad. Bouwstenen voor een stads geschiedenis. Goes 1996. 144 blz. Rijk geïllus treerd. Prijs: 49,90. isbn 90 72138 619- Het project van de geschiedschrijving van Veere kent een lange voorgeschiedenis. Eigenlijk is het opmerkelijk dat nog zo weinig over het grootse verleden van Veere is gepubliceerd. Natuurlijk heeft Fagel zijn zeven eeuwen van het Veerse verleden beschreven, maar uiteindelijk is dat toch erg oppervlakkig. Ermerins heeft dieper gegraven in zijn beroemde Eenige Zeeuwsche Oudheden, maar ook historische inzichten zijn aan mode on derhevig, en zijn achttiende-eeuwse visie strookt niet altijd meer met de inzichten die op grond van modern wetenschappelijk onderzoek zijn ge groeid. De vele deelonderzoeken, met name over de Schotse stapel en de beroemde heren van Veere, zijn kwalitatief goed en worden nog steeds gebruikt als vertrekpunt voor nadere economi sche en sociaal-historische analyses. Maar waar bleef dat grote overzichtswerk? Eindelijk ligt er dan iets op de plank, dat niet alleen de bekende hoogtepunten geeft, maar een soort van stadsontwikkeling pretendeert te bie den. Dat uitgangspunt is wel een hachelijke zaak. Een stadsontwikkeling beschrijft primair de stede- bouwkundige ontwikkelingen, beïnvloed door de economische ontwikkeling en de sociale gevol gen daarvan. Wel, dat is het uiteindelijk toch niet helemaal geworden. De oorspronkelijke opzet om het boek als een begeleidende publicatie bij een maquette te laten verschijnen, is terecht losgelaten. De maquette - waarin Veere omstreeks het jaar 1813 wordt weergegeven - en het boek zijn twee zelfstan dige producties geworden. Ze ondersteunen el kaar en verhelderen het beeld van het verleden, maar zij hebben ieder voldoende kracht voor een

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1997 | | pagina 50