WESTHOVE 95 recte relatie hebben met de landbouw. De thema- tuinen zijn een afspiegeling van het Zeeuwse landschap en de Zeeuwse natuur. Natuurlijk laat het betrekkelijk geringe oppervlak van de tuinen geen strikte nabootsing van een landschap toe, en dit is trouwens ook niet gewenst. Een gesti leerd beeld biedt hier uitkomst. Zo is in de dijk- tuin geen echte dijk nagebouwd, maar met be hulp van damwanden een reliëf aangebracht waarop karakteristieke clijkflora te zien is. De bo dem- en lichtsituatie moet voldoen aan de om standigheden van de bloemdijken. Een cirkelvormig pad ontsluit acht van de ne gen thematuinen; in combinatie met de orthogo- nale paden die zijn aangelegd, is een optimale ontsluiting bereikt en kan de bezoeker naar har telust door de tuinen dolen. Op een betrekkelijk klein oppervlak wordt zo een grote mate van va riatie in milieus bereikt. Een wandeling door de thematuinen is een intrigerende gebeurtenis. Mede door de compacte en stelselmatige opzet blijven de thematuinen in het geheugen van de bezoeker gegrift. De middelste (negende) thema- tuin is de duintuin. Deze tuin wordt verhoogd aangelegd, waardoor de bezoeker vanuit de duintuin een blik over de andere tuinen wordt gegund. Los van de negen thematuinen wordt in een apart deelgebied (naast het voorplein) aandacht besteed aan duurzame landbouw. De nieuwste ontwikkelingen op het gebied van milieuvriende lijke teelten worden getoond. In een apart voor lichtingspaviljoen tjjï komt de theorie aan de orde, teiwijl praktijkvoorbeelden te zien zijn op de bij het paviljoen liggende akkers. De thematuinen De watertuin is met behulp van vijverfolie aange legd. Hierdoor kan een bezoeker een hoog wa terpeil met een onderwaterleven waarnemen. Het cirkelvormige pad voert in de vorm van een vlonder over het wateroppervlak. In het heldere water bevinden zich diverse soorten vissen en amfibieën, zoals stekelbaarsjes, salamanders, kik kers en padden. Ook libellen en watertorren trek ken de aandacht. Wat dieper groeit de waterlelie. In de akkertuin groeien verscheidene akker bouwgewassen. Omdat hier zonder bestrijdings middelen wordt geteeld, kunnen er karakteris tieke akker-onkruiden zoals klaproos en korenbloem groeien. Graansoorten als tarwe, gerst, haver en rogge worden in smalle stroken naast elkaar getoond, waardoor de vormverschil len tussen de aren duidelijk worden. Daarnaast groeien er in deze tuin oude of bijzondere land bouwgewassen als meekrap, vlas, maanzaad en karwei. Het gebruik van deze gewassen wordt op informatiepanelen toegelicht. Afb. 6: De grachten worden hersteld. In de clijktuin is met damwanden een grondli- chaam gemaakt. Het talud is op het zuiden ge oriënteerd. Doordat een voedselarme, zandige bovenlaag is aangebracht, ontstaat een milieu waarin plantensoorten van de Zeeuwse bloemdij ken kunnen groeien. Het resultaat is een kleur rijke kruidenbegroeiing met bijzondere soorten zoals wollige distel, kleine steentijm, knautia, echt walstro en kleine ratelaar. De moerneringstuin. In deze tuin wordt een uit de Middeleeuwen stammende wijze van bodem exploitatie nagebootst. In de Zeeuwse poelgebie- clen werd in de Middeleeuwen ten behoeve van zout- en brandstofwinning op grote schaal veen uit de bodem gedolven. Het onder een kleilaag liggende veen was rijk aan zout. Het veen werd gebruikt als brandstof, teiwijl uit de as zout werd gewonnen. Het moerneren vond heel onsystema tisch plaats, waardoor een sterk reliëf in het land ontstond. Door deze hoogteverschillen en dooi de natte bodem werd het uitoefenen van land bouw op de gemoerneerde gronden bemoeilijkt. Uiteindelijk is op deze bodem een gevarieerde vegetatie tot ontwikkeling gekomen. In deze the- matuin worden het moerneren en de typische ve getatie van deze gronden getoond. In de moerastuin wordt een 'plas-drassituatie' aangelegd. De tuin oogt als een rietland waarin talrijke moerasplanten zijn verwerkt. Hier en daar is enig open water te zien, waardoor de variatie wordt vergroot. Waterweegbree, gele lis, dotter bloem. moerasspirea, kleine lisdodde, egelskop, kalmoes en slangewortel bepalen hier het beeld. Een enkele (struik)wilg, waaronder de koningsva ren groeit, zorgt voor een ruimtelijke geleding van het moeras. De boerderijtuin. In de boerderijtuin wordt de bloementuin (of siertuin) van een boerenhofstede tot leven gebracht. Bij de soortensamenstelling ligt het accent op waardplanten voor vlinders. Zo vinden we er buddleia's, lavendel en agastache. De kleurrijke beplanting wordt binnen een pa troon van buxushagen aangebracht. Net als veel

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1997 | | pagina 19