120 signalementen de opdracht gekregen de legendarische Goud- en Zilvereilanden te localiseren. De haai met zilver kleurige rotsen die de Breskens na enkele weken zoeken binnenliep, bleek echter bij Yamada, een dorp in het noord-oosten van Japan, te liggen. Na een vriendelijk onthaal door de bevolking en het inslaan van de nodige proviand, besloot men de tocht in oostelijke richting voort te zetten. Tever geefs. De gezochte eilanden werden niet ontdekt, en geteisterd door averij besloot de kapitein terug te keren naar het gastvrije Yamada. Vanaf dat mo ment liep de ontdekkingsreis grondig uit de hand. In Japan waren namelijk net nieuwe wet ten uitgevaardigd, die bepaalden dat Europeanen er niet langer welkom waren. Alle vreemde sche pen dienden in beslag genomen te worden en hun bemanning gevangen gezet. Toen de Bres kens half juli niets vermoedend terugkeerde in de baai van Yamada, was men inmiddels ook hier van deze nieuwe voorschriften op de hoogte. De kapitein en negen van zijn mannen liepen in de val. Zij werden gevangen genomen en te voet naar de hoofdstad Edo gevoerd om daar voor de Shogun te verschijnen. Een tocht van zeshonderd kilometer, die een maand duurde en veel opzien baarde bij de bevolking. De belevenissen van de tien mannen zijn dankzij een bewaard journaal nauwkeurig te volgen. Hun gevangenneming, de verhoren waaraan zij werden onderworpen, de vreemde gewoonten van de Japanners, hun leef omstandigheden tijdens de tocht en hun uiteinde lijke vrijlating worden uitvoerig in dit boek be schreven. Had de auteur zich aan zijn uitgangspunt ge houden om uitsluitend het bijzondere verhaal van de lotgevallen van de bemanning van de Bres kens op populaire wijze naar voren te brengen, clan had hier een alleszins leesbaar en boeiend boek gelegen. Helaas wordt de draad van het verhaal nu steeds onderbroken door niet altijd ter zake doende uitweidingen over deelonderwer pen. Hoewel deze zijn bedoeld om de reis in een breder kader te plaatsen, wordt de aandacht van de lezer te vaak van het verhaal afgeleid. Verwij zingen naar de ruim voor handen zijnde rele vante literatuur en korte algemene kanttekenin gen in de tekst hadden de voorkeur verdiend. Het boek is aardig geïllustreerd, al laat de kwa liteit van sommige afbeeldingen te wensen over. Een aantal is wel erg grijs en onscherp, teiwijl in de onderschriften soms de vreemdste dingen staan. Dat de Vrede van Munster op bladzijde 93 een einde maakt aan de Tachtigjarige Oorlog tus sen Nederland en Japan, zal een drukfout zijn. Om onder een afbeelding van 'De Zeven Provin ciën' - toch één van de bekendere Nederlandse oorlogsschepen - de tekst 'Schepen van de Ver. Oost-Ind. Compagnie' te plaatsen, is wel erg on zorgvuldig. Een literatuurlijst en enkele excerpten uit de gebruikte journalen zijn achterin het boek te vinden. Directe bronvermeldingen en een no tenapparaat ontbreken. Het verslag van de reis van de Breskens en de gevolgen ervan voor de relatie tussen Nederland en Japan zijn buitengewoon interessant. Nog veel te weinig zijn de zeventiende- en achttiende- eeuwse bronnen van de voc gebruikt om de indi viduele lotgevallen van al die Nederlanders over zee te belichten. Had de auteur zich hiertoe beperkt en met name de achtergronden van de bemanningsleden nader uitgewerkt (waren het Zeeuwen?, hoe kwamen de merendeels jonge mannen hier verzeild?), dan was dit boek beslist aanbevelenswaardig geweest. Nu zullen noch de genen die een spannend avonturenboek willen lezen, noch degenen die een goed geannoteerd reisverhaal verwachten tevreden zijn. C.E. Zonnevylle-Heyning R. Meischke, H.J. Zantkuijl en P.T.E.E. Rosenberg: Huizen in Nederland: Zeeland en Zuid-Holland. Architectuurhistorische verkenningen aan de hand van het bezit van de Vereniging Hendrick de Keyser. Zwolle 1997. 448 blz. Ruim 750 zwart/wit-foto's en tekeningen, isbn 90 400 9944 8. Prijs: 65,-. In de reeks Huizen in Nederland, een serie uitga ven waarin de Vereniging Hendrick de Keyser haar uitgebreide bezit in de verschillende Neder landse provincies de revue laat passeren, is on langs het derde deel - over Zeeland en Zuid-Hol land - verschenen. Hierin is voor eenzelfde opzet gekozen als in de twee voorafgaande delen Friesland en Noord-Holland en Amsterdam, beide nog verkrijgbaar). Het eerste deel van het boek wordt in beslag genomen door een uitvoe rige architectonische beschouwing over het geko zen gebied. In het tweede deel komen de ver schillende huizen van de vereniging stuk voor stuk ter sprake. Prof. dr. ir. R. Meischke geeft in de eerste 150 bladzijden van dit deel een buitengewoon goed gedocumenteerd overzicht van de woningbouw in de Zuid-Hollandse en Zeeuwse steden vanaf de dertiende eeuw tot circa 1900. De verschil lende woonhuistypen, de veranderingen in de opbouw, de wijze van erfvorming, de aanvoer van materiaal en de daarmee gepaard gaande sti listische ontwikkelingen, alsmede de mensen die deze gebouwen vormgaven, worden hier aan de hand van bewaarde bouwwerken, afbeeldingen en archiefgegevens toegelicht. Ook de stadspoor ten, stadhuizen en openbare gebouwen komen aan bod. Het gevarieerde bezit van de Vereniging Hendrick de Keyser zorgt ervoor dat het eenvou diger woonhuistype niet in de verdrukking raakt. Zo worden in het middeleeuwse deel zowel de

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 1997 | | pagina 48