Pleidooi voor een vleugje culturele antropoloqie DeWefen
I" I I - I i-VVCIIICI
Geschiedschrijving in Zeeland (2J. promoveerde in 1992 op
In conflict met de cultuur.
-*J 1 de Nederlandse samenleving
in het midden van de 20e eeuw.
Leben auf dem Dorf - maar graag zonder bolussen
'Het geschiedenisboek voor het geïnteresseerde
publiek biedt meestal weinig of geen nieuws',
schreef Adrie de Kraker in het vorige nummer
van Zeeland, na geconstateerd te hebben
dat werkelijk nieuwe wetenschappelijke werken
over de geschiedenis van Zeeland 'moeilijk
toegankelijk' zijn. Niet helemaal duidelijk werd
of De Kraker doelde op zijn eigen specialisme,
de zestiende en zeventiende eeuw, of op
de regionale geschiedschrijving in zijn
algemeenheid. Over het tijdvak waarin ik
me gespecialiseerd heb, de periode 1890-1965,
zijn in elk geval diverse studies verschenen
die niet alleen nieuw materiaal en nieuw
inzicht in de Zeeuwse geschiedenis boden,
maar ook goed leesbaar bleken te zijn: onder
meer de boeken van De Bree, Van der Ham
en Kramer-Vreugdenhil over de oorlogsjaren,
dat van Kees Slager over de ramp en diverse
boeken over lokale geschiedenis die het
plaatselijke niveau in feite overstijgen.
Verder bewijzen de boeken van Weiten over
de inpoldering van Noord-Beveland dat
ook lang voorbije eeuwen verantwoord leesvoer
voor het 'ruim geïnteresseerde publiek' kunnen
opleveren dat kakelvers-van-de-bronnen
geschreven werd.1
Dat publiek voor historische boeken is naar mijn
ervaring in Zeeland ruim voorhanden. Ook het
aantal wetenschappers dat zich met de Zeeuwse
geschiedenis bezighoudt, geeft aanleiding
tot tevredenheid, zoals de redactie van Zeeland
in het vorige nummer al opmerkte. Bovendien
kent de provincie een grote groep enthousiaste
amateur-historici die enerzijds met de
wetenschappelijke 'vaklui' een plezierige relatie
onderhouden en anderzijds in hun vele
tijdschriften een deel van het bredere publiek
weten te bereiken. Heeft Adrie de Kraker
dus ongelijk en is er niets te klagen over de
geschiedschrijving in Zeeland? Zijn twijfel
of het aanbod aan boeken met een weten
schappelijk gehalte wel overeenstemt met de
vraag naar gemakkelijk te verstouwen leesvoer,
mag in elk geval niet zomaar aan de kant
In het eerste deel van dit artikel wil ik zowel de
potentiële lezer, dus de Zeeuw met historische
interesse, als de wetenschapper in bescherming
nemen. Er zijn meer factoren in het spel
dan vraag en aanbod alleen - er zijn ook nog
de 'bemiddelaars' tussen schrijver en lezer.
In hoeverre bewerkstelligen zij dat nieuwe
inzichten over de geschiedenis van onze
provincie vlot en gemakkelijk doordringen
tot de gemiddelde Zeeuw? Hoewel ik ook
over deze bemiddelaars relatief tevreden ben,
zal ik toch een paar 'pijnpunten' noemen.
Maar een poging om tot een diepgaande
analyse te komen, is dit niet en evenmin
pretendeer ik volledig te zijn in mijn opsom
ming. Er is ongetwijfeld nog meer te zeggen
over de 'tussenlaag' tussen geschiedschrijver
en lezer dan ik hier doe. Verder zal ik in dit
artikel proberen mijn visie op geschiedschrijving
weer te geven en die te relateren aan de
geschiedschrijving over Zeeland.
Tussen historicus en consument
Van de diverse typen bemiddelaars tussen de
vakman op historisch gebied en de leek die over
geschiedenis wil lezen, heb ik er al één genoemd:
de amateur-historicus. Ik heb zoals gezegd de
indruk dat deze 'tussenlaag' in Zeeland op
een juiste manier functioneert. Sinds aan deze
groep mensen de professionele begeleiding van
Aad de Klerk is toegevoegd, is het aan hem
om ervoor te zorgen dat hedendaagse weten
schappelijke vraagstellingen doordringen in hun
onderzoek - voorzover de amateur-historici
dat zelf willen, uiteraard - en de resultaten
daarvan zullen we op termijn wel leren kennen.
Ook de Zeeuwse uitgevers, de bemiddelaars bij
uitstek tussen schrijver en lezer, moeten hier in
positieve zin genoemd worden. Voorzover ik
weet - maar mijn kennis over de uitgevers-
'keuken' waar de manuscripten binnenkomen en
de drukorders uitgaan, is natuurlijk beperkt -
durven zij het bij voortduring aan om goed werk
uit te geven, ook wanneer de verkoopcijfers van
tevoren niet te voorspellen zijn.
geschoven worden.
BEW. E>T>\
^JpOELBO^'
Geschiedschrijving in Zeeland (2)
41