Zeeland heeft twee dikke pillen over diezelfde
oorlog; ze hebben amper voor een rimpel in de
vijver gezorgd. Geschiedschrijving zorgt hier te
weinig voor maatschappelijk debat, het maakt
niks los bij de mensen. Dat mogen de schrijvers
zichzelf aanrekenen.
Noem eens een Zeeuws voorbeeld, dat voor rimpels
in de vijver kan zorgen.
Wat te denken van de actuele discussie over
de slavenhandel? Daar hebben de Zeeuwen een
prominente rol in gespeeld en daarom zou
onderzoek naar de Zeeuwse slavenhandel in
de zeventiende eeuw en daarna zinvol zijn.
Het kan feiten aandragen waarmee het
hedendaagse debat gevoed kan worden en boven
het niveau van kretologie uit kan worden getild.
Het kan er wellicht voor zorgen dat we als
Zeeuwse samenleving eindelijk in het reine
komen met die treurige handel. Ik ken nu alleen
de scriptie van Laurens Priester uit 1986.
Een goeie scriptie, maar die vraagt om meer.
Maar meestal zal het om geschiedschrijving over
de twintigste eeuw gaan?
Ja. Het is duidelijk dat de recente geschiedenis
vaker raakvlakken met het heden heeft dan
de Gouden Eeuw of nog vroeger. Het grote
voordeel van onderzoek naar twintigste-eeuwse
geschiedenis is bovendien datje naast de
geschreven bronnen ook de mondelinge nog kunt
raadplegen. Je kunt de vragen die schriftelijk
materiaal altijd opleveren, nu nog proberen
beantwoord te krijgen door ooggetuigen op te
zoeken. De historicus die dat doet maakt
pas werkelijk 'nieuws', want hij vormt nieuw
bronnenmateriaal, dat zonder zijn toedoen
voorgoed verloren zou zijn gegaan. Terwijl de
man die in de zestiende-eeuwse geschiedenis
duikt, hooguit bestaand bronnenmateriaal naar
boven haalt. Wie dat 'nieuws' noemt - zoals
Adrie de Kraker doet - heeft slechts ten dele
gelijk. Je kunt ook de stelling verdedigen dat het
niet veel meer is dan het gieten van oude wijn in
nieuwe zakken: wat ooit al eens werd vastgelegd
wordt opnieuw vastgelegd en 'ontsloten' voor de
hedendaagse lezer. Maar dat 'ontsluiten' geldt
dan helaas te vaak slechts voor een kleine groep.
En de analyse die er wordt bijgeleverd, wordt -
zo leert de geschiedenis van de geschiedschrij
ving - niet zelden door een volgende generatie
historici weerverworpen of veranderd.
Het is duidelijk: je pleit voor meer twintigste-
eeuwse, maatschappelijk relevante Zeeuwse
geschiedschrijving.
Precies! En hoewel er de laatste tijd wel wat
meer aandacht voor 'onze' eeuw komt, valt het
me op dat zoveel onderzoekers de twintigste
eeuw laten liggen. Een absurd voorbeeld is de
door Adrie de Kraker (vanwege de kwantitatief-
comparatieve aanpak) zo geprezen Geschiedenis
van de Zeeuwse landbouw van Peter Priester.
Ik vond de studie ook interessant, maar het boek
is in een weinig geïnspireerde stijl geschreven.
Maar mijn grootste bezwaar geldt de periode die
onderzocht is. Die stopt namelijk in 1910.
Dus op het moment dat in de landbouw de grote
veranderingen net begonnen zijn of staan
te beginnen. Daardoor komen ingrijpende
omwentelingen zoals mechanisatie, kunstmest-
gebruik, ruilverkaveling, de veranderende
(machts-)positie van de boer en 'Brussel' er niet
in aan de orde. Terwijl juist die veranderingen
hedentendage nog doorwerken en dus relevant
zijn voor de maatschappij van vandaag.
Waarom stopt het boek in 1910? In de verant
woording schrijft de opdrachtgever - de Stichting
Historisch Onderzoek Zeeland - er met geen
woord over. En van een eventuele vervolgstudie
over de landbouw in de twintigste eeuw wordt
niet gerept. Cynisch denk ik dan: 'Dat zal wel
aan de orde komen als de ooggetuigen van die
periode allemaal overleden zijn en er dus niet
meer over kunnen vertellen'.
Zo zijn we weer terug bij de oral history.
Hou je het pleidooi voor die methode nu puur
uit historische overwegingen of speelt er
meer mee?
Er zit zeker ook een emancipatorische over
weging bij. Want het werkt emanciperend als je
stem geeft aan hen naar wie in het verleden
zelden of nooit werd geluisterd omdat ze als niet
ter zake doende leden van de samenleving
werden gezien. Het is om meer dan een reden
goed ze te laten vertellen over hun ervaringen.
In de eerste plaats omdat zo de geschied
schrijving 'completer' wordt. Maar ook omdat
miskenning en onderdrukking fenomenen zijn
die generaties lang een rol blijven spelen bij het
doen en laten van mensen. Kijk maar naar de
slavernijdiscussie. Zo kom ik ook nog altijd
Zeeuwen tegen die mij ongevraagd vertellen van
vernederingen die ze, misschien wel langer dan
een halve eeuw geleden, hebben ervaren van
toenmalige boeren of andere leden van de elite.
84
Geschiedschrijving in Zeeland (3)