'Het landschap was liefelijk en gedurende enkele
dagen hadden de mannen het naar hun zin.
Maar al binnen een week overviel ons iets
verschrikkelijks. Het eerste dat ik zag was een
hele groep schutters die zo liepen te bibberen
dat ze nauwelijks konden lopen, sterke jonge
mannen die niet in dienst waren leken wel
kinderen, niet in staat rechtop te staan, zo heftig
trilde hun hele lichaam, van kop tot teen.
Bijna niemand had trek in zijn portie brood of
in zijn dagelijkse portie gin. Na drie weken waren
twee maten en ik de enigen die nog op hun
benen stonden'.20
De Physician General Pepys was niet vooraf gecon
sulteerd.21 Hoewel er al op 27 augustus 3.800
ziektegevallen werden geteld op Walcheren,
kreeg hij pas op 10 september de opdracht naar
Harwich te gaan om zich op de hoogte te stellen
van de aard van de ziekte. Het was duidelijk dat
men te maken had met de bij medici bekende
zogenaamde 'Walcheren-ziekte', veel koorts
aanvallen, die optraden in de maanden juli,
augustus, september tot begin oktober. Bij de
standaardvoorbereiding had men daarmee geen
rekening gehouden, omdat de bestemming van
de expeditie niet bekend was. Men was wel op
de hoogte van het voorkomen van deze ziekte
op Walcheren omdat een expeditie in 1744
grotendeels was vernietigd door een ziekte die
goed was beschreven door de gerespecteerde
militaire Surgeon John Pringle.22 Napoleon liet
vanwege de 'polderkoorts' bij voorkeur Bataafse
soldaten op Walcheren legeren en de Franse
soldaten bij voorkeur niet op land maar op
Schepen overnachten. Hij beschouwde de ziekte
op Walcheren als zijn bondgenoot, zijn voor
spellingen over vermindering van de gevechts
kracht van de Engelsen bleek uit te komen.23
Er was geen behoefte aan medische hulp of medi
cijnen, anders dan hetgeen direct werd verstrekt.
Wel was er een groot tekort aan broeders,
dat kon niet voldoende worden aangevuld met
ongekwalificeerde verzorgers. Maatregelen in de
beloningssfeer had men niet overwogen.
Pepys was, toen de ziekte zich eenmaal had geopen
baard, nimmer geconsulteerd over de vraag of
een langer verblijf op Walcheren wenselijk was.
Hij was niet bekend met de opvatting van
de Franse generaal dat wisseling van troepen op
Walcheren ongewenst was en dat verblijf op
Walcheren voor herstel beter was dan vervoer
naar elders. Een mening die hij bestreed.
Overigens was hij van mening dat de afstand zo
gering was dat bijzondere maatregelen niet nodig
waren. Toch duurde het een maand voor aan een
dringend verzoek om hulp werd voldaan.
Hij had de regering nooit zelf benaderd, omdat het
nemen van initiatieven niet de gewoonte was;
men had de opdrachten uit te voeren, men was
toch geen adviseur!
Keat, de Surgeon General, kon het beeld van een
traag reagerende medische staf alleen maar be
vestigen.24 Ook hij was vooraf niet geconsulteerd
over de bestemming. Hoewel hij uit de krant op
de hoogte was van de bestemming Walcheren,
vond hij dat eerst een officieel verzoek moest
worden afgewacht om tot actie te kunnen over
gaan. Hij oordeelde dat er genoeg medicijnen
waren, alleen zou extra kinine nodig kunnen zijn.
Toen hem op 18 september een verzoek van de
11de om extra medicijnen bereikte en hij direct
opdracht gaf tot verzending, duurde het tot
15 oktober voor deze in Walcheren aankwamen.
Op de terechte vraag van de commissie waarom
dat niet sneller had gekund, antwoordde Keat
dat niet op een expresse verzending was aange
drongen - een wel erg bureaucratische instelling.
Het latere oordeel van vakgenoten over de medical
board luidde m.i. geheel terecht dat ze heeft
bewezen incompetent te zijn en te veel bezig
met eigen praktijk. Al eerder was geadviseerd
de board op te heffen.25
Het verhoor van It. Owen26
Owen gaf leiding aan een deel van de vloot die
belast was met de verovering van het eiland
Cadzand en de blokkade van het kanaal naar
Gent. Althans, dat was de eerste instructie.
Op 26 juli kwam er een tweede instructie van
Strachan, waarin gemeld werd dat werd afgezien
van landing op de zuidwestkust van Walcheren
omdat de Fransen hun vloot richting Vlissingen
hadden gestuurd. Het was immers mogelijk dat
die vloot richting Cadzand zou gaan. Owen
diende dan naar eigen inzicht te handelen, maar
bij groot risico te wachten op betere omstandig
heden. Bij de voorbereidingen van de landing
bleek dat in plaats van de veronderstelde 2.000
man landingstroepen er slechts 700 beschikbaar
waren. Bij gunstig weer zou dat aantal kunnen
worden verdubbeld, door dubbele inzet van
de landingsvaartuigen. Op 29 juli was de storm
zo sterk en de branding zo hevig dat van landing
66
De zaak Walcheren in het Lagerhuis