In de volgende tabel (figuur 3) wordt de sociale ach
tergrond gegeven van alle onderzoekspersonen
uit de Zeeuwse HSN en van 43 Zeeuwse gezins
hoofden met min of meer Indische connecties, in
de zin dat men zelf of met familie in lndië is
geweest. Het is natuurlijk maar een provisorisch
beeld, gebaseerd op een kleine populatie, maar
toch geeft het inzicht in de sociale achtergrond
van de Zeeuwse migranten naar Nederlands
lndië. Ongeveer 50 procent van de vaders van het
gehele Zeeuwse cohort bestaat uit losse arbeiders,
vissersknechten en landarbeiders. De sociale ach
tergrond van de 43 Zeeuwse gezinshoofden met
een of meer Indische connecties daarentegen is
beduidend hoger. Door de grote verschillen kun
nen we zelfs met deze kleine steekproef de stel
ling onderschrijven dat de Indische migratie niet
uit de arbeidersklasse bestond, maar juist uit het
meer burgerlijke deel.
Figuur 3.
Dc sociale achtergrond van het Zeeuwse hsn-geboortecohort,
sociaal-professionele achtergrond vaders met en zonder
'Indische connecties', 1812-1922. Bron: hsn data-release esm
Zeeland 03. Toelichting: Het totaal aantal geboorten in het
Zeeuwse hsn-chort bedraagt 4433, hiervan 4261 met een
bekende vader. De sociaal-professionele indeling is die van
Giele en Van Oenen, zie Giele, J. en G. J. van Oenen,
'De sociale structuur van de Nederlandse
samenleving rond 1850'. Mededelingen
van de Nederlandse Vereniging voor
Soeiale Geschiedenis 45 (1974),
pp. 2-32.
Conclusie
Zeeland heeft van oudsher een belangrijk aandeel
gehad in de Indië-vaart en deze handel is econo
misch van grote betekenis geweest voor de pro
vincie. Als de schattingen juist zijn, dat er in de
voc-tijd ongeveer 50.000 Zeeuwen naar lndië zijn
gegaan - op een totaal van ongeveer 900.000 uit
alle delen van Europa - dan heeft de voc niet
alleen voor de werven en talloze toeleveranciers,
maar ook als directe werkgever veel betekend
voor Zeeland. Toen aan het einde van de acht
tiende eeuw de voc hard achteruitliep, liep ook
het Zeeuwse aandeel in de lndië-vaart terug. In
de negentiende en twintigste eeuw bleef het
Zeeuwse aandeel in migratie naar lndië vervol
gens beneden het landelijke gemiddelde.
Degenen die naar de Oost gingen, kwamen voor
al uit een stedelijke omgeving. Ook de repatrian
ten vestigden zich bij terugkomst gewoonlijk in
een stad. Maar juist de Zeeuwse steden boetten
na de ondergang van de voc aan belang in.
Sociaal-professionele achtergrond
vaders
Zonder 'Indische
connecties'
Met 'Indische
connecties'
N
°/o
N
°/o
Grote burgerij
76
1,8
3
6,9
Winkeliers, kleine ondernemers, kooplui
495
11,7
4
9,3
Zelfstandige ambachtslieden, molenaars
135
3,2
3
6,9
Semi-intellectuele beroepen, kleine vrije,
beroepen
83
2,0
5
11,6
Lager toezichthoudend personeel
79
1,8
3
6,9
Zelfstandige boeren incl. vissers
595
1,4
6
13,9
Werklieden en geschoolde arbeiders
520
12,3
7
16,2
Dienstpersoneel
68
1,6
2
4,6
Losse arbeiders, vissersknechten,
landarbeiders
2120
50,3
4
9,3
Niet in te delen
47
1,1
6
12,7
Totaal
4218
43
16
Zeeuwen naar lndië