HfrlMil,
15.1
APPENDIX
Relatieve kansen van Zeeuwse vrouwen op migratie naar plattelandsbestemmingen, migratie naar steden, en huwelijkssluiting
('Shared frailty' Cox proportionele hazards modellen). Bron: hsn release mfz.02/mfz.03.
Migratie naar
plattelands
bestemmingen
Migratie naar
steden
Huwelijkssluiting
Geboortecohort
1840-49
0,52
0,40*
0,88
1850-59 (ref.)
1,00
1,00
1,00
1860-69
2,33"
1,42
1,05
1870-79
2,55"
1,32
0,78
1880-89
1,12
1,37
0,89
1890-99
1,42
1,60
0,91
1900-09
1,15
1,43
0,92
1910-19
0,76
0,61
1,03
1920-29
1,04
0,57
1,05
Woonplaats
Platteland (ref.)
1,00
1,00
1,00
Stad
0,37"*
2,91""
0,84
Beroepsgroep vader
Hoge burgerij
0,48
0,51
0,15*
Winkeliers, handelaars en
ambachtslieden
1,00
1,00
1,00
Ambtenaren, onderwijzers, opzichters
0,70
0,74
0,42"
Boeren
0,63
0,91
1,00
Geschoolde arbeiders
1,19
1,32
0,83
Ongeschoolde arbeiders
1,19
1,19
1,35
Geletterdheid vader
Alfabeet (ref.)
1,00
1,00
1,00
Geletterdheid onbekend
0,76
1,79"
0,99
Analfabeet
1,15
1,29
1,07
Godsdienst vader
Nederlands-hervormd (ref.)
1,00
1,00
1,00
Rooms-katholiek
1,19
1,78"
0,74
Gereformeerd en ultraorthodox
1,11
0,69
0,65*
Aanwezigheid ouders
Beiden aanwezig (ref.)
1,00
1,00
1,00
Vader overleden, moeder aanwezig
3,48**"
1,71*
0,95
Moeder overleden, vader aanwezig
1,73
2,43**"
1,10
Beiden overleden
4,46"
1,74
2,31"*
Migratie van de ouders
Ouders geboren in geboorteplaats vrouw
(ref.)
1,00
1,00
1,00
Een oudergeboren buiten geboorteplaats
vrouw
1,23
1,40
0,87
Beiden geboren in andere gemeenten
1,36
1,43
1,04
Migratie en huwelijkssluiting
31