Aanwinsten september
G.G. Trimpe Burger-Mekking
ln Amstelodamum, Maandblad voor de kennis van
Amsterdam (jaargang 92-6) staat het artikel van
M. Daamen: 'Heraldiek en politiek. Bourgon
dische glazen in de Oude kerk van Amsterdam',
üe auteur doet een poging de gebrandschilder
de ramen van de kerk te reconstrueren. Wat
stond er precies op en waarom profiteerde de
Oude Kerk van de vorstelijke vrijgevigheid van
Philips de Goede en diens zoon Karei de Stoute?
De schenking van glazen was niet alleen een
vrome daad, maar was ook bedoeld om de
dynastie en haar bezittingen te tonen aan een
groot publiek. Dat publiek kreeg de vorsten zelf
nauwelijks te zien maar werd zo toch gestimu
leerd om te bidden voor hun zielenheil en dat
van hun vorstelijke familieleden, ln een tweede
artikel - 'Bloei en teloorgang van de
Bourgondisch-Habsburgse glazen in de Oude
Kerk van Amsterdam' - beschrijft W. de Groot de
plaatsen in het kerkgebouw waar de gebrand
schilderde ramen werden aangebracht, üe Groot
behandelt de schikking van de ramen in de
Sint-Janskerk in Gouda en vergelijkt die met die
in de Oude Kerk. Veel mooie ramen blijken
bewaard gebleven, zelfs in de meest turbulente
tijden. Het lijkt erop dat de ramen tot een
andere categorie werden gerekend dan beelden
of schilderijen.
Het nummer Amstelodamum van januari/februari
2006 is een themanummer over de herbouw van
de Haringpakkerstoren in Amsterdam, ln 1829 is
deze toren afgebroken, üe argumenten van
voor- en tegenstanders van herbouw worden op
een rij gezet. Lijkt het namaken van een
gebouw uit een ver verleden op kunstvervalsing?
Gaat het om het herstellen van een historische
fout of om een goede investering in de toe
komst van Amsterdam? De toren is afgebroken
omdat er destijds geen geld was voor behoorlijk
onderhoud. Gelukkig zijn er gedetailleerde
bouwtekeningen bewaard gebleven om zo zui
ver mogelijk te kunnen reconstrueren. De toren
keert terug op zijn oude plaats aan het IJ, nu
een naargeestige open ruimte volgens sommigen.
Het tijdschrift Heemschut (april 2006) heeft als
thema wederopbouw. Volgens W. Röling is de
dynamiek van het bouwen nu zo groot dat
waardevolle gebouwen van de laatste halve
eeuw alweer verdwenen zijn voor ze worden
gemist. Als hergebruik van bestaande bouw ooit
gemeengoed zal worden, moet er eerst veel ver
anderen aan de opleidingen bouwkunde. Niet
alleen constructie maar ook inzicht in de
geschiedenis van de bouwkunst moet aandacht
krijgen. M. Kuipers spreekt in een artikel zijn
angst uit dat projectontwikkelaars en bestuur
ders naar potentiële nieuwbouwlocaties kijken
met voorbijgaan aan het historische landschaps-
en stedenschoon. Bouwwerken uit de naoorlog
se opbouwperiode verdwijnen in rap tempo. Het
Cuypersgenootschap (het actieve zusje van
Heemschut) stelt zich op als waakhond en stelt
criteria op die toegepast kunnen worden bij de
beoordeling van de wederopbouwperiode.
ln het artikel 'ln het voetspoor van Victor de Stuers.
Hergebruik middeleeuwse kloosterkerken' van A.
Bokhorst, wordt Maastricht als voorbeeld gesteld
van hoe je monumentale gebouwen een tweede
leven kunt geven. Zeker de verdergaande ont
kerkelijking zal leegstaande gebouwen opleve
ren, wat creativiteit en durf vereist om passende
oplossingen voor hergebruik te vinden.
Het juninummer Heemschut gaat vooral over
monumenten aan de waterkant die het koeste
ren waard zijn, zoals de tien sluizen binnen de
gemeentegrens van Gouda. Ook de vele houten
bruggen, van vlotbrug tot ophaalbrug, zijn
onmisbaar geweest voor de ontwikkeling van
Nederland. Naast sluizen, bruggen en gemalen
is er aandacht voor het hotel Brittannia aan de
Vlissingse boulevard, een symbool van naoorlog
se wederopbouw waarin kunst en bouw samen
gaan.
Ook in het Bulletin, tijdschrift van de Koninklijke
Nederlandse Oudheidkundige Bond zien we
aandacht voor bouwkunst en de geschiedenis
daarvan. D.J. de Vries toont in zijn artikel
'Ambachtelijk metselwerk' aan dat een deel van
Aanwinsten september
143