LEGITIMATIEKAART twaalf- tot veertienhonderd gulden per jaar.19 Aangezien dergelijke salarissen volgens de provin ciale autoriteiten hoog genoeg waren om van te le ven, werd het de veldwachter verboden nog langer bij te klussen, tenzij de commissaris van de konin gin hem hiervoor dispensatie verleende.20 Meer ordehandhavers Behalve een verhoging van het salaris van de ge meenteveldwachter was de benoeming van meer veldwachters een andere manier om de veiligheids situatie op het platteland te verbeteren. Was het in de eerste helft van de negentiende eeuw voor veel Zeeuwse gemeenten noodzakelijk om met een ge combineerde veldwachtersdienst te werken, vanaf ongeveer 1860-1870 kregen steeds meer plaatsen een eigen veldwachter. Telde de provincie in 1832 in totaal 74 veldwachters, in 1866 was dit aantal als gevolg van opsplitsing van gemeenten ver hoogd tot 93. In 1882 waren er in totaal 106 gemeenteveldwachters.21 Een lastenverlichting was verder de uitbreiding van de in 1814 opgerichte marechaussee én de in stelling van de rijksveldwacht in 1856. De mare chaussee beschikte in Zeeland rond 1850 over zo n vijftig manschappen, voornamelijk in Zeeuws- Vlaanderen en moest de bevolking aldaar bescher men tegen bedelaars, die vanuit België opereerden en de grensstreek onveilig maakten. Volgens de au toriteiten bewezen zij de veldwacht onmisbare diensten.22 Het werkterrein van de marechaussee beperkte zich echter grotendeels tot het zuiden van Zeeland. Voor de provincie als geheel was de rijksveldwacht veel belangrijker. Net als de gemeenteveldwacht was de rijksveldwacht in brigades verdeeld. Een rijksveldwachter was in principe met dezelfde werkzaamheden belast als de gemeenteveldwachter, maar had in tegenstelling tot de gemeenteveld wachter de bevoegdheid om buiten de gemeente grenzen op te treden. Soms namen ze werkzaamhe den van de gemeenteveldwacht over, bijvoorbeeld wanneer een dorp er tijdelijk niet in slaagde een geschikte gemeenteveldwachter te vinden.23 Betere opleiding Ook de verhoging van het opleidingsniveau van de veldwachter was ongetwijfeld gericht op een verbe tering van zijn functioneren. Werd in het regiement Legitimatiekaart 1940. Veldwachter Jan de Visser, veldwachter in Souburg tot aan zijn dood in 1941. van 1829 slechts geëist dat de man kon lezen en schrijven, in de plaatselijke verordeningen uit het begin van de twintigste eeuw werd de educatieve lat aanzienlijk hoger gelegd. Het foutloos opmaken van processen-verbaal, bekendheid met het doel van de politie en grondige kennis van de wetten waarmee hij in de praktijk het meest in aanraking kwam, waren nu vereist. Het bezit van een politie- diploma werd nu in sommige gemeenten zelfs voorwaarde om als veldwachter te kunnen worden benoemd.24 Ingeklemd tussen burgemeester en bevolking Verbeterde materiële omstandigheden boden even wel geen enkele garantie voor een beter functione ren. Ook aan het einde van de negentiende eeuw en in het begin van de twintigste eeuw bleven klach ten over veldwachters schering en inslag. En dat is niet zo vreemd als men op het eerste gezicht denkt. Tenslotte was en bleef de veldwachter een publiek figuur wiens gedrag in een kleine dorpsgemeen schap nauwlettend in de gaten werd gehouden. Aan de ene kant mocht hij niet te populair zijn bij de plaatselijke bevolking. Anders was hij al snel zijn gezag kwijt, zoals W. van Petegem ondervond. Van deze veldwachter in Zaamslag was bekend dat hij zich geregeld in kroegen ophield en niet alleen om de sluitingstijd te controleren. Personen van verdachte signatuur waren vaak in zijn omgeving te vinden. Bekeuringen uitschrijven deed hij niet vaak, liever hing hij de clown uit. Zijn collega's uit de andere Zeeuws-Vlaamse gemeenten hadden maar weinig waardering voor zijn optreden: Gemeente Oost- en West Souburg. De Burgemeester van O.- en W. Souburg verklaart, dat houder dezer kaart is v-'-' van beroep geboren tety.ï iZ en wonende te Oost- en West Souburg >,ewijs is bedoeld als intercommunaal pas (de uitoefening van het beroep. Slikt/op J8 *2 1940 77 tfeM Burgemeester van O.- en W. Souburg 6 De veldwacht

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2007 | | pagina 7