verwoestingen bij een luchtbombardement "vele
malen groter (zouden) zijn geweest" - zoals
Sijnke schrijft - is weinig overtuigend nu hij zelf
herhaalde malen de toegebrachte verwoestingen
als "gigantisch" betitelt. Van een luchtbombarde
ment maken de Duitse archiefbronnen geen mel-
"chaos verwekkend storingsvuur, verspreid over
de breedte van het stadscentrum". Van Gent stelt
dat het boek (van Sijnke c.s.) concludeert dat van
een systematisch geplande aanval op Middelburg
geen sprake was, maar wij lezen dit anders. Uit
het boek zelf blijkt dat Sijnke deze conclusie trekt
De grote luidklok van de Abdijtoren ligt op het Koorkerkhof. Foto: D.P. Cornelisse, Zeeuws Archief, Zelandia Illustrata II, 2347-873.
ding, schrijft Sijnke, maar een feit is dat bevelen
voor luchtacties vaak via de radio werden gege
ven. Ook lijkt zijn argument dat geen bomkraters
zijn aangetroffen niet afdoende, daar een en
ander uiteraard afhankelijk is van het gewicht
van de bom, en een bom die op een gebouw
terechtkomt geen krater in de grond hoeft achter
te laten. Beantwoording van de vraag om welke
bommen het ging lijkt ons niet zinvol meer. Alles
overziende menen wij dat de stelling dat het
luchtbombardement een mythe was - wij permit
teren ons het beeld - een slag in de lucht is. De
vraag: bommen of granaten, is ongetwijfeld inte
ressant maar uit het oogpunt van het geldende
humanitaire oorlogsrecht is zij hier niet van
doorslaggevend belang.
Wat de beschieting met granaten betreft, lijkt
Sijnke uit te gaan van langdurig afgegeven
waar het gaat om het luchtbombardement (Sijnke,
blz. 177, onder de kop 'De mythe van het lucht
bombardement'). Wat er zij van dit verschil tus
sen beide auteurs, het brandweerrapport spreekt
duidelijke taal.
Sijnke stelt wel dat de verwoesting van de
binnenstad is toe te schrijven aan de grote brand
ten gevolge van (voornamelijk Duits) artillerie
vuur, "De schuldvraag is duidelijk, die ligt bij de
Duitsers", schrijft hij op goede gronden. In de
binnenstad gingen in totaal tegen de 600 wonin
gen en bedrijfsgebouwen verloren, en vele monu
menten zoals het stadhuis, (grotendeels) de reeds
genoemde Abdij, en vier kerken. Er vielen onder
de burgerbevolking ongeveer twintig doden. Dit
relatief lage aantal hield verband met het feit dat
een groot deel van de bevolking tevoren de stad
had verlaten.
16
Nogmaals, het bombardement