len. Haar artikelen laten immers zien dat ze van allebei wel iets had, maar zich met geen van beide identificeerde. Einde van de Zeeuwse periode In 1896 nam Henriëtte van der Meij afscheid van de Middelburgsche Courant omdat het stressvolle werk haar zenuwen had aangetast. Ze vond het verschrikkelijk dat ze geen tijd had om haar arti kelen te herlezen, en daarnaast wilde ze zich graag gaan toeleggen op haar sociale werk. Ondanks de grote vrijheid die ze bij de krant genoot, wenste ze meer te schrijven over gelijke rechten voor mannen en vrouwen, iets dat ze kon doen in haar nieuwe baan als hoofdredactrice van het tijdschrift Belang en Recht.22 Ze verhuisde daarom naar Amsterdam, en later naar Laren waar ze de rest van haar leven doorbracht.23 Van buitenlandse politiek tot de noodzaak voor sociale wetgeving, Zeeland mag trots zijn op haar eerste vrouwelijke journalist. Henriëtte van der Meij was een opmerkelijke vrouw, die met haar kritische artikelen de wereld probeerde te overtuigen van de noodzaak tot rechtvaardig heid. Zich niets aantrekkend van haar ontstelde omgeving, bekommerde deze vrouw zich om arbeiders, vrouwen, kinderen, het vrije denken en het recht op een waardig bestaan. Ze was als journaliste haar tijd ver vooruit. Redenen te over om Henriëtte van der Meij een plaats te gunnen in de geschiedenisboeken, opdat ze niet vergeten wordt. Noten 1. Voor een portret van Ina van der Beugel, zie Zeeland 22.2. 2. Ina van der Beugel, De vrouwen haarhuis, februari 1960. Personendossier Mey in Zeeuws Documentatie centrum, Zeeuwse Bibliotheek, Middelburg. 3. Mies Campfens, 'Meij, Henriette Rosina Dorothea van der', in: Biografisch woordenboek van het socialisme en de arbeidersbeweging in Nederland 3, edited by Mies Campfens, Stichting tot Beheer van Materialen op het gebied van de Sociale Geschiedenis IISG, Amsterdam 1988, pp. 139-143. 4. Afelonne J.M. Doek, "Onze eerste journaliste". Henriëtte van der Mey 1850-1945. Vrije Universiteit Amsterdam 1995, p. 19. 5. Marie Joseph Brusse, 'Onder de Menschen: Henriette van der Mey', in: Nieuwe Rotterdamsche Courant, 20 december 1930, p. 2. 6. Middelburgsche Courant, 14 oktober 1884, pp. 1/4. 7. Zie noot 5. 8. IISG, Archief Henriëtte van der Meij, inv.nr. 1. 9. Idem, inv.nr. 13; IISG, Archief Mathilde Wibaut-Berde- nis van Berlekom, inv.nr. 32. 10. Zie noot 5. 11. Mathilde Wibaut-Berdenis van Berlekom, Herinneringen van Mathilde Wibaut-Berdenis van Berlekom: Iets meer. Ontstaan en Ontwikkeling van de Bond van Sociaal- Democratische Vrouwenclubs. De Trommel, Amsterdam 1952, p. 14. 12. Elisabeth M.G. Jongma, Vrouwenschiereiland. Profes sionele Vrouwennetwerken in het Leven van dr. H.C.M. Ghijsen (1884-1976). Stichting Regionale Geschiedbe oefening Zeeland, Middelburg 1995, p. 14. 13. Zie noot 3. 14. Henriëtte van der Meij, 'Eugen Richter', in: Mannen van Beteekenis 1889, edited by Willink, pp. 200-248. Tjeenk Willink, Haarlem 1889, p. 200. 15. Idem, pp. 227-229. 16. Zie noot 3. 17. Henriëtte van der Meij, 'Tehuis voor Onderwijzeressen', in: Vragen des Tijds, 1884. In: IISG, archief Henriëtte van der Meij, inv.nr. 11. 18. Idem. 19. Vilan van de Loo, De Vrouw Beslist: de Tweede Feminis tische Golf in Nederland. Immerc, Wormer 2005, pp. 10 en 33. 20. Henriëtte van der Meij, 'Wettelijke Bescherming van Vrouwenarbeid', in: Vragen des Tijds, 1894. In: IISG, archief Henriëtte van der Meij, inv.nr. 11. 21. Zie noot 5. 22. Huub Wijfjes, Journalistiek in Nederland 1850-2000. Boom Lemma uitgevers, Den Haag 2004, p. 85. 23. Zie noot 5. Henriëtte van der Meij 89

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2014 | | pagina 7