ELISABETHvanMAASDUK b-midderigh-bokhorst
A-W-v5'JTHOFP5 UITG' MüN-V- LEIDEN
Omslag van Als ik bij mijn oma ben. Collectie auteur.
tief: ze riep vrouwen op tot het maken van een
feestrok.10Zo'n nationale feestrok moest gedragen
worden vanaf de eerste viering van de Bevrij
dingsdag en verder bij alle hoogtijdagen. Het kle
dingstuk moest samengesteld worden uit oude
lapjes. Door een smaakvolle rangschikking van
restjes stof moesten die lapjes samen iets moois
en symbolisch vormen. Sommige vrouwen
gebruikten voor die rok originele stukken van
oorlogstextiel, zelfs van nazistof en jodensterren.
Eigenlijk behoorden er ook teksten in genaaid of
geborduurd te worden. Belangrijke gezinsmomen
ten uit de oorlog zouden in de rok vermeld kun
nen worden. Er zijn er zo'n vierduizend gemaakt.
In allerlei verzetsmusea en archieven bevinden
zich dergelijke rokken, en er bestaan affiches en
foto's van optochten van vrouwen in dergelijke
kledij. In het Utrechtse Centraal Museum bevindt
zich de rok die Elisabeth van Maasdijk maakte,
maar interessanter is nog dat zij een lied schreef
op de nationale feestrok." Zowel de tekst als de
muziek was van haar hand. De tekst drukt de
nieuwe saamhorigheid uit, de eenheid in ver
scheidenheid:
Vlecht in Uw rok het patroon van Uw leven
Vrouwen en meisjes van dorp en van stad.
Lichtend symbool van het vrouwelijk streven,
Draagt het verheugd, als de bloem draagt haar
blad.
Eenheid in veelheid van lijnen en kleuren,
Vormt met Uw rok het saamhorig verband,
In het geheel van historisch gebeuren,
Tooit het ontwerp met Uw hart en Uw hand.
Stempelt Uw rok met het merk Uwer dagen,
Voert dat wat Was en wat Is in Uw vaan.
Heden - Verleden, blijmoedig gedragen,
Siere Uw kleed, Uw gezin, Uw bestaan.
Op 22 april 1948 sprak Elisabeth van Maasdijk
over de betekenis van de nationale feestrok voor
de radio, waarna haar lied ten gehore werd
gebracht, zoals ze Anton van Duinkerken aan
kondigde.12 In die naoorlogse jaren trad ze veel
vuldig op met lezingen, maar ook bij enkele offi
ciële gebeurtenissen. Zo declameerde ze, onder
andere bij de onthulling van het erehof op de
executieplaats in Overveen, indrukwekkende
gedichten die in typoscript in een mapje in het
Haagse Letterkundig Museum liggen. Kennelijk
heeft ze door haar bijdragen aan clandestiene uit
gaven en door deze optredens in de eerste jaren
54
Elisabeth Reitsma