trok toen ook nog Karel VIII van Frankrijk zijn
handen af van de opstand, waardoor de meeste
Vlaamse steden zich gedwongen zagen om vrede
te sluiten. Alle Vlaamse steden? Nee, in Gent
bleef het onrustig en ook Sluis, op dat moment de
belangrijkste voorhaven van Brugge, legde zich
niet bij de vrede neer. Nog drie jaar lang wist men
zich hier te verzetten tegen Maximiliaan.
Kapers
Het verzet van de Sluizenaren speelde zich, zeker
na 1489, voornamelijk af op het water. Vooral aan
de Vlaamse kant waren er vele kapers actief die
het de tegenstander zo moeilijk mogelijk probeer
den te maken. De kern van actieve kapers lijkt
vanaf het begin van de opstand uit voornamelijk
Vlaamse vissers en handelaren te hebben
bestaan, die hun eigen beroep voor een korte
periode staakten om zich te verrijken op zee. Dit
is ook terug te vinden in de beeldvorming in Hol
land van de op zee actieve opstandelingen. Zo
had men het in de eerste jaren van de opstand
regelmatig over "die Vlamingen ende andere
quaetwillende" in de Staten van Holland als men
over de op het water actieve opstandelingen
sprak.
De "andere quaetwillende" bestonden uit groepen
mensen die zich om verschillende redenen had
den aangesloten bij de opstand. Een grote groep
vormden de Hoekse bannelingen uit Holland, die
in de Tweede Vlaamse opstand een kans zagen
om de machtsverhoudingen in Holland in hun
voordeel te doen omslaan. Zowel deze Hoeken als
de Vlamingen zelf hadden voor een belangrijk
deel politiek-ideologische motieven voor hun
handelswijze ten opzichte van hun vijanden. Heel
anders lag dit voor een derde groep die de
opstand al vrij snel aantrok, die van de vrijbui
ters. Het is bekend dat zowel Franse als Deense
schepen actief waren vanuit Sluis. Voor hen
speelden ideologie en politiek veel minder een
rol; zij waren veel meer geïnteresseerd in hun
eigen gewin. Met kaperbrieven, verstrekt door de
Vlaamse regentschapsraad, maakten zij de Neder
landse wateren onveilig.
Hoewel de wateren waar deze kapers in actief
waren zich uitstrekten van het noorden van Hol
land tot het zuiden van Vlaanderen, concentreer
den de meeste conflicten zich op de Vlaamse en
Zeeuwse kust en dan met name rond het Zwin en
de Schelde, waaraan de grote handelssteden
Brugge en Antwerpen lagen. De Scheldedelta was
een van de terreinen waar de vijandelijkheden
Kaart van Zeeland uit 1573 van Christian Sgrooten. Hoewel ze van ruim een eeuw na de Tweede Vlaamse opstand dateert, geeft de
kaart een mooi beeld van de belangrijkste wateren waarin de kaapvaart zich afspeelde. Door verzanding van het Zwin was het voor
diepliggende schepen al in 1488 niet meer mogelijk om Brugge te bereiken, wat het belang van Sluis verklaart.
54
Die van der Sluy: