lengte, met 20 tot 27 lamellen. In april 2016 stond
op internet zo'n kies te koop, met een gewicht van
ruim vier kilo.
Op de foto's 3 en 4 staan de laatste kiezen uit
de bovenkaak en onderkaak van een wolharige
4a en 4b. Laatste kies uit de onderkaak van een wolharige mammoet. Boven: wangzijde. Daaronder: kauwvlak.
gedurende het hele leven, zolang het kies-aanleg-
blok werkte. Op enig moment ontstond op een
voor de bewuste kies specifieke plaats een
insnoering, zodat de kies daar eindigde en daar
mee kreeg de kies in aanleg zijn eigen lengte.
Elke volgende kies had steeds wat meer lamellen.
Aan de hand van de laatst aangekauwde lamel is
het mogelijk een schatting te maken van de leef
tijd van het dier.
Recente olifantachtigen, en ook de wolharige
mammoet, gebruikten in een voltooid leven zes
kiezen in de bovenkaak en zes in de onderkaak.
Bij een pasgeboren wolharige mammoet bevatte
de kroon vier tot zes lamellen en had ze een
lengte van ca. 2 cm. Dit werd de eerste kies waar
mee echt is gekauwd en die vervolgens afsleet. De
volgende kies mat ca. 6 cm en had 6 lamellen, de
derde kies had ca. 8 lamellen en bij de daarop
volgende kiezen nam het aantal lamellen en ook
de afmeting steeds verder toe. De laatste kies kon
formidabele afmetingen krijgen, tot zo'n 30 cm
mammoet afgebeeld, beide afkomstig uit de col
lectie van het Genootschap. Van elke kies is het
maaloppervlak en de buitenzijde afgebeeld. Het
maaloppervlak van kiezen uit de bovenkaak ver
toont een licht gebold oppervlak en past daarmee
goed in het licht holle oppervlak van de onderkie-
zen. Daarmee zijn losse kiezen, zeker de grotere
exemplaren, uit boven- en onderkaak goed van
elkaar te onderscheiden. De voorzijde van de kies
is de kant met de lamellen die het meest zijn
afgesleten. Om uit te maken of een kies aan de
linkerkant dan wel rechts zat, moet gelet worden
op de zijwaartse uitbolling in de lengterichting:
bij de bovenkaak is de uitbolling naar de wang
gekeerd, bij die van de onderkaak is de uitbolling
naar de tongzijde gekeerd.
Soms trad een misvorming van een kies op.
Zo is er in de collectie van het Genootschap een
kies waarbij het laatst aangekauwde kauwopper-
vlak een hoek maakt van 48 graden met het oor
spronkelijke kauwoppervlak (foto 5). Een opvol-