Zeeland 25.4 Marie de Man was de penning uit de collectie van het Genootschap waar de afdruk naar gemaakt werd, een geuzenpenning met aanhangende nap jes zoals het moderne voorbeeld op bijgaande afbeelding. Helaas is die niet in de verzameling aangetroffen, evenmin als het Amerikaanse insigne. Wel werden twee geuzenpenningen zon der napjes gevonden, GM 1191 en GM 1189. Beide tonen op de voorzijde een portret van Filips II. De keerzijde verschilt. GM 1189 heeft dezelfde keer zijde als de moderne penning die hier is afge beeld. De auteurs in dit nummer Aan de inventarisatie van de penningencol lectie wordt op dit moment echter hard gewerkt, zodat het goed mogelijk is dat het insigne van The Holland Society wel degelijk aanwezig blijkt. Het feit dat Marie de Man het Amerikaanse insigne in 1916 aan de Genootschapscollectie toe Geuzenpenning gemaakt naar penning uit 1566. voegde, wijst erop dat haar vader dr. J.C. de Man de Amerikanen hierbij behulpzaam moet zijn geweest. Als dank zal men hem een exemplaar toegezonden hebben, zoals de secretaris van het bestuur het Genootschap in april 1891 ook een exemplaar van hun jaarboek over 1888/'89 toe zond waarin het bezoek aan Middelburg beschre ven werd. Dit jaarboek bevindt zich nog altijd in onze collectie in de Zeeuwse Bibliotheek. Dr. L.F. van Driel (1944) studeerde Nederlandse taal en letterkunde. Hij promoveerde op de taalkunde van de negentiende eeuw. In 2015 verscheen zijn biografie van de schrijver Jan H. Eekhout. Op 16 november jl. kwam Een gete kend leven uit, de biografie van de schilder Rei- mond Kimpe. Drs. C.E. Heyning (1950) studeerde kunstge schiedenis in Leiden, is sinds 1998 conservator kunst, kunstnijverheid en historische voorwer pen van het Koninklijk Zeeuwsch Genootschap der Wetenschappen en publiceerde veel over de geschiedenis van Zeeland, onder meer in dit blad. Ze is lid van de stuurgroep die de activi teiten voor het 250-jarig bestaan van het Genootschap voorbereidt. Dr. A.J.M. de Kraker is historicus en historisch geograaf. Hij is gespecialiseerd in de geschie denis van de waterstaat van Zuidwest-Neder land en aangrenzend Vlaanderen, het polder wezen, historisch klimaat en de Nederlandse cultuurlandschappen. Tussen 2013 en 2015 was hij werkzaam aan de VU, nu is hij deeltijddo cent aan Saxion Hogeschool in Deventer. Daar naast heeft hij zijn eigen onderzoeksbureau Cultuurhistorie De Kraker. J.-W. de Winter MA rondde in 2014 de master Architectuurgeschiedenis en Monumentenzorg af aan de Universiteit Utrecht met de eindscrip tie Gehavende stad. De krimp van middeleeuwse havensteden in Zeeland van de zestiende tot de negentiende eeuw. Hij is nu werkzaam bij de Stichting Werelderfgoed Kinderdijk en eigenaar van JWA Bouwhistorie en Architectuur. 't Is vol van schatten hier

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2016 | | pagina 33