Zeeland 25.4 Boekbesprekingen 73 Kees de Baar, De Zeeuwse brievenposterij. 'Post- voorzieningen voor de koopman', Posthistorische Studies 32, Uitgave van de Nederlandse Vereniging van Poststukken- en Poststempelverzamelaars, Arnhem 2015, 360 pp., ISBN 978-90-71650-39 0. Prijs 25,- (te bestellen bij bovengenoemde vereniging) Ze zijn er gelukkig nog, auteurs die zich van de tijdgeest weinig aantrekken. Liever bijten ze zich jarenlang vast in een specifiek onderwerp dan dat ze toegeven aan de eisen van vele heden daagse uitgevers om maar zo snel mogelijk een oogstrelend plaatjesboek in elkaar te draaien dat de meeste consumenten op hun wenken bedient, dat wil zeggen met zo weinig mogelijk tekst en zo veel mogelijk foto's. De Baar heeft gelukkig de verleiding kunnen weerstaan om een dergelijke 'hapklare brok' op de markt te brengen. Aan zijn meer dan driehonderd bladzijden tellende, fraai geïllustreerde werk over de postvoorziening in Zeeland in de vroegmoderne tijd heeft hij bijna twee decennia gewerkt en dat is te merken: geen detail over de geschiedenis van de postbezorging in Zeeland lijkt aan zijn aandacht te zijn ont snapt. In het eerste deel wordt de ontwikkeling van het gewest tot soeverein handelsgewest beschre ven. Het is een duidelijk verhaal dat echter wei nig toevoegt aan de vele publicaties over de geschiedenis van Zeeland in de late middeleeu wen en vroegmoderne tijd. De ruim zeventig bladzijden die De Baar aan dit deel wijdt hadden wat mij betreft dan ook beter achterwege gelaten kunnen worden of op zijn minst een flink stuk ingekort. In de overige vier delen worden achter eenvolgens de handel en handelscorrespondentie, de stedelijke postvoorzieningen, de Middelburgse postroutes en de totstandkoming van een gewes telijke postorganisatie, de zogenoemde Zeeuwse Landpost, besproken. De schrijver richt zich uit sluitend op de postvoorzieningen die door de overheid, dat wil zeggen de steden, ten behoeve van de kooplieden werden gerealiseerd. Privécor- respondentie blijft buiten beschouwing. Hoe verzonden en ontvingen kooplieden hun brieven? Hoe lang duurde het voordat een brief op de plek van bestemming aankwam? Hoe was de post georganiseerd? Dit zijn de vragen waarop De Baar een antwoord wil weten. We komen te weten dat koopmansboden werden ingeschakeld bij de correspondentie en dat beurtschippers belast waren met het vervoer. De koopmansbode sloot met het stadsbestuur een contract af en reisde van koopman naar koopman. Ze waren niet in een gilde verenigd, maar waren kleine zelfstandigen die hun bodeschap hadden gepacht of parttime in dienst waren van de stad op basis van een jaartraktement. Wel werden ze door het stadsbestuur benoemd en gecontroleerd. Ze reis den meestal te voet, soms te paard of met het openbaar vervoer; in Zeeland was dit vrijwel altijd het beurtschip. De snelheid waarmee de post kon worden bezorgd hing af van de regel maat van het beurtveer. Bij storm of ijsvorming lag het vaak stil of voer het met aanzienlijke ver traging. In principe waren alle Zeeuwse steden met beurtveren bereikbaar. Het waren ook de beurtveren die de steden in het gewest verbonden met Holland en Staats-Vlaanderen. Vlissingen, Veere en Middelburg beschikten zelfs over een verbinding met steden in het buitenland (Rouen, Duinkerken en Calais). Ondanks de onzekerheid functioneerde het postvervoer via boden en beurtschippers behoorlijk en snel. Zo kwam een op dinsdag vanuit Middelburg verstuurde brief in de regel reeds een dag later aan in Amsterdam. Middelburg - hoe kon het ook anders? - groeide al snel uit tot spin in het Zeeuwse postweb. Alle voor Zeeland bestemde 'buitenlandse' brieven kwamen eerst in de hoofdstad terecht voordat ze naar plaatsen elders in het gewest werden getransporteerd. Het toenemende internationale briefverkeer deed een stadsbestuur besluiten tot het aanstellen van een postmeester, belast met en verantwoor delijk voor bestelling en inzameling van de brie ven. Hij stond aan het hoofd van een postkantoor, waar de reizende boden hun brieven moesten ophalen en brengen. Aan de postmeester werden Boekbesprekingen

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2016 | | pagina 37