Aanwinsten ruilverkeer publicaties: maart
G.G. Trimpe Burger-Mekking
In De Maasgouw, Tijdschrift voor Limburgse
geschiedenis en archeologie (2017, 4) worden wij
door auteur G. van de Garde keihard van een
schone droom beroofd. De Tachtigjarige Oorlog
staat bij de meeste landgenoten in de herinnering
als een rechtvaardige bevrijdingsoorlog en Wil
lem van Oranje zien we als de voorvechter van
tolerantie en godsdienstvrijheid. Maarop 23
juli 1572 gingen zijn soldaten in Limburg volgens
Van de Garde tekeer als IS-strijders: ze plunder
den kloosters en richtten een bloedbad aan onder
de geestelijken. Velen werden op een afschuwe
lijke manier afgeslacht, anderen werden net niet
afgemaakt maar na marteling meegenomen om
losgeld te eisen. Een groot schilderij in het Histo
riehuis in Roermond toont de slachting in een
kartuizerklooster. Andere afbeeldingen versche
nen op anti-protestantse publicaties en schilde
rijen in Zuid-Europese kartuizerkloosters. De
boodschap was duidelijk: die Nederlandse opstan
delingen zijn een stel wilde dieren die moeten
worden uitgeroeid.
F.J.H. Mertens schrijft over 'De "questie Slen-
aken": de schoolstrijd in het diepe zuiden tegen
het einde van de negentiende eeuw'. De school
strijd kende veel verschijningsvormen, verschil
lend naar geloof en gewest. In dit stuk gaat het
om een voorval uit 1881 dat zelfs nationale aan
dacht kreeg. In 1878 kwam de 'Wet tot regeling
van het lager onderwijs van 17 augustus 1878' tot
stand. De scholen waren openbaar, maar gods
dienstonderwijs mocht wel door kerkelijke functi
onarissen gegeven worden. Slenaken had een
eigen school, net groot genoeg voor één onder
wijzer. Slenaken was katholiek, en dus was de
lagere school dat in zekere zin ook, al was ze for
meel openbaar. In 1881 werd de school bezocht
door de schoolopziener A. Coenegracht, die con
stateerde dat het kruisbeeld in de school niet in
overeenstemming was met de wet. De onderwijzer
kreeg de raad het beeld op een niet te nadrukke
lijke wijze - na het witten in het voorjaar - te
verwijderen. Aldus geschiedde. Eerst merkte nie
mand het op, maar na verloop van tijd kreeg de
onderwijzer van het gemeentebestuur de opdracht
het beeld terug te plaatsen. Een enorme strijd
barstte los: het gemeentebestuur, de districts
schoolopziener, de minister van Binnenlandse
Zaken, en niet te vergeten de dagbladen, heel
Nederland bemoeide zich met de affaire. In het
bisdom Roermond waartoe Slenaken behoorde,
zwaaide bisschop Joannis Paredis in de tweede
helft van de negentiende eeuw de scepter. Hij
nam een ferm standpunt in: een katholiek kind
hoorde gevormd te worden in een katholieke
school en een school zonder geloofsidentiteit was
geen school voor volwaardige mensen. Uiteinde
lijk kwam de zaak bij de minister van Binnen
landse Zaken, Jhr. W. Six, terecht. De minister,
die als een gematigd man bekend stond, wilde het
conflict niet op de spits drijven, en besliste dat,
ter wille van de verdraagzaamheid, katholieke
beelden konden blijven hangen. Dat was weer olie
op het vuur van de schoolopzieners, en zo ruziede
men nog lang door. Uiteindelijk likten de school
opzieners hun wonden en de beelden en het kruis
bleven hangen, en niet alleen in Slenaken.
In Annalen 2017, het jaarboek van de Koninklijke
Oudheidkundige Kring van het Land van Waas,
staat een artikel over de Oude Gentse vaart, een
'onbestaand geachte' waterweg (H. Smitz) en een
stuk over de 'verdwenen' Parmavaart (T. Vreec-
ken). De auteurs zijn het op verschillende punten
oneens, maar hun onderzoek is degelijk en boei
end en zeker de moeite waard. J. Boel schrijft
over Pieter van Havermaet, een bekend kunst
schilder (1834-1897), broer van de beeldhouwer
Frans van Havermaet. De auteur geeft een bio
grafie en vertelt daarbij leuke bijzonderheden,
zoals het feit dat de schilder ook kapper en baard-
snijder was. Elke zaterdag en zondag werd zijn
atelier omgevormd tot kapsalon. Zijn klanten
waren allen kunstenaars en werden kosteloos
bediend. Daarna wordt het werk besproken, dat
vooral uit portretten bestaat. In het jaarboek is
veel ruimte ingeruimd voor een artikel van J.
Baetens: 'Werken aan een rechtvaardige maat
schappij. Aimé van Lent (22 januari 1927- 14
april 2003)'. Het is een uitgebreide biografie. Het
anwinsten
27