over Ilcken, waar dit boek nota bene uit is voort
gekomen en dat door de auteur wordt vermeld in
zijn nawoord op blz. 202, staat evenmin in de lite
ratuurlijst.
Hoofdstuk 5, noot 21: er is een film gemaakt
over de Tien van Renesse in 2016, maar door wie
en met welke titel wordt niet gemeld. De archief
verwijzing in noot 8 van hoofdstuk 3 is cryptisch:
Waterschap Schouwen, Notulen Dagelijks Bestuur,
ZA 3326-136; In- en uitgaande stukken, ZA 3326
277 t/m 288. Ook noot 12 van hoofdstuk 7 wordt
archief J.J. de Bruijne vermengd met handschrif
tenverzameling 799. Verder schrijft de auteur zeer
vaak voluit NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holo
caust- en Genocidestudies; een keer is voldoende,
en dan verder afgekort, wat geldt voor meer
namen van instituten en collecties. Bij CABR, vaak
voluit, hoort NA (Nationaal Archief) vooraf te
gaan.
Dan de index. Op blz. 81, 88 staat Ortskom-
mandant Welsch, die in de index als Oberleutnant
Wellsch staat vermeld. Op blz. 86 Ortskommandant
in Renesse, Oberleutnant Welsch.
In het boek en in de index staan zeer veel per
sonen met alleen de achternaam. Dat is bij Duitsers
en Arfat de Armeniër nog enigszins begrijpelijk,
maar zo'n 50 personen, vaak mensen uit Schou-
wen-Duiveland, alleen bij achternaam noemen
wekt bevreemding. Zeker als je bedenkt, dat bin
nen families zowel 'foute' als 'goede' vaderlanders
voorkwamen. Mr. Adriaanse 177, molenaarsknecht
Bakker 108, kruidenier Berrevoets 108, schipper
Berrevoets 57, kampcommandant Bij de Vaate 173,
wethouder Den Boer 73 e.v., verpleegster Bokma
81, bakker te Zierikzee Brouwer 24, garagehouder
Dijkman 141, 158, politieagent Dral 85, etc. Haupt-
mann Schütz uit de index wordt op blz. 77 Insel-
kommandant Hauptmann Schütz genoemd. Overi
gens komt op blz. 81 het woord
'eilandcommandant' voor.
Wel in de tekst, niet in de index: Blz. 185: de
Joodse familie Labzowski. Dit geldt ook voor blz.
85 politieagent en luchtwachter Reitsma, op blz.
158 Constandse, inwoner van Noordgouwe en de
Haamsteedse timmerman M.I. de Rijke. Luitenant
Sager, direct betrokken bij de executie van de Tien
van Renesse, blz. 122, staat niet in de index. In
noot 5 van hoofdstuk 4 ontbreekt de aanduiding
van de muntsoort euro.
Samengevat: het boek is een populaire, niet
onverdienstelijke beschrijving van dit onderwerp.
Jammer van de vele slordigheden die erin zijn blij
ven staan. Voor een wetenschappelijk boek had
een begeleidingscommissie in het leven kunnen
worden geroepen, die voor begeleiding had kunnen
zorgen. Dat zou de opzet van het boek, de gekozen
werkwijze, en de detailgegevens sterk hebben ver
beterd. Nu maakt het een wat onvoldragen indruk.
Frank de Klerk
Archivaris bij het gemeentearchief van Goes.
Hij publiceerde over de oorlogsgeschiedenis op de Bevelanden.
W. Peene, Josua van Iperen (1726-1780), Gerefor
meerd predikant ten tijde van de Verlichting, Boe
kencentrum, Zoetermeer, 2017. 429 pagina's. ISBN
9789023971689. Prijs 33,50
Een van de interessante zaken bij het openslaan
van een proefschrift is de wijze waarop de lezer
door de auteur naar het hoofdgerecht wordt geleid.
De weg erheen in deze kerkhistorische studie is wat
lang, zeer gedetailleerd en daarom enigszins ency
clopedisch vormgegeven. Je eet het eerste gerecht
met lange tanden. Maar wellicht is deze aanpak
goed, omdat de hoofdzaken waarmee Van Iperen
zich bezighield zo beter thematisch kunnen worden
gepresenteerd. We weten dan al dat Van Iperen
zich graag op de voorgrond drong, enige beschei
denheid leek hem vreemd. Wellicht kwam hij niet
zo sympathiek over, maar lag dat wel volledig aan
zijn persoonlijkheid?
Wat me het meest bevreemdde bij het lezen
van deze leesbare dissertatie is dat Van Iperen
eigenlijk geen bewogen theoloog was, of beter:
mocht zijn. De lezer proeft dit regelmatig in de
beschrijving van Peene. Toch betekent dit niet dat
Josua van Iperen eerder een baantjesjager en
wetenschapper was dan een bevlogen theoloog.
Boekbesprekingen