zou zeker failliet gegaan zijn als Henk Bremmer hem niet opnieuw had geholpen. Zijn vrouw Belly en oudste dochter Lotty wor den in die periode zwaar ziek en de huisarts raadt hem aan een gezonder (minder vochtig) oord op te zoeken. Lanooy vindt een geschikte plek in Epe aan de Heerderstraatweg, waar hij een huis koopt met een groot perceel waarop een timmerfabriek en enkele schuren staan. De oorlog is inmiddels afgelopen en om de verhuizing en verbouwing te kunnen bekostigen gaat Lanooy opnieuw Ameri kaanse verzamelaars, en met succes, benaderen. Met hulp van zijn zuster opent hij in Papestraat 24 in Den Haag een winkel met toonzaal en ook in een aantal andere steden komen er dankzij het netwerk van Bremmer verkooppunten. Voor zijn keramiek worden hoge prijzen betaald, de voor werpen zijn niet bedoeld als gebruiksgoed, maar voor de sier op tafel en aan de muur. De gemid delde prijs voor een schotel of vaas ligt een factor tien hoger dan wat collega keramisten kunnen vragen. Glazuur op glas Inmiddels heeft Lanooy een aanbod van directeur Cochius van de Leerdamse Glasfabriek aangeno men om daar vanaf 1919 als ontwerper aan de slag te gaan. Lanooy zou met zijn picturale instelling een tegenwicht vormen tegen de con structivistische stroming die in Leerdam heerst. Hij begint met het beschilderen van verschillende soorten glaswerk. In tegenstelling tot de andere JP~ Glazuur op glas, 1927. Glasfabriek Leerdam. ontwerpers gaat Lanooy vervolgens bij de glas blazers in de leer om die technieken onder de knie te krijgen. Samen met meester-glasblazer Gerrit Vroegh maakt hij een serie sierglazen. Deze heeft zo veel succes dat al spoedig opname in de cata logus van de glasfabriek volgt onder de naam 'Unica' Deze serie zal later worden voortgezet door Andries Dirk Copier. Vestiging als keramist In Epe In april 1922 is het complex in Epe gereed voor gebruik en de eerste bloempot draagt hij op aan Jhr. Herman de Ranitz, die in de buurt een bui tenplaats bezit en veel werk van hem heeft gekocht. De eerste jaren concentreert Lanooy zich op de de productie van gres aardewerk met de verschillende natuurindrukken en bijzondere gla- zuurcombinaties. Zijn zoon Cees komt in het bedrijf en leert steengoed op hoogvuur te maken. Hij ontwikkelt een aparte stijl met open vormen en een eigen vignet (vuistmerk). Na enkele jaren ziet hij toch geen toekomst in de keramiek en hij gaat daarom lessen volgen op de Leidse Instru- mentmakersschool. Lanooy heeft ook schapen en om die te verzorgen neemt Lanooy Frans Slot in dienst, die een bijzonder talent blijkt te bezitten voor het draaien van aardewerk en zijn leermees ter daarin zelfs overtreft. Na enige tijd kan hij ook glazuren, maar het is hem echter niet toege staan zijn werk te signeren. Het belangstellende publiek vraagt steeds naar figuratief gedecoreerd aardewerk. Daarom besluit Chris Lanooy in 1925 zijn jubileum als pottenbakker te vieren met de productie van dui zend paddenstoelenborden. Daarin zijn de ver schillende soorten paddenstoelen naturalistisch weergegeven. Hij maakt enkele series en ook een aantal borden, waarin het thema op meer of min der abstracte en soms kubistische wijze is weer gegeven. De Chinese keramiek heeft inmiddels geen geheimen meer voor hem, wat blijkt uit de vele restauraties die hij verricht voor Nanne Ottema, de oprichter van het keramiekmuseum Princesse- hof in Leeuwarden. Daarbij ziet hij zelfs kans niet alleen onderdelen, maar ook complete Chinese beelden te produceren. Door al deze activiteiten kan Lanooy financieel goed rondkomen en is hij zelfs in staat een auto aan te schaffen, waarmee hij zijn klantenkring bezoekt. 60 Keramist Ch ris Lanooy

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2018 | | pagina 18