door een legertje auteurs die de plantenwereld van Zeeland in een historische en ruimtelijke context plaatsen. Die hoofdstukken gaan over: een synthese van de flora van Zeeland; bescher ming van plantensoorten; de Zeeuwse duinen en hun flora; de planten van de Grevelingen, een afgesloten zeearm; het Volkerakmeer en het Zoommeer, van estuarium naar zoet meer; Bra bants brak en een puntje Zeeland, het Markie- zaatsmeer; het Veerse Meer, waar het zilte water de kalkrijke grond beroert; binnendijks zilt, over oudland en nieuwe natuur; planten onder zout- stress, de flora van slikken en schorren; de flora van zeedijken en vloedmerken; planten in het agrarisch gebied; akkerreservaten; planten van het stedelijk gebied; flora van de Deltadammen; bloemdijken; bossen en bosplanten; het pleisto cene zand in Zeeuws-Vlaanderen; wegbermen en campingfloristiek. Het overzicht van alle Zeeuwse vaatplanten - in 839 van de 1008 pagina's - geeft per soort een goede kleurenfoto, een nauwkeurige beschrijving van de standplaats en de bodem, de huidige ver spreiding, de eerste vermelding voor Zeeland. De opgaande of neerwaartse trend: gaat de soort vooruit of achteruit en voor ongeveer de helft van de 1320 behandelde soorten wordt dit onder bouwd met gedetailleerde verspreidingskaartjes, waarin aangeven is in welke kilometerhokken de soort gevonden werd tussen 1970 en 1989 en in welke daarna, tussen 1990 en 2017. Voor de schorren en de duinen zijn er vooral positieve trends. Dat is anders in het akkerbouwgebied waar veel van de akker(on)kruiden zijn "doodge spoten, plat geklepeld en kapot bemest". De kleine 30 ha akkerreservaten kunnen die negatieve ten dens bij lange na niet compenseren. Ik moest bij het lezen van de lotgevallen van de Zeeuwse akkeronkruiden denken aan mijn opa, een keu terboer in het Walcherse Kleverskerke. In zijn door prachtige meidoornhagen gescheiden kavels had ik als jongetje van zes nog aren gelezen ach ter de door een span Zeeuwse trekpaarden getrokken maaibinder - daar waren kleine kinde ren en vrouwen (mijn oud-tantes) goed voor tot anno 1950. Wat zou opa - en overige agrarische familieleden van de vorige generaties - vinden van al onze moderne drukte over akker(on)kruid? Dat was voor iedere weldenkende Zeeuw "vuulte" dat bestreden diende te worden. Over boeren die hun akkers lieten verwilderen met onkruid werd schande gesproken - het verging die "vule" boe ren vaak ook niet goed, want de oogst leed echt onder de concurrerende wilde flora. De onkruid- bestrijding werd toen nog wel met de schoffel ter hand genomen en was dus milieuvriendelijk. Als scholier kon ik er veel geld mee verdienen in de Wieringermeerpolder waar mijn ouders, met veel andere Zeeuwen, naar toe waren verhuisd als "pioniers" in de dertiger jaren. Alle thematische hoofdstukken van de eerste 160 pagina's geven een goed beeld van de grote historische veranderingen waaraan alle vegetatie typen in de Zeeuwse delta onderhevig zijn en al eeuwen zijn geweest in de wisselwerking tussen zout en zoet, droog en overstroomd, en bovenal onder invloed van de polderende Zeeuwen zelf en in meer recente decennia de nationale, provinci ale en lokale regelgeving t.a.v. natuurbeheer. Zon der uitzondering geven alle schrijvers er blijk van dat zij de impact van al die beheersingrepen nauwkeurig monitoren. Ik vroeg me daarom af of sommige auteurs, net als de hoofdredacteur en - auteur Peter Meininger werkzaam zijn bij Rijks waterstaat, of wellicht bij de Provincie Zeeland? Ondanks de vroegere negatieve invloed van schaalvergroting door ruil- en herverkaveling, het pesticide-gebruik in de gangbare landbouw, eutrofiëring en nog veel meer, is de laatste jaren veel herstel gerealiseerd, hoewel het nog te vroeg is voor een eindoordeel. Het zijn vooral de opdringerige wijd verbreide plantensoorten die het goed doen en dat is helaas niet altijd het geval bij alle zeldzame Zeeuwse 'kroonjuwelen'. Het is dus wel zaak om alle goede en soms kostbare maatregelen van de laatste jaren door te zetten om de Zeeuwse tuin in al haar floristische rijk dom te laten groeien en bloeien. Dank zij deze Flora Zeelandica hebben we een prachtig en volledig beeld van hoe het er nu voor 76 B o e k b espreki n g e

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland | 2018 | | pagina 34