aromatische bladeren, geplukt in mei,
licht gezouten en gekookt, en ingelegd
in zuur met specerijen, zijn in sommige
kuststreken een geliefd tafelzuur. Als er
onverwacht een explosie van
Zeevenkels komt is er dus kans op het
ontstaan van een nieuw Zeeuws streek-
gerecht 'Zeevenkel in 't zuur'.
J.E.
Gelobde melde
Atriplex laciniata
De Ganzenvoetachtigen, waartoe het
geslacht Atriplex behoort, zijn bij
botanici weinig geliefd, de spinazielief-
hebbers wellicht uitgezonderd. De
bloeiwijzen zijn weinig opvallend en de
standplaatsen vaak weinig soortenrijk
(vloedmerk) of interessant (rommel-
plekken). Bovendien zijn ze pas laat in
het seizoen goed op naam te brengen
en is determinatie niet eenvoudig. De
melde-soorten vormen hierop geen
uitzondering. Toch verdienen ze
de aandacht: in Zeeland komt
een aantal interessante en
ook op wereldschaal
bezien zeer zeldzame en
karakteristieke soorten
voor. Eén daarvan is de
Gelobde melde, die
echter vaak voor de veel
algemenere Spiesmelde
wordt aangezien.
De naam 'melde' slaat op de melige
beharing: 'gelobd' is een letterlijke ver
taling van de wetenschappelijke soort
naam. Dat herkenning van deze plant
altijd lastig is gevonden, blijkt uit de
hele voorraad synoniemen: A. sabulosa
(op zand groeiend), A. maritima (bij de
zee) en A. crassifolium (met vette blaad
jes). Eloewel ook al deze aanduidingen
van toepassing zijn, is het karakteristiek
gelobde blad misschien nog het eerst
opvallende kenmerk om de
soort te vinden. In jaren
waarin de bladluis
Hayhurstia atriplicis tal
rijk is, zou je ook kun
nen zoeken naar niet
aangetaste meides,
want de Gelobde
melde is de enige die
geen last heeft van de
bladluis en geen opge-
Blad en zaadje
van Gelobde melde
Gelobde melde
31