Grauwe gans De populatiegroei heeft overigens ook tot problemen geleid: het toenemende gebruik van landbouwgebied bezorgde heel wat boeren hoofdbrekens. Daarom zijn er allerlei opvang- en verjagings- plannen ontwikkeld. Inmiddels zijn er heel wat opvangterreinen waar Rot ganzen gedurende een groot deel van het jaar rustig voedsel kunnen zoeken zonder dat ze op zoek hoeven te gaan naar landbouwgewassen. De realisatie van diverse natuurontwikkelingsplan nen zal op langere termijn naar ver wachting voldoende ruimte bieden voor de Rotgans. Het vertrouwde 'rot-rot' dat tussen eind-september en begin- juni hoorbaar is langs de zoute Zeeuwse wateren zal dan ook niet snel verdwij nen. C.B. Anser anser In totaal komen in Nederland twaalf ganzensoorten voor, verdeeld over twee families: de zwarte ganzen (van het geslacht Branta), en de grauwe gan zen (van het geslacht Anser)De groot ste vertegenwoordiger van de laatste groep is de Grauwe gans. Vliegend tus sen andere ganzen vallen, behalve de grootte, al van verre de lichtgrijze voor vleugels op. Van dichtbij is de dikke oranje snavel een opvallend kenmerk. Als je de snavellengte en de broedgebie den van de in Nederland voorkomende ganzensoorten bekijkt, valt het op dat de snavel korter wordt naarmate noor delijker wordt gebroed. Dat heeft alles te maken met de hoogte van de vegeta tie. Die is relatief laag op de toendra. In het hoge noorden foerageren de ganzen met snelle pikken van de korte snavel. In gematigde streken zien we langzaam met een grote snavel pikkende en zelfs wroetende (Grauwe) ganzen. Bij de broedgebieden van ganzen wordt vaak gedacht aan taiga en toendra, het hoge noorden dus. De Grauwe gans broedt echter ook veel zuidelijker. Vroeger zelfs waarschijnlijk door geheel Europa. Tegenwoordig broeden ze van Frankrijk tot in Zuid-Finland en van Noord-Noorwegen tot in Griekenland. Het zwaartepunt van het verspreidings gebied ligt echter in de landen rondom Grauwe ganzen 59

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeuws Landschap - Fauna Zeelandica | 2001 | | pagina 59