Kleine vos
0 4 8 Kilometers
QM;
De kleine vos en zijn waardplant zijn beiden
algemeen. Het is wenselijk te zorgen voor een
hoog nectaraanbod in het voorjaar en de
zomer. Hierbij kan gedacht worden aan het
planten van vlinderstruiken. Ook is het zinvol
om geschikte brandnetelbosjes voor de soort
te iaten staan. In de herfst willen ze nogal eens
voedsel zoeken op hemelsleutel of herfstaster.
Rupsen van de kleine vos op brandnetel
tijd uit hun ei en maken gezamenlijk het karak
teristieke spinselnest ter bescherming tegen
predatoren. Hierbinnen eten zij van de brand
netelbladeren. Het nest groeit naarmate de
rupsen groeien, totdat zij het nest verlaten op
zoek naar een plaats om te verpoppen. Vanaf
begin juli vliegen dan weer kleine vossen rond.
Deze vlinders foerageren op veel verschillende
nectarplanten, maar de vlinderstruik is verre
weg favoriet. Deze tweede generatie vlinders
wordt in Zeeland meestal nog opgevolgd door
een derde generatie. Zowel de tweede als
derde generatie gaan in winterslaap.
Aanbevelingen