II
ij
■■i
Ixl
I
I I
ZOOGDIEREN, BESMETTELIJKE ZIEKTEN EN DE MENS
door Jan Piet Bekker
Inleiding
Besmettelijke ziekten circuleren vooral onder populaties van
soorten; het is daarbij voor de ziektekiemen om het even of het
gaat om de mens, andere zoogdiersoorten of weer andere orga
nismen. Juist door hun betrekkelijk nauwe verwantschap zijn er
nog al wat ziekteverwekkers die zowel voorkomen bij de mens
als ook bij andere zoogdieren: de zoönosen. In dit hoofdstuk
wordt een aantal potentiële risico's beschreven die contacten
met sommige zoogdieren met zich mee brengen. Het gaat dan
om in het wild levende zoogdieren en niet de landbouw- of
huisdieren. Dieper wordt ingegaan op enkele ziekten uit de oude
doos, die veel van hun gevaar lijken te hebben verloren, zoals
pest en hondsdolheid, maar waarvan besmettelijkheid en of ge
vaar nog steeds niet moet worden onderschat. Uiteraard hoort
ook de ziekte van Weil in dit rijtje thuis, maar ook nieuwere
soorten besmettelijke ziekten die de laatste tijd de kop opsteken,
maar eigenlijk in een nieuw jasje zijn gestoken, zoals Hantavi-
rusinfecties, zullen kort de revue passeren. Voor de hierboven
genoemde ziekten bestaat een meldingsplicht; van Hantavirus-
infecties pas sinds 2004.
Elke activiteit van de mens brengt risico's met zich mee, of het
nu op het werk is of als deelnemer aan het verkeer. Ook het
bezig zijn in de vrije natuur kent risico's; daar variëren de ri
sico's van het onschuldig lijkende verstappen in een konijnen
hol tot het verpletterd worden onder een omwaaiende boom.
Het oplopen van besmettelijke ziekten door in het wild levende
zoogdieren hoort ook in dat rijtje. De risico's moeten ook niet
overdreven worden. Juist door kennis van zaken en het opvolgen
van adviezen, kunnen de risico's tot redelijke proporties worden
teruggedrongen, maar nooit geheel worden uitgesloten.
Pest
De pest, ook bekend als de 'Zwarte Dood', kwam in de Middel
eeuwen in Europa geregeld voor en eiste bij elke epidemie tal
loze slachtoffers. Vooral in grote steden als Londen en Amster
dam, sloeg deze ziekte met name toe in de wijken waar mensen
dicht opeen woonden. Aanvankelijk werd de oorzaak gezocht in
slechte luchtkwaliteit. Pas veel later werd het verband gelegd
met de zwarte rat en de rattenvlo Xenopsylla cheopis. Inmiddels
is bekend dat de rattenvlo, besmet met de pestbacterie Yersinia
pestis, de ware oorzaak is van de ziekte. Als deze vlo de bacterie
binnenkrijgt met het bloed van een besmette rat legt de bacterie
het maagdarmkanaal stil, waardoor de vlo geen voedsel meer
kan opnemen en hongerig blijft. Dit heeft weer tot gevolg dat
de vlo zoveel mogelijk ratten zal steken om bloed te zuigen. Zo
besmetten ratten elkaar, maar gaan zelf ook dood aan de pest,
waarna de vlooien overspringen op andere dieren en mensen in
hun omgeving en de ziekteverwekkende bacteriën doorgeven.
De pestbacterie komt door steekwondjes van deze rattenvlo
bij de menselijke slachtoffers in het onderhuidse weefsel en
verspreidt zich naar de bijbehorende lymfeklieren. Deze klieren
zwellen sterk op en zo ontstaat de builenpest. Dit gaat gepaard
met een ernstig algemeen ziek zijn. Wanneer ook de longen zijn
aangetast, verspreidt de pestbacil zich ook door hoesten. Onbe
handeld gaan mensen met longpest in bijna 100°/o van de ge
vallen dood; voorde andere vormen varieert dit van 60 tot 80°/o.
In onze streken was het uitbreken van de pest vooral seizoenge
bonden aan warme nazomers op momenten dat er veel vlooien
en veel ratten waren, tijdens het wegtrekken van jong volwas
sen dieren. Van de 14de tot de 17de eeuw kwam ook in Zeeland
de pest regelmatig voor: zo waren er epidemieën in 1349,1515,
1532,1556,1568,1583,1603,1625,1635 en 1666. Deze laat
ste epidemie duurde voort tot 1668, waarmee de pest verdween
uit Zeeland. Tegenwoordig is behandeling goed mogelijk met
antibiotica. Wereldwijde epidemieën komen tegenwoordig nog
zelden voor; van 1989-2008 werd geen enkel geval gerappor
teerd in Nederland.
Rabiës of hondsdolheid
Hondsdolheid of rabiës is een ziekte die wereldwijd voorkomt
en steeds wordt geassocieerd met bijtverwondingen door vos
sen en straathonden, maar ook veel andere in het wild levende
zoogdieren kunnen de ziekte verspreiden. De laatste decennia
staat het risico door bijtwondjes van vleermuizen sterk in de
schijnwerpers.
gemelde Leptospirosegevallen in Nederland
I
t
1
i
1
1989 1991 1993 1995 1997 1999 2001 2003 2005 2007
28 Fauna Zeefandïca