Huidige manier om wild te bemachtigen: de drijfjacht.
Bij de telling van 2007 kwam men tot 760, terwijl de popu
latie door jagers wel op zo'n 1000 dieren werd geschat. De
Provincie verleende daarop toestemming tot afschot van 269
dieren. Overigens was de invloed van de populatie op het na
tuurgebied nog nauwelijks merkbaar. De draagkracht van het
gebied, het resultaat van de tellingen en de verleende afschot
vergunning stonden dan ook ter discussie. Dierenbeschermers
en faunabeheerders kwamen tijdens de jacht letterlijk en fi
guurlijk met elkaar in botsing. Uiteindelijk werd minder dan
de helft van het aantal dieren waarvoor vergunning verleend
was, geschoten.
Natuurbeheerders zetten runderen en paarden in om de dui
nen open te houden. Damherten en reeën kunnen evenals het
konijn als natuurlijke begrazers gezien worden. Ze leveren dus
een positieve bijdrage aan de begrazing.
Populatiebeheer is geen eenvoudige zaak. Hoe groot mag een
populatie worden? Berekening van de draagkracht lijkt vaak
op natte vingerwerk en wanneer de graasdruk te hoog zou
worden kan men altijd wat minder vee inscharen. Momenteel
wordt echter over uitbreiding van begrazing gedacht.
Voorkomen van schade en ongelukken kan nagestreefd wor
den door maatregelen als instellen van rustgebieden, verja
ging, plaatsen van rasters, reflectoren, snelheidslimiet op lo
kale wegen, enz. Bejaging lijkt alleen zinvol op plaatsen waar
ondanks deze maatregelen toch schade wordt veroorzaakt en
verkeersonveilige situaties ontstaan.
Zooqdieren in Zeeland 39