86
ONUITGEGEVEN
hoogt gevaarlijk hield, maar het oordeel van zijnen
zeer vertrouwelijken raadsman do Vill ie r s (40) en
bevestigde er alzoo do rust en den vredewelke in
vervolg van tijd, helaas! weder door nieuwe beroerten
vervangen werden, toen Imbise en Datheen,
die nu naar den Paltz vertrokken warenvier jaren
later van daar naar Gent terugkeerden.
Uit al het aangevoerde is genoegzaam gebleken
dat het gemis aan overeenstemming tusschen de ijve
rigste Hervormden en Oranje eigenlijk zijn' grond
had in 'sprinsen gunstige stemming omtrent d'Alen-
g o n en in het vermoeden der eerstendat hij mm
de belangen der JRoomschen dan de hunne behartigde ja
deze zelfs jammerlijk verwaarloosde.
Laat ons derhalve ten slotte onderzoekenin hoe
verre hunne ergernis deswegens eenigzins gegrond,
althans zeer verklaarbaar was en wat men voor-
al behoort onder het oog te houdenom het gedrag
van Oranje in de genoemde opzigten billijk te be-
oordeelen zoo al niet geheel te regtvaardigen.
Dat de gunstige stemming ran Willem I omtrent
dAlcn<jon den meest ijverigen Nederlandsche Her
vormden hinderlijk zijn moest, laat zich gereedelijk
begrijpen. Immers de genoemde hertog was een zoon
van Catharina de Medicis, een broeder van
Karei IX, een Koömsch vorst, wiens wispelturige
aard en ligtzinnig gedrag daarenboven met ons volks-