118
VERSCHIL EN OVEREENKOMST
zie K ilia an}; schaper (een schaapherder. In Vlaan
deren zegt men sehaperemisschien ontstaan uit schaap-
(h)erde. Her de was oudtijds een herder; zie o. a. de
Jager a. w., IV, 423); seffens (terstond), koude val
ling (verkoudheid)zeere (snelspoedig) enz. enz.
Men zou deze lijst aanmerkelijk kunnen vergrooton,
ook uit die, welke onlangs Dr. H. A. Callenfels
heeft opgegeven in het Magaz. van Nederl. Taalkunde.
Des niettegenstaande is het straks gezegde ten volle
waarheid, dat het West-Vlaamsche en Staats-Vlaam-
sche (ik bedoel altijd het 4,lü district onzer provincie,
of dat van Sluistwee hemelsbreed verschillende dia
lecten zijn hoezeer niet dan door eene onzigtbare
landgrens gescheiden, hoezeer nog ^óór 350 jaar I
geheel hetzelfde, hoezeer plaats vindende in twee
volkstammendie éénen wortel en ééne geschiedenis
hebben. Dit wekt don opmerkzame tot nadenkenen
doet hem roden vragen van dit vreemd verschijnsel.
Om. het te verklaren kan aangevoerd worden, 't geen
hoogstwaarschijnlijk is dat het Zeeuwsche taaleigen
in Staats- Vlaanderen van ouds de overhand had en
zelfs verder voortgeplant is door de Zeeuwen die in
1180 Damme bedijkten. Maar zou dat inde 16<ie eeuw
niet reeds zóó vorloopon geweest zijndat men zoowel
te Damme en omstrekenals te SluisAardenburg
Oostburg en daaromtrent eene geheel eensluidende taal,
d. i. Vlaamsch sprak? Alzóó blijft dezelfde vraag over.
Het is zoohet hier de overhand hebbende Zeeuwsch
taaleigen kan vooral op het eiland Kadzand zijn be
waard gebleven. Doch mogen wij ook hier geen aan-