158 BELEG VAN SLUIS. geheeten, en later Ut kleine Pas genoemd; een van die werken, welke men destijds op meerdere plaatsen aantrof, waar de weekheid van den grond de gewone wijze van bewerken belette, en overvloed van fust- werk, waaraan men te Sluis bij den uitgebreiden wijnhandel geen gebrek had veroorloofde omdoor middel van met aarde gevulde tonnenaan de onder lagen der borstweringen de noodige vastheid te geven. Aan de zuidzijde der Groote Schans, op een punt vanwaar men de nadering langs de drie dijken, zoo al niet beheerschtedan doch hoogst moeijelijk en ge vaarlijk maakte, was een ander voorwerk opgeworpen desgelijks met een' te dien tijde niet ongewonen naam geheeten: Bek-af, als ter waarschuwing, dat men, bij gemis van vooraf verkregene vergunning, de veste langs geen van deze wegen zou kunnen naderen, zon der zich aan gevaren bloot te stellen (9). Na deze plaatsbeschrijving willen we overgaan tot de feiten Parma's krijgstoerustingen in 1587 mogtenbij de troepenbewegingen op zeer verschillende plaatsenhet nog tot in Mei twijfelachtig doen blijvennaar welken zijne magt zich ten laatste ontwikkelen zouhet werd toch hoe langer zoo moer waarschijnlijkdat het gemunt was op Ostende of Skis, of wel op beide deze steden, als de eenige sterkten van Vlaanderendie nog in het bezit der Nederlanders waren. Welke van hei den evenwel den eersten aanloop zou moeten doorstaan hleef nog onzeker, zelfs toen de hertog, in Junij,

Tijdschriftenbank Zeeland

Zeeland jaarboekje | 1852 | | pagina 230